Ik neem jullie nog weer even mee naar het Stroïnkgemaal. Het stoomgemaal dat in 1919-1920 werd gebouwd, werd genoemd naar dijkgraaf A.F. Stroïnk. Hij had ervoor geijverd om de waterhuishouding in het gebied sterk te verbeteren door ook Drenthe bij het bemalingsgebied te betrekken. In het begin had ’t gemaal twee stoommachines, vandaar de naam ‘stoomgemaal’ die het tot op de dag van vandaag onder de lokale bevolking heeft gehouden …

Op de Nationale Molendag kwamen we binnen in wat oorspronkelijk de ketelruimte was. De ruimte is nu vooral in gebruik als werkplaats, voor de open dag was hier een aantal informatiestands ingericht …





Nadat ik de houten kap had bekeken, beklom ik de trap naar het middelste deel van het gebouw. Daar staan onder de verhoogde dwarskap van het gebouw de zware machines. De horizontale schroefpompen worden aangedreven door 2 dieselmotoren en 1 elektromotor …






De totale maximale capaciteit van het gemaal bedraagt momenteel 3200 m3 per minuut. Dat komt neer op 4,6 miljoen m3 per dag. Dat is knap natuurlijk, maar het nog altijd volledig op stoom werkende Woudagemaal bij Lemmer pompt met gemak 6 miljoen m3 water per etmaal naar het IJsselmeer. Baas boven baas …





– Hier kun je de hele geschiedenis en de technische specificaties van het gemaal lezen: Vollenhove – het Stoomgemaal