Nadat we wat foto’s van het Kerkje aan de Zee hadden gemaakt, aten we in de auto onze broodjes voor die dag. Daarbij stelde ik Jetske voor om op de terugweg via Schokland te rijden. Dat konden we mooi even meepakken nu we toch in de buurt waren. En zo reden we korte tijd later van het voormalige eiland Urk naar het vroegere eiland Schokland. We namen eerst een kijkje aan de zuidkant, daar staat Museum Schokland …
Schokland was eeuwenlang een eiland in de Zuiderzee, dat ongeveer 12,5 km ten zuidoosten van Urk lag. Van noord naar zuid had het eiland een lengte van ongeveer 4 km. In eerste instantie werd het eiland bewoond door jager-verzamelaars. In de Middeleeuwen waren het vooral boeren die er vee hielden en graan verbouwden. Alleen op zelfgemaakte terpen waren de bewoners van Schokland veilig voor de Zuiderzee, die in de loop van de jaren meer en meer van het eiland opslokte. In 1859 werd besloten om Schokland te ontruimen. De bewoners moesten hun geliefde geboortegrond verlaten en zich vestigen op de vaste wal. Het werd stil op Schokland. Het moet voor de Schokker bevolking een wrange wetenschap zijn geweest dat het eiland na de ontruiming geen meter land meer heeft verloren. Het hele verhaal kun je hier lezen: Schokland: het verhaal …
Naast het pad naar Museum Schokland staat een bijzonder wit en lichtblauw gekleurd standbeeld van een man met een pelikaan. Het blijkt te gaan om Eberhard Philip Seidel (1728-1814). Jarenlang was hij een zeer belangrijk en gezien persoon op Schokland. Hij schopte het onder andere tot schout en burgemeester van Schokland …
Omdat dit bezoekje aan Schokland slechts een tussenstop was, besloten we geen kaartjes te kopen om toegang tot het hele buitenlucht museum te krijgen. Daardoor stonden we al snel voor een hek met poortjes, die voor ons gesloten bleven. Erg veel kregen we dan ook niet te zien. Een stuk verderop stond een gebouw, dat het me nog het meest deed danken aan een kerk met het voorhuis van een boerderij. …
Aan de voet van de terp waar de kerk op stond lagen een paar bootjes op het droge. Veel meer kregen we niet te zien van achter het hek. We hielden het daarom maar voor gezien en liepen terug naar de parkeerplaats. Ik sluit af met een close-up van een van de keien die daar liggen. Die keien heeft de gemeente Noordoostpolder in 1980 gekregen van de Noorse zustergemeente Ringerike …