‘De Forten’ nu en ooit

Waar tot de jaren 60 nog sprake was van ‘de Forten’ aan het Zuiderend, ligt nu een kleine buurtschap, die van Drachten gescheiden is door de A7. Een klein woudhuisje uit 1928 herinnert nog aan die tijd. Achter het bankje en het informatiepaneel staan nu nog wat bouwgevalletjes, die wat doen denken aan de krotten en hutten waarin mensen hier 100 jaar geleden woonden …

Een stukje verder naar achteren staat een mooie boerderij uit 1949 waar niet meer geboerd wordt. Sierlijke paarden grazen er nu in het weiland …

Vanaf het bankje kijk je uit over een paar weilanden waar Texelse schapen zich tegoed doen aan het malse gras. Eigenlijk is het daar aan het Zuiderend wel een idyllisch plekje. Maar voor hoe lang nog …?

In deze weilanden is een toekomstige woonwijk aan de zuidkant van Drachten geprojecteerd. Als je over een jaar of 10 nog op het bankje aan het Zuiderend kunt zitten, dan kijk je waarschijnlijk tegen een nieuwe woonwijk aan met de naam ‘de Forten’ of zo. Er zullen naar schatting zo’n 3000-4000 woningen, enkele scholen en een winkelcentrum worden gebouwd. En als de door de gemeente Smallingerland zo gewenste Zuiderzeelijn of Lelylijn er komt, dan is de kans groot dat hier ook een spoorlijn en een station aangelegd zullen worden …

Bij ‘de Forten’

Hoewel ik nog genoeg (macro)foto’s uit de tuin heb, gooi ik het voorlopig eens over een andere boeg. De komende tijd laat ik hier eens wat foto’s en verhalen over Drachten de revue passeren. Ik begin daarmee op het plekje waar Aafje en ik half augustus Matroos Beek hebben ontvangen, bij het bankje aan het Zuiderend, aan het zuidoostelijke voeteneind van Drachten (Google Maps)

Drachten telt tegenwoordig ruim 45.000 inwoners. Rond het jaar 1600 was er van Drachten nog geen sprake, wel lagen er twee kleine dorpjes: Noorderdragten en Zuiderdragten. De omgeving kwam pas tot ontwikkeling na het graven van de Drachtstervaart en aan het eind daarvan de Noorder- en Zuiderdwarsvaart vanaf 1641 ten behoeve van de turfwinning. Langs de vaarten ontstond allerlei handel en nijverheid, en de beide dorpjes groeiden naar elkaar toe…

Waar bedrijvigheid en een zekere welvaart ontstaan, ontstaat ook armoede. En die armoede bleef lang groot in deze contreien. De veenarbeiders deden zwaar lichamelijk werk en werden vaak zwaar onderbetaald. De grootste armoezaaiers en verschoppelingen, het zogenaamde ‘uitschot van de maatschappij’, kwamen terecht aan het Zuiderend. Daar lagen in de volksmond ‘de Forten’, een paar simpele gemeentelijke woninkjes en wat zelf getimmerde spitketen. Een informatiepaneel bij het bankje vertelt het verhaal van ‘de Forten’ …

De laatste sporen van ‘de Forten’ zijn pas begin jaren 60 van de vorige eeuw door de gemeente opgeruimd. De spitketen, de op het droge getrokken ‘woonboot’ en de door de gemeente gebouwde huisjes, alles ging plat. Een lelijk vlekje was weggepoetst …

Een warm weerzien

Aafje en ik besloten dinsdagmiddag op tijd naar het Zuiderend te rijden. Ik had het bankje bij het informatiebord over ‘de Forten’ (Google Maps) gekozen als ontmoetingsplek met Matroos Beek. Het eerste wat me ter plekke opviel, was dat er vanwege een andere windrichting meer geluid van de A7 naar het bankje werd geblazen dan de vorige keer dat ik hier was …

’s Ochtends had de zon volop geschenen, maar rond het middaguur verschenen er langzaam maar zeker meer wolken aan de lucht. De weerapps die ik gebruik lieten allebei zien dat een buienlijn, die vanuit Zeeland in noordoostelijke over het land trok, rakelings ten zuiden van ons langs trok. En dat was ook tijdelijk merkbaar aan een wel erg frisse wind en een dreigende lucht. Aafje keek met een zorgelijke blik naar de naderende wolken …

Tegen vieren begon de lucht gelukkig weer op te klaren. Donkergrijs maakte plaats voor het veel vriendelijkere lichtblauw. Het leek toch nog goed te komen, en het kwam goed …

Een directe relatie zal er waarschijnlijk niet zijn, maar tegelijk met de zon verscheen ook Matroos Beek, Bea voor intimi. Fier fietsend en vrolijk om zich heen kijkend kwam ze vanuit de donkere voetgangerstunnel onder de A7 op ons af …

Na een warm weerzien en een hartelijke kennismaking nestelden we ons op het bankje. Pratend over ieders welzijn en wedervaren vloog de tijd weer eens om. Genoeglijk pratend over van alles en nog wat, vroeg Bea na verloop van tijd hoe laat het eigenlijk was. Een blik op mijn horloge leerde dat het al tegen kwart voor zes liep. Om te voorkomen dat ze als vermist zou worden opgegeven door haar echtgenoot, die ergens aan de andere kant van de snelweg in Drachten zat, was het ineens al hoog tijd om een eind aan ons gezellige weerzien te maken …

Het eerste stuk naar en door de tunnel onder de A7 fietsten we samen op. Tussen een oude woonboerderij uit 1900 en de nieuwste uitbreiding van het ziekenhuis, hielden we even halt. Nog even de laatste aanwijzingen m.b.t. de route (drie maal rechtsaf slaan op een rotonde en dan een keer naar links). Dat zou best lukken, meefietsen was niet nodig, verzekerde Bea ons. Dat gezegd hebbend, zwaaiden we elkaar uit en gingen we ieder onze eigen weg …

Bedankt voor de gezellige uurtjes, Bea, we vonden het erg gezellig. Je bent een prachtig mens, dat ik zeker nog wel eens hoop te treffen.