En weer vlogen ze weg

Net als bij Skrok dobberden er hier bij Skrins ook veel knobbelzwanen op het water. ik vermoed, dat we een deel van deze zwanen vanmorgen bij Skrok hebben zien wegvliegen …

Ook hier begon een groot deel van de zwanen na enige tijd aan een vliegende start over het wateroppervlak. Eenmaal los maakten de zwanen ook hier een ruime bocht, waarna ze weg leken te vliegen in de richting van Skrok. Gelukkig kregen ze geen van allen een klap van de molen, toen ze langs de boerderij vlogen …

Dat was voor ons ook het sein om te vertrekken. Jetske had de hut alvast verlaten en was nog even naar de voorkant ervan gelopen, waar een paar mooie oude knotwilgen stonden. Ik volgde haar even later, waarna we nog een tijdlang lekker in de luwte bij de picknicktafel achter de hut hebben gezeten om wat te eten en te drinken …

Het uitzicht bij Skrins

Na de pittige wandeling lukte het nog net om de trap naar de vogelkijkhut te beklimmen. Ik was dan ook blij dat ik kon gaan zitten, toen we eenmaal in de hut waren. Daarmee heb ik meteen het grootste voordeel van deze vogelkijkhut bij Skrins genoemd. De hut is een stuk kleiner, maar in tegenstelling tot de hut bij Skrok, kun je hier perfect voor de kijkopeningen zitten …

En dan komen we ook meteen bij het grootste nadeel van deze hut. Als je naar buiten kijkt, is meteen duidelijk dat de plas met de vogels wel erg ver weg is. Gelukkig hebben we de grutto’s, en vooral de kluten en scholeksters eerder al wat beter kunnen bekijken …

Een boer reed regelmatig achter de vogelkijkhut langs met een trekker met giertank, waarvan hij de geurende lading steeds in een weiland verderop dumpte …