Dinsdag beschreef ik hier al hoe een grote zilverreiger, af en toe subtiel dansend, stond te vissen in de Jan Durkspolder. Wat ik er toen niet bij verteld heb, is dat tijdens het vissen het luchtalarm afging. Op dat moment was ik aan het filmen. Pas nadat ik was gestopt met filmen zag ik, dat het al ruim 10 minuten over twaalf was op dat moment. Een luchtalarm dat 10 minuten te laat afgaat, daar heb je wat aan in tijden van nood …**
De grote zilverreiger liet zich niet door het luchtalarm storen. Zo goed als ik onverstoorbaar bleef filmen tijdens het alarm, bleef hij onverstoorbaar dansen en vissen. En niet zonder succes. Dat succes kwam echter pas vlak nadat ik was gestopt met filmen …
Had ik al verteld dat er maandagochtend een grote zilverreiger in de plas bij de grote vogelkijkhut in de Jan Durkspolder zat? Het is wel zo! Ik heb hem geruime tijd kunnen observeren in de richting van de windmotor aan de Westersanning …
Nu eens stond hij geruime tijd stil voor zich uit te staren, dan weer scharrelde hij wat heen en weer in het ondiepe water. Hoewel heen en weer scharrelen eigenlijk de lading niet dekt, hij bewoog zich eerder subtiel dansend voort …
Met zijn dansje bracht hij verschillende keren een visje in beweging. Keer op keer hapte hij mis, maar uiteindelijk had hij toch beet. En ik ook … 🙂
Maandagochtend ben ik na de koffie weer eens naar de Jan Durkspolder gereden. Er werd hard gewerkt door de rietsnijders, die hun overtollige ruigte aan het verbranden waren …
Ook langs de Geau (Google Maps) en langs het paadje naar de grote vogelkijkhut was weer hard gewerkt. De wilgen waren weer keurig geknot door vrijwilligers van It Fryske Gea …
De plas in de polder lag er heerlijk rustig en dromerig bij. Het eerste wat me opviel, was dat de gele lissen voor de hut waren verwijderd. Er zwommen her en der wat zwanen, sommige daarvan leken voorzichtig het voorjaar in de kop te krijgen, maar daarover later meer …
Er zweefde een blauwe reiger voorbij en een stuk verderop in de richting van de molen maakte een grote zilverreiger op subtiele wijze een dansje in het water. Ook die grote zilverreiger komt een deze dagen nog eens uitgebreid in beeld …
Vorige week woensdag was het een stralende dag in Fryslân. Ik besloot onder een strakblauwe hemel een fotokuier te maken in De Deelen. Sinds ik in januari 2019 ontdekte dat het bruggetje over het tweede petgat in onbruik was geraakt, had ik daar geen echte kuier meer gemaakt. Deze dag had ik er zin in om het weer eens te wagen. En ik was niet alleen, ik werd vergezeld door de lange donkere man …
Terwijl ik langs het eerste petgat aan de wandeling begon, zag ik in de verte een grote zilverreiger op het paadje staan. Op de foto linksonder is hij slechts als een klein wit stipje te zien, op zo’n moment komt de sterke zoomlens weer goed van pas …
Het duurde niet lang voordat de zilverreiger mij ook zag. Hij liet me niet veel dichterbij komen en zocht al snel zijn heil aan de andere kant van het petgat. Daar ging hij op een grote pol zitten …
Op dat moment passeerden toevallig ook de heer en mevrouw grote zaagbek. Hij zwom voorop, maar zij maakte beter gebruik van het licht om netjes op de foto te komen …
Ik naderde intussen het eind van het pad langs het eerste petgat. Daar kreeg ik zicht op het bruggetje aan de andere kant van het Alddeel (Google Maps). Dat zou voorlopig nog wel buiten mijn bereik blijven. Maar dat maakt niet uit, ik was al lang blij dat ik dit punt na jaren weer had gehaald …
December begon koud, maar van winter was geen sprake. Het was veelal zwaar bewolkt met een gure wind, overdag was het een graad of vier en ’s nachts lag de temperatuur vaak rond het vriespunt. Het onderstaande beeld, gemaakt onderweg naar de Sinterklaasviering, laat duidelijk zien dat het in de eerste week geen weer voor mijn fotokuiertjes was …
Vanaf 10 december veranderde het beeld en kreeg het weer een winters karakter. Na een paar nachten met lichte tot matige vorst zag het er op 14 december in de tuin zowaar even echt winters uit. De zon scheen en het vroor lekker. Het ijs riep! Het eerste wat ik op zo’n dag doe is een ritje naar de Hooidammen maken. Daar maakten de eerste schaatsers op het ondergelopen land hun eerste slagen van het jaar op natuurijs. Ik had een van mijn vermaarde topdagen, want ook in het bos heb ik volop genoten van de winterse sfeer …
Vijf dagen kon er op ondergelopen land en verschillende ijsbanen veilig geschaatst worden. Daarna was het weer voorbij met de winterpret. Vanaf 20 december kwamen we weer onder de invloed van lagedrukgebieden en liepen de temperaturen snel op. Waar op 18 december nog een laag ijs lag, nam de grote zilverreiger zijn bad weer. Bij Earnewâld kreeg ik nog een buitenkansje om een zeearend te zien landen. Op 30 december heb ik het fotojaar samen met mijn fotomaatje afgesloten bij ‘de Slotpleats’ bij Bakkeveen. Ik kom hier nog op terug …
Wat moet ik er verder nog van zeggen? December had duidelijk twee gezichten. Na een licht winterse start eindigde de maand met recordhoge temperaturen. Tijdens de jaarwisseling stond hier in de tuin 13,5°C op de thermometer. Aan het eind van de maand heb ik 11 vorstdagen geteld en 1 ijsdag, de eerste en de laatste van 2022. Dankzij de twee gezichten kwam de gemiddelde temperatuur uit op 3,7°C (normaal over de periode 1971-2000: ca. 3,4°C). Ook de hoeveelheid neerslag week dankzij de natte laatste week nauwelijks af van dat langjarig gemiddelde …
In 2009 is de Catspoolder ingericht als natuurgebied en is de bemaling stopgezet. Het waterpeil gaat er nu op en neer met dat van het riviertje de Lende, dat er langs loopt. De polder dient nu ook als waterberging. In de zomer wordt het gebied losgekoppeld van de Lende, waardoor het waterpeil zakt en de grond deels kan indrogen. Om de vallei nat te houden, is een ingenieus systeem van sloten, stuwen en kleppen uitgedacht dat moet voorkomen dat het gebied helemaal verdroogt. Het gebied trekt vooral water- en moerasvogels …
Hoe mooi een vogelkijkhut ook is, het gaat erom wat je er te zien kunt krijgen. En dat valt bij de ‘Catskieker’ niet tegen. Je hebt er een mooi uitzicht over een flinke plas. Recht voor de hut staat een rijtje dode bomen en boomstronken. In de top van de hoogste boom zat een gestaag toenemend aantal aalscholvers te vergaderen. Op een strookje droge grond scheef voor de hut zaten vogels van diverse pluimage, waaronder meeuwen, kieviten, verschillende ganzen en ook hier enkele aalscholvers. Het was allemaal niet spectaculair, maar we hebben ons er bij heerlijk najaarsweer een uurtje prima vermaakt …
Na ons bezoek aan de ‘Wolvenroep’ stelde ik voor om naar een bepaalde vogelkijkhut te gaan die mijn fotomaatje al eens op haar blog had getoond, en waarvan ik wist dat hij ergens hier in de Lendevallei moest staan. Jetske wist meteen dat ik de vogelkijkhut de ‘Catskieker’ in de Catspoolder (Google Maps) bedoelde. Na een ritje van amper 10 minuten waren we ter plekke …
Daarna volgden nog een korte kuier en de beklimming van een dijklichaam dat het wandelpad scheidde aan de waterkant. Ook hier had Jetske weer een juiste inschatting van de loopafstand gemaakt, zodat we al snel de vogelkijkhut de ‘Catskieker’ betreden. Het belangrijkste deel is een ronde, deels open hut van cortenstaal met daarnaast en deels ervoor een eenvoudig scherm …
De Catspoolder was dankzij de vervening in de 18 en 19e eeuw ooit een petgatengebied. In de twintiger jaren van de vorige eeuw is het gebied geschikt gemaakt voor de landbouw. Om de polder droog te houden voor de landbouw, moest hij sterk worden bemalen …