Toen ik vorige week dinsdagochtend de schuttingdeur opende, zag ik een zieltogende hommel op de grond liggen. Kennelijk had het beestje daar beschutting gezocht tegen kou en een klein nachtelijk buitje. Toen ik er even zachtjes tegenaan tikte, kwam er wat leven in, maar veel was het niet …

Ik besloot hem voorzichtig mee te nemen de tuin in. Eerst zette ik hem even op een van de terrastafeltjes. Korte tijd later verplaatste ik hem naar een schoteltje met wat suikerwater …

Dat leek hem wel goed te doen, want toen ik enige tijd later weer even bij hem keek, zag ik dat hij voorzichtig in het schoteltje rond scharrelde. Maar ik zag ook wat anders. De hommel had lifters bij zich … mijten …

Hommels zitten soms onder de parasieten en de meeste daarvan zijn mijten. Deze hommel had tenminste 4 of vijf mijten op zich zitten. Er zijn talloze soorten mijten, die nauwelijks van elkaar te onderscheiden zijn. Mijten eten behalve dode dieren vooral ook planten of rottende stoffen. Het zijn in feite opruimers …





Wat voor kostgangers deze hommel precies bij zich had, zal wel altijd onduidelijk blijven. Feit is wel dat de hommel de volgende dag dood naast het schoteltje lag …
