Ik liet de bloemen met de bladluizen achter me en vervolgde mijn zoektocht naar fotogenieke plekjes op en in de nog licht bedauwde bloembladeren …
Het duurde niet lang voordat ik andermaal leven aantrof op de bloemen, ditmaal betrof het een nijvere mier. Hij was duidelijk op zoek de kleine kudde melkvee die ik in het vorige blogje op één van de andere bloemen had aangetroffen. Ja, dat wisten jullie misschien niet, maar mieren melken bladluizen …
Hij zou ze straks wel vinden, vermoedde ik, zo groot waren de afstanden hier niet. Zelf gaf ik me nog even over aan het dromerige sfeertje onder de met dauwdruppeltjes bedekte bloemblaadjes …
Aafje meldde een uurtje later dat ze een lieveheersbeestje op de helleborus had gezien. Het is dus voor de mier te hopen dat hij de bladluizen snel heeft gevonden, anders heeft het lieveheersbeestje ze waarschijnlijk voor zijn neus weggekaapt.
Onze helleborus, die in een pot op één van de terrastafeltjes staat, bloeit al een tijdlang uitbundig …
Afgelopen week ben ik op een zonnig moment eens bij dat tafeltje met de helleborus gaan zitten om wat macrofoto’s te maken van de bloemen …
Na enige tijd zag ik bij één van de bloemen iets bewegen. Door er wat verder op in te zoomen werd al snel duidelijk dat er een kleine kudde bladluizen liep te grazen …
Oktober ging naadloos over in november, in de eerste week was het regelmatig zacht, maar wisselvallig weer. Vooral in de omgeving van Olterterp en Beetsterzwaag heb ik in november veel boswandelingen gemaakt …
Naar aanleiding van een fotoreportage die ik rond de Sint Hippolytuskerk van Olterterp had gemaakt, stelde Jetske aan het eind van de maand voor om samen eens wat oude Friese kerken te bekijken. En verder waren het de gebruikelijke zaken die ik voor de lens van mijn camera kreeg, zoals een paar glinsterende druppeltjes aan een lampionnetje van de lampionplant en een mooi heidelibel in het Weinterper Skar …
De bossen kregen hun kleurige herfsttooi laat dit jaar, maar dankzij het zachte weer, waren er vrijwel de hele maand veel wandelaars op pad. Ook libellen vlogen lang rond in november. In de koudste periode van de maand lag er op 19 november ’s ochtends voor het eerst sinds maart een laagje ijs in het houten vogelbad. Enkele dagen later zat er bij de kijkhut aan de Leijen één of ander motje dat wel even op de foto wilde. Het was het laatste insect dat ik 2022 voor de lens kreeg …
Met een gemiddelde temperatuur van 8,2°C in onze tuin was november net als de 10 voorgaande maanden zacht. Alleen rond de 20e daalde de temperatuur een aantal dagen en vroor het ’s nachts een paar maal heel licht. Behalve zacht was november ook nat, in ons tuintje viel 100 mm neerslag. Landelijk was dat gemiddeld ca. 90 mm, maar de verschillen waren weer groot tussen het noordwesten en het zuidoosten …
Op de eerste augustusdag reikte het kwik tot een bescheiden 20,1°C, en dat was ook meteen de laagste maximumtemperatuur van de maand. Daarna volgden er al snel drie warme tot zeer warme perioden in de rest van de maand. Op het warmst van de dag was het vaak alleen voor vliegen goed vertoeven op het terras …
De sporen van warmte en droogte waren al snel goed te zien aan de varens. Daar stond tegenover dat het een uitstekende zomer was voor de druiven. “Zo heb elk nadeel zijn voordeel,” zou de grote JC gezegd hebben. De dieren in de tuin gingen ieder op hun eigen wijze met de warmte om. Een houtpantserjuffer die regelmatig even langs kwam, hing graag wat in de schaduw aan de restanten van de uitgebloeide irissen. Voor de vogels stond er iedere dag een goed gevuld bad met fris water klaar, en daar werd volop gebruik van gemaakt door merels, mussen en diverse mezen …
Wanneer de warmte ’s ochtends vroeg nog goed te doen was en mijn benen over enige draagkracht beschikten, maakte ik nog wel eens een ritje naar de Jan Durkspolder. Vaak blies er dan nog wel een verkoelend briesje door de geopende kijkluikjes van de grote vogelkijkhut. Zo kon ik daar o.a. een mooie fotoserie maken van een foeragerend witgatje. De mooie paardenbijter was een verjaardagscadeautje dat ik bij de Leijen mocht uitpakken …
Het is al gezegd, en iedereen zal het ook nog weten: augustus 2022 was warm, erg warm en droog. Ik heb 31 warme dagen kunnen noteren (max. temperatuur 20°C of hoger), daarnaast waren er 12 zomerse dagen (over de periode 1971-2000 waren dat er gemiddeld 6). Augustus telde 4 tropische dagen (over de periode 1971-2000 was dat er gemiddeld 1). In ons tuintje ben ik met een gemiddelde van 20,4°C nog net wat hoger uitgekomen dan de 20,0°C bij het KNMI in De Bilt. Daar staat dan weer tegenover dat we hier met slechts 11 mm regen minder neerslag hebben gehad dan landelijk …
April begon zoals maart eindigde, met sneeuw. In de nacht van 31 maart op 1 april viel er nog een paar cm sneeuw bij, zodat er ’s ochtends vroeg een kleine 7 cm sneeuw lag …
Een lang leven was dat sneeuwdek niet beschoren, omdat de maximumtemperaturen geleidelijk opliepen tot 10°C op 3 april. En dat was maar goed ook, want er zaten inmiddels jonge merels in het nestje in de pergola. Sneeuw of niet, pa en ma merel vlogen af en aan met verse wormen. Op 5 april verlieten de jonge merels het nest. Na een koude en regenachtige tiendaagse start, liepen de temperaturen tijdelijk op, waardoor de eerst insecten zich in de tuin lieten zien…
Rond half april liet Jetske en lang gekoesterde wens uitkomen. Van een collega had ze de locatie van een ijsvogelnest gekregen die voor mij ook goed bereikbaar was. Wat heet bereikbaar, we konden ze zelfs gerieflijk vanuit de auto observeren en fotograferen. En het geluk was meteen met ons rond twee uur ’s middags waren man en vrouw ijsvogel zelfs zo vriendelijk om even samen voor ons te poseren. Het spreekt voor zich, dat ik daar de rest van het voorjaar diverse keren heb zitten posten. Omdat het niet ver van de Surhuizumermieden was, kon ik het ook nog eens mooie combineren met het fotograferen van grutto’s, kemphanen en andere weidevogels. Naar aanleiding van de inval van Rusland in Oekraïne sloten Jetske en ik de maand in een grijze, kille sfeer af met een fotokuier op de oude ‘Atoomsite’ bij Havelte… …
De eerste tien dagen van de maand verliepen duidelijk te koud voor de tijd van het jaar. Bovendien was het erg nat, na de sneeuw volgde een periode met veel regen. Dankzij het natte begin van de maand gaat april 2022 als een natte maand de boeken in. Vanaf de elfde bleef het droog en gingen de temperaturen met een zuidoostelijke stroming omhoog. Op 18 april kon ik de eerste ‘warme’ 20°C van het jaar noteren. De tweede helft van april verliep erg zonnig. In de laatste week daalden de temperaturen bij ons in het noorden onder invloed van een noordelijke stroming tot net boven de 10°C …
Na een grijze en donkere winterperiode brak het voorjaar in maart aan met volop zon. Het mooie weer wist me na enige tijd zelfs te verleiden tot een kuier in het Weinterper Skar …
Zoals de laatste jaren gebruikelijk is geworden, heb ik in het voorjaar ook weer een paar maal een ritje naar het kijkplatform in de Surhuizumermieden gemaakt. Dit is momenteel toch wel een van de beste plekken in de buurt om grutto’s te spotten, en dat lukte ook in 2022 meteen weer. Ook een graspieper wilde wel even poseren. In de tuin trof ik op een koude ochtend een zieltogende hommel aan. Met suikerwater was hij niet meer te redden, het arme beest had ook mijten …
Met fotomaatje Jetske ging ik tegen het eind van de maand naar ‘de Lokkerij’(Google Maps), een ooievaarsstation in een beboste omgeving. Die dag liep ik ook voor het eerst flink tegen mijn grens aan, omdat mijn benen me nog maar nauwelijks konden dragen op weg terug naar de auto. Onderweg naar huis werd ons pad later op de dag gekruist door een overstekende trein. Dat is voor mij altijd een hoogtepuntje, want in een straal van 25 km rond mijn woonplaats Drachten rijdt nog steeds geen trein …
Maart was een uiterst zonnige maand. Ik telde 16 dagen zon, op 7 dagen was het licht bewolkt en op 8 dagen was het bewolkt of overwegend bewolkt. Volgens het KNMI was maart met gemiddeld over het land 250 uren recordzonnig. Met zoveel zon en veelal een zuidelijke stroming kon het niet missen of de gemiddelde temperatuur moest ook in maart weer hoog eindigen: 7,9°C in onze tuin (normaal ca. 5,0°C over de periode 1971-2000). Behalve zonnig was maart met welgeteld 9 mm ook bijna recorddroog. Bijna, want de laatste dag van de maand had nog een verrassing in petto: ’s avonds viel er ca. 3 cm sneeuw …
Hoewel ik geen hoge verwachtingen had van mijn kuier in het Weinterper Skar, was het me bepaald niet tegengevallen …
Dat had natuurlijk te maken met het uitzonderlijk mooie novemberweer, maar ook met de nieuwe ontwikkelingen zoals de omgewaaide bomen en de verbossing …
Maar het was ook wel bijzonder om te ontdekken, dat de insecten weer lekker meewerkten aan een paar korte fotosessies. Eerst waren dat de libellen en het lieveheersbeestje bij de dobbe, en hier op het tweede bankje lieten libellen en strontvliegen zich mooi zien …
Het was mooi geweest. Ik stond op en zette nu echt koers naar de auto door bij de boom een stukje verderop rechtsaf te gaan …
Nog een snelle groet aan het paard van de buurvrouw van het Weinterper Skar, dat al jaren trouw zicht houdt op de parkeerplaats er tegenover …
Moe, maar zeker voldaan reed ik huiswaarts. Die avond sloeg het weer om, waarna er een paar regenachtige en donkere dagen volgden. Dat kwam mij wel goed uit, want na een paar flinke kuiers in de bossen rond Olterterp op maandag en deze wandeling in het Weinterper Skar, konden mijn benen wel een paar dagen rust gebruiken. 🙂