Zicht op uitkijkpunt Leyensloane

Na de wandeling langs het pas gemaaide rietland heb ik enige tijd in de vogelkijkhut ‘Blaustirns’ gezeten. Het weer leek vriendelijker dan het was, er kwam weliswaar meer ruimte voor de zon, over de Leijen blies een frisse wind de hut in …


Op het steeds verder uiteenvallende boomeilandje zaten een stuk of wat aalscholvers hun veren te poetsen en drogen …

Ik bekeek dit alles dus vanuit de kijkhut op de onderstaande foto. Die foto had ik een week eerder gemaakt, terwijl ik op het uitkijkplatform stond bij het strandje aan de Leyensloane op de zuidelijke oever van het meer …


Omdat er verder weinig te beleven viel op het water, liet ik mijn blik nu vanaf de westelijke oever langzaam in zuidoostelijke richting naar rechts over de horizon glijden. En jawel, daarginds staat het uitkijkplatform op de landtong bij het strandje aan de Leyensloane waar ik de bovenstaande foto heb genomen …

Het werd fris in de hut. Omdat ik intussen had gezien wat ik wilde zien, ben ik er niet lang meer gebleven. Ter afsluiting nogmaals een foto vanaf het vlonderpad van het kaalgeschoren rietland en de bossen riet in de verte …

Zicht op de ‘Blaustirns’

Het uitkijkplatform bij het strandje aan de Leyensloane viel me helemaal niet tegen. Met mijn rug naar de wind en kop in de zon was het er ook best even lekker zitten. Maar al te lang moest dat niet duren, daarom begon ik weer te fotograferen …


Aan de westkant van de landtong dobberden wat eenden en ganzen in het water. De Canadezen doen het hier blijkbaar goed, want ze bepaalden ook hier het beeld …

Om vogels te fotograferen lijkt dit me niet het beste plekje. Het rietkraagje is weliswaar mooi en sierlijk, de vogels die er waren hielden zich erachter schuil en waren moeilijk in beeld te krijgen. Op zonnige zomerdagen zullen vogels dit plekje waarschijnlijk mijden, want dan is het vaal druk en luidruchtig de omgeving van het strandje …


Aan de oostkant zal het op zomerse dagen niet veel beter zijn. Dan trekt er vaak een lange stoet bootjes vanuit het Opeinder Kanaal in de richting van het riviertje de Lits aan de noordkant van de Leijen (vv). Kortom: het uitkijkplatform is een fijn plekje om eens even lekker te zitten, maar niet optimaal voor de vogelfotografie …


Dan nog maar eens een blik in noordwestelijke richting. Daar is tussen de rietpluimen door de vogelkijkhut ‘Blaustirns’ bij De Tike te zien. Ik moet er 10 km verder voor rijden om daar te komen, maar dat heb ik er graag voor over, want het is lopend meer dan de helft korter om van de auto bij de hut te komen …

Tot slot richt ik de blik nog even naar het zuiden. In de verte is boven het rietland de auto te zien. Nog maar even niet aan denken, want die staat wel erg ver weg. Nog een stukje verder weg torent aan de andere kant van het kanaal de schoorsteenpijp van de grasdrogerij Opeinde ….

Waterhoen en meer gevogelte

Al snel nadat ik mijn blik over het hele meer had laten glijden, kwam er een waterhoen langs …


In tegenstelling tot de meerkoet zie ik het waterhoen hier maar weinig. Ik was dan ook blij met deze mooie passage …

Een stuk verderop vlogen even later een paar laagvliegende vogels voorbij. Zeker weten doe ik het niet, maar ik denk dat het een paar nonnetjes waren. Jammer dat ze snel weer uit zicht waren …


Korte tijd later naderde een klein groepje smienten de hut. De kleine vlootschouw werd afgesloten door een paar passerende slobeenden …

Ik ben deze serie gisteren begonnen met een foto van het onderstaande water in de richting van de vogelkijkhut en het rietland. Ik sluit af met een foto van dat water en de gesnoeide struik aan de overkant. In de verte stond de Afanja-mobiel klaar om me naar een fotogeniek plekje te brengen …

Langs het hoge riet

Vorige week woensdag was het mooi weer om weer eens een wandeling bij de Leijen te maken. Bij gebrek aan winterweer was ik er al een tijdlang niet meer geweest. Sommige plekken hebben met grijs en donker weer weinig te bieden, de vogelkijkhut ‘Blaustirns’ (Google Maps) bij de Tike is voor mij zo’n plek …


Ik was nog mooi op tijd om over het paadje langs het manshoge riet in de richting van de hut te kunnen lopen. De lokale rietsnijder die dit rietland pacht was intussen begonnen om zijn materieel aan te voeren, had ik onderweg gezien. In de loop van deze week zal het rietland hier waarschijnlijk weer een haal ander beeld bieden. Dan zal het mooie wuivende riet, dat zich onder invloed van zon en wind steeds weer anders toont, tot op enkele centimeters boven de grond zijn verdwenen …

Aangekomen in de vogelkijkhut is dit het beeld door één van de geopende kijkluikjes. In de verte is het steeds verder uit elkaar vallende boomeilandje te zien …


Door wat verder voorover te buigen en wat in- en uit te zoomen, is dit van links naar rechts het beeld over het meertje de Leijen. Op de omgevallen boom zat een eenzame aalscholver, verder was het rustig op het water. Toch kwamen er na enige tijd later diverse vogelsoorten voorbij …

– wordt vervolgd

Terugblik oktober 2022

Ik begin de terugblik op oktober in de wachtkamer van de afd. Neurologie in het plaatselijk ziekenhuis. Na een intakegesprek en een looptest in september was mijn nieuwe neuroloog bereid om me een relatief nieuw medicijn voor te schrijven. Daar plukte ik vanaf oktober de revenuen van. Er ging al na korte tijd zogezegd een wereld voor me open, omdat ik er vrijwel meteen een stuk stabieler mee kon lopen dan voordien …


Gaandeweg de maand heb ik geprobeerd mijn fotokuiertjes heel voorzichtig wat te verlengen. In de Jan Durkspolder lukte het o.a. om een torenvalk op de windmotor aan de Westersânning te kieken. Bij het Witte Meer bekroop me even de neiging om te onderzoeken waar het vlonderpad langs het Witte Meer uitkomt, maar dat leek me toch nog niet verstandig …

Verder ben ik weer eens van voor tot achter in de Ecokathedraal gekomen, en zelfs nog wat verder. Ook de vogelkijkhut ‘Blaustirns’ bij de Leijen is weer binnen mijn bereik gekomen. Het is dan alleen wat jammer als je als derde in de kleine hut komt, terwijl de eerste twee niet bereid zijn om het mooiste plekje even te delen. Paddenstoelen waren wat dat betreft makkelijker onderwerpen, en daar heb ik dan ook veelvuldig gebruik van gemaakt in oktober en november …

Na een warme zomer volgde een zachte herfst, in de laatste week van oktober was het ronduit warm. In ons tuintje werd de hoogste temperatuur op 28 oktober bereikt: 19,2°C, in Eindhoven verscheen die dag 24,6°C op de thermometers. Afijn, onder het motto ‘Een kinderhand is gauw gevuld’ was ik al heel blij met die 19,2°C. De gemiddelde temperatuur kwam in oktober uit op 13,1°C, ca. 3 graden warmer dan het langjarig gemiddelde in oktober voor de periode 1971-2000. Met gemiddeld over het land 38 mm neerslag was het ook een erg droge maand. Dankzij ruim 20 mm regen op 1 oktober hadden wij aan het eind van de maand met in totaal 52 mm weer niks te klagen …

De earste riders yn’e JD-polder

Aangekomen in de Jan Durkspolder was de vogelkijkhut wat beter te zien. Net als de uitkijktoren ‘Romsicht’, die wat verderop staat. Verder viel er ten zuiden van de Westersânning niet veel te zien …


De earste riders (de eerste schaatsers) in de Jan Durkspolder waren zoals gebruikelijk aan de noordkant van de Westersanning te zien. Omdat er nog steeds maar een paar cm ijs lag, waren er nog maar weinig schaatsers die zich op de ijsvlakte waagden …

Het waren er weliswaar nog niet zoveel, maar ze waren er allemaal: de schaatsende fotografe, de man die zijn stijlvolle pootje-over kunsten toonde en de veteraan die heel verstandig met een helm op voorbij schaatste …

En er waren natuurlijk weer momenten van weerzien met oude bekenden op de schaats of zomaar een praatje met een toevallige passant. Er gebeurt wat met mensen zodra er ijs ligt, ze worden ineens een stuk vrolijker en vriendelijker. Er wordt niet alleen gevallen, maar vooral ook gelachen en mensen groeten elkaar zoals dat in de jaren ’60 en ’70 nog gewoon dagelijks gebruik was …

De basis voor dat bijzondere sfeertje is volgens mij deels te vinden in het landschap, dat feeërieke trekjes krijgt wanneer de kou behalve ijs op sloten en plassen ook een laagje rijp over het landschap heeft gelegd …

Een meeuw op een paaltje

Gebruik makend van het feit dat ik dankzij de nieuwe medicatie een stuk steviger en stabieler liep, heb ik begin oktober weer eens een fotokuiertje naar de vogelkijkhut ‘de Blaustirns’ bij de Leijen gemaakt. Daar had ik me alleen een tijdje niet meer aan gewaagd, omdat je er over een smal, vaak tamelijk glibberig paadje langs het water moet lopen. Nu durfde ik het aan om er weer eens op eigen gelegenheid naar toe te gaan …


Er zaten twee echte vogelaars met grote toeters op hun camera’s geschroefd in de kijkhut. Eén van hen vertelde dat ik net te laat kwam, omdat er een paar maal een ijsvogeltje op één van de palen had gezeten. Ik kreeg niet meer te zien dan een meeuw, die het plekje op de paal had overgenomen. Maar daar was ik ook al blij mee, temeer daar ik blij was om te horen dat er recentelijk regelmatig een ijsvogeltje bij de hut te zien was. Dat biedt binnenkort hopelijk weer nieuwe kansen …