Paddenstoelen bij Huize Olterterp

De dag begon zonnig gisteren. Daarom ben ik na de koffie meteen in de auto gestapt om een ritje te maken. Om mijn rug en benen te ontzien, had ik me voorgenomen om hier en daar wat herfstfoto’s te maken op korte afstand van de auto …

De eerste stop was bij Huize Olterterp waar de provinciale vereniging voor natuurbescherming It Fryske Gea haar hoofdkwartier heeft. Vorig jaar had ik een topdag toen ik daar was en heb ik rondom foto’s gemaakt van het oude landhuis. Gisteren heb ik me beperkt tot het voorste deel van de parktuin. Daar heb ik wat foto’s gemaakt van paddenstoelen die daar in het gras stonden te pronken …

De earrebarren by Earnewâld

De Friese naam van de ooievaar is ‘earrebarre’ (spreek uit als: jerrebarre). Voordat ik vanaf de vogelkijkhut in de Jan Durkspolder koers naar huis zette, wilde ik nog even bij de earrebarren bij Earnewâld kijken. Daarom besloot ik nog even langs het rietland en de ooievaarsnesten ten noorden van Earnewâld te rijden. Gewoon even een relaxed ritje ter afsluiting van de dag …


Op de paal tegenover de gaswininstallatie aan de Dominee Bollema Van der Veenweg (Google Maps) zat een ooievaar mooi te zijn. Het hek van It Fryske Gea stond open, daarom besloot ik even om het nest heen te lopen, zodat ik ze nog even vanaf de andere kant zou kunnen portretteren …


Terwijl ik aan de paal voorbij liep, bleef de ooievaar me met zijn blik volgen. Zodra ik mijn camera aan de andere kant weer op de ooievaar richtte, draaide ze haar kop en nek weer keurig in profielpositie. Intussen kwamen de rietsnijders, die achter me in het rietveld werkten, langzaam dichterbij met een nieuwe lading riet …


Nadat ze hun vracht even later hadden gelost, raakten we aan de praat. Terwijl we met zijn drieën stonden te praten, landde ook de tweede ooievaar weer op het nest …

Hardwerkende krasse knarren

Op weg terug van de vogelkijkhut naar de auto hoorde ik iets verderop met korte stoten het geronk van een motorzaag. Bijna terug bij het pad kon ik ook mannenstemmen horen …


Een aantal vrijwilligers en een betaalde kracht van de Friese natuurbeschermingsorganisatie ‘It Fryske Gea’ waren een stukje verderop bezig met het knotten van de wilgen daar. Nadat ze eerder de wilgen langs het pad al onder handen hadden genomen, waren nu de wilgen in het rietland aan de andere kant van de sloot kennelijk aan de beurt …

Dus denk bij het passeren van zo’n oude knotwilg niet dat het maar een oude dode boom is, waarvan de gaten als prullenbak bedoeld zijn. Nee, die voor ons landschap zo kenmerkende oude knotwilgen zijn in de loop der jaren vaak met zorg gevormd in een hechte samenwerking van moeder natuur en een legertje hardwerkende krasse knarren …

Waar zouden we zijn zonder alle actieve vrijwilligers?

Ik vrees dat er zeer grote problemen zouden ontstaan op het vlak van natuur, cultuur, sport, verenigingswerk, zorg & welzijn, politiek, wijk- en buurtwerk, sociale hulpverlening, onderwijs & scholing. Ik durf de stelling wel aan dat onze samenleving goeddeels in zou storten zonder vrijwilligerswerk.

Tussen winter en voorjaar

Maandagochtend ben ik na de koffie weer eens naar de Jan Durkspolder gereden. Er werd hard gewerkt door de rietsnijders, die hun overtollige ruigte aan het verbranden waren …


Ook langs de Geau (Google Maps) en langs het paadje naar de grote vogelkijkhut was weer hard gewerkt. De wilgen waren weer keurig geknot door vrijwilligers van It Fryske Gea


De plas in de polder lag er heerlijk rustig en dromerig bij. Het eerste wat me opviel, was dat de gele lissen voor de hut waren verwijderd. Er zwommen her en der wat zwanen, sommige daarvan leken voorzichtig het voorjaar in de kop te krijgen, maar daarover later meer …

Er zweefde een blauwe reiger voorbij en een stuk verderop in de richting van de molen maakte een grote zilverreiger op subtiele wijze een dansje in het water. Ook die grote zilverreiger komt een deze dagen nog eens uitgebreid in beeld …

Nog een gedenksteen

We vervolgen het rondje om de kerk waar we gebleven waren, bij het unieke trapgeveltje in de oostmuur. Onder de drie smalle boogramen is een gedenksteen zichtbaar …


In 1912-1913 is de Sint Hippolytuskerk gerestaureerd in opdracht van mevrouw B.W.T. Sandberg van Boelens. Natuurlijk werd ook dit feit in een gedenksteen vastgelegd, de Van Boelens lieten in dit opzicht graag van zich horen. Ook in het interieur ontbreekt de naam Van Boelens niet. Zo hangen hun rouwborden nog in de kerk, en ook liggen er grafzerken van de familie in de vloer. De Van Boelens zijn echter begraven in een grafheuvel op een eigen begraafplaats elders in Olterterp. Je kunt het interieur van de kerk hier bekijken. Met behulp van een street view camera kun je in de kerk om je heen kijken …

De foto’s onder en naast de gedenksteen hierboven laten de scheiding zien tussen de van kloostermoppen gebouwde originele kerk (links) en de in 1744 bijgebouwde toren die is opgetrokken van de toen gangbare kleinere bakstenen (rechts) …

Daarmee is voorlopig wel het meeste verteld over de mooie laat-middelseeuwse Sint Hippolytuskerk in Olterterp. Na nog een aantal bijzonder vormgegeven monumenten te hebben bekeken, gaan we richting uitgang …

Aan de noordkant verlaat ik het kerkhof om naar de daar gelegen parkeerplaats te lopen …

Op het oude kerkhof

In de zuidoost hoek van het kerkhof van de Sint Hippolytuskerk in Olterterp staat een bankje. Daar heb ik tijdens mijn rondje om de kerk even nuttig gebruik van gemaakt. Ik had er een mooi zicht op de kerk …


Nadat de benen weer tot rust waren gekomen heb ik mijn rondgang over het kerkhof vervolgd. Het mooie van dit soort oude begraafplaatsen vind ik de diversiteit van de grafmonumenten …

Van een eenvoudig oud stenen hart tot het prachtig vormgegeven glazen monument van oud-statenlid voor de FNP Roel Falkena en zijn vrouw Librich Falkena-Andringa …

… en van jong tot oud, je vind het hier allemaal op een slechts enkele vierkante meters bij elkaar …

Ik sluit dit deel af met een foto van de oostmuur, die net als de westmuur een trapgevel heeft. Het schijnt daarmee de enige Friese kerk met trapgevels te zijn. De kerk wordt verlicht door smalle spitsboogvensters met eenvoudige glas-in-lood ramen, waarvan er ook drie in de oostgevel zitten …

  • wordt vervolgd

Bij de Sint Hippolytuskerk

Eenmaal voorbij het hekje staan we recht voor de deur. Ik had zo naar binnen kunnen stappen om een fotoserie te maken van het interieur, ware het niet dat de deur op slot was …


De kerk is rond 1500 gebouwd van grote bakstenen, de zogenaamde kloostermoppen. De toren werd pas in 1744 gebouwd. De bouw van de toren werd mogelijk mede dankzij een bijdrage van 500 gulden van Ayzo van Boelens en zijn eerste echtgenote Rinske Lycklama à Nijeholt. Ter herinnering aan dat feit, is er een gedenksteen aangebracht boven de ingang. Dat geld konden ze zich trouwens wel permitteren, want het lukte de familie Van Boelens om in anderhalve eeuw tijd om alle boerderijen in de omgeving in handen te krijgen door huwelijk, erfenis of aankoop. …

De schatrijke en notabele Ambrosius Ayzo van Boelens (1766-1831) liet in 1793 op een steenworp afstand van de kerk het slot bouwen, dat in 1906 is vervangen door het huidige Huize Olterterp. Bij de aanleg van de parktuin in Engelse landschapsstijl die het slot omringde, werd een zichtlijn gecreeërd, zodat de kerk vanuit het landhuis te zien was …

De kerk en het kerkhof zijn sinds 1996 eigendom van de Stichting Alde Fryske Tsjerken en wordt beheerd door de Plaatselijke Commissie. Er is een reglement voor de vorm van de grafmonumenten. Wie op het kerkhof een graf wil kopen, kan contact opnemen met de Plaatselijke Commissie …

De kerk wordt behalve als kleine concertzaal en expositieruimte ook gebruikt voor samenkomsten en rouwdiensten. Verder is de Sint Hippolytuskerk ook geliefd als romantische trouwlocatie midden in de bossen …

  • wordt vervolgd