De B-24 crash bij Mirns

Met zicht op de mooiste glooiingen van Gaasterland, waren we onderweg van het Mirnser Klif naar de laatste van de drie kliffen. Omdat de witte, door de zon beschenen klokkenstoel ons ineens toelachte, besloten we even een korte stop te maken bij de begraafplaats van Mirns …

Hoewel de begraafplaats al zeker 400 jaar oud is, dateren veel van de grafmonumenten van vlak na de Tweede Wereldoorlog, ook al geven ze een oudere datum aan. Dat komt doordat er op 22 december 1943 een Amerikaanse bommenwerper neerstortte op het kerkhof. De crash was het gevolg van Flak-beschietingen die het vliegtuig hadden beschadigd tijdens een bombardement op het Duitse Osnabrück …

Op halve kracht terug vliegend was het vliegtuig een gemakkelijke prooi voor Duitse jagers, die de bommenwerper boven Fryslân doorzeefden. In een poging het vliegtuig aan de grond te zetten, raakte het de bomen bij het kerkhof, de klokkenstoel en de tientallen grafmonumenten. De explosie die volgde, richtte een enorme ravage aan. Een informatiepaneel bij de ingang van de begraafplaats herinnert aan deze gebeurtenis …

In 1953 is er een nieuwe klokkenstoel geplaatst, die naar een tekening van het origineel is vervaardigd door de lokale timmerman. Een bordje op één van de dwarsbalken herinnert aan de jammerlijke vliegtuigcrash. De originele klok is in Duitsland verdwenen. Op de nieuwe klok staat o.a. deze tekst: ‘Viel de oude klok ten buit aan ’s vyands wrede plagen, mijn stem met nieuw geluid wil slechts van vrede wagen.

Bron: Mirns – Gemeentelijk(e) kerkhof/begraafplaats

– wordt vervolgd

De klokkenstoel van Brongergea

Op een tekening uit 1722 is te zien dat er toen nog een kerk stond bij begraafplaats van het verdwenen dorp Brongergea. Deze zal kort daarna afgebroken zijn. Achter de grafkelder van Van Limburg Stirum staat nu prominent op het hoogste punt van de begraafplaats een mooie klokkenstoel … 

Klokkenstoelen vervingen in Fryslân vaak de kerktoren. Een echte toren was voor veel arme gemeenten te duur, daarom werd er vaak gekozen voor de goedkopere klokkenstoel op de begraafplaats. In Fryslân staan in totaal ca. 60 klokkenstoelen.

In de klokkenstoel van Brongergea hangt een oude klok van een onbekende gieter uit de 13e eeuw. De klok afkomstig is uit de in 1895 afgebroken klokkenstoel van Boornzwaag, een dorpje op ca. 20 km afstand van Brongergea …

Voordat we onze weg vervolgden nog even een foto van mijn fotomaatje Jetske, terwijl ze nog een foto van de klokkenstoel maakt …

wordt vervolgd

Grafkelders op Brongergea

Het kleine kerkhof van Brongergea wordt gedomineerd door de familiegrafkelder van de Van Limburg Stirums. Wanneer je door het ijzeren hek het kerkhof op loopt, sta je meteen voor het van zijmuren voorziene, gebogen toegangspad van de grafkelder … 

Charles L. A. J. graaf van Limburg Stirum (1877-1931) had in het begin van de 20e eeuw opdracht gegeven tot de bouw van deze kelder. Hij was in 1901 getrouwd met Maria de Blocq van Scheltinga en woonde vanaf 1910 op “Oranjewoud”, het buiten dat ze had geërfd … 

In de noord-oostelijke hoek van het kerkhof van Brongerga bevindt zich de familiegrafkelder van de Van Scheltinga’s. De grafkelder op zich is minder opvallend. Op enige afstand zien we de beluchtings-pijpen op wat we een soort grafheuvel zouden kunnen noemen …

Opvallend is wel de asymmetrische sluitsteen, waarop een naam ontbreekt. Het familiewapen evenwel geeft aan, dat dit de familiegrafkelder van de Van Scheltinga’s is ….

Het buiten Oranjewoud kwam door vererving aan jhr. Martinus de Blocq van Scheltinga, de oudste zoon van haar neef jhr. Hans Willem de Blocq van Scheltinga. Opnieuw woonde er op Oranjewoud een Van Limburg Stirum, want jhr. Martinus de Blocq van Scheltinga was in 1926 getrouwd met Cecilia Johanna gravin van Limburg Stirum. Zij was een ver familielid van Charles graaf van Limburg Stirum. Toen zij overleed in 1953 werd zij niet bijgezet in een der grafkelders. Zij kreeg een apart graf op Brongergea ongeveer tussen beide grafkelders in …

Ik sluit af met de ontluchtingspijp op de grafkelder van de Van Scheltinga’s. Graaf Charles vond het kennelijk een veilig idee voor het geval dat hij ten grave gedragen zou worden, voordat hij zijn laatste adem had uitgeblazen …

– wordt vervolgd

Een anoniem groen graf

Dat we hier in een groen landelijk gebied zitten, was niet alleen te zien aan de beeldjes van de koe, de geit en een aantal andere (boerderij)dieren op het kerkhof. Aan de noordkant trof ik ook nog een vrijwel volledige groen graf aan. Binnen een grijze omranding was dit graf bedekt met sedum. Gegevens over de overledene waren er niet te vinden …


Ik kende sedum tot nu toe vooral als dakbedekking en als tuinplant, maar het schijnt ook steeds meer te worden gebruikt op graven. Het voordeel is dat het graf zonder veel onderhoud mooi groen blijft. De planten vermeerderen zichzelf zonder dat ze in droge perioden dagelijks water moeten hebben. En last, but not least: ze filteren bovendien CO2 en stof uit de lucht, waardoor de omgeving gezonder wordt …

Dieren op het kerkhof

Tijdens mijn rondje over het kerkhof rond de groene toren van It Heechsân (Google Maps) viel het me op, dat er op diverse graven beeldjes van dieren stonden. Dat is op zich niet zo vreemd, vooral vlinders en vogeltjes zijn geliefde beeldjes op begraafplaatsen …


Op het kerkhof rond de groene toren hier op het Friese platteland was er naast vlinders en vogeltjes ook plek voor o.a. een geit, een koe, een kievit en het nodige pluimvee …

Een nachtelijk rondje

Na een heldere dag volgde op die mooie woensdag ook nog een heldere avond. Daarom ben ik ’s avonds nog eens terug gereden naar It Heechsân om nog een nachtelijke rondje om de toren en het omringende kerkhof te maken. En zo begon ik niet eens zo gek lang voor middernacht aan een laatste rondje om de toren …


Niet echt natuurlijk, want het gemiddelde kerkhof is na zonsondergang niet toegankelijk. Maar om de grijze dagen door te komen, heb ik met wat fotobewerking geprobeerd om de suggestie van een middernachtelijk rondje om de kerk te creëren …

De âlde griene toer

Oorspronkelijk stond er bij de toren een eenvoudig kerkje, dat was gebouwd van kloostermoppen (bakstenen uit die tijd). De 13e eeuwse kerk en de toren kenden toen geen vensters, geen galmgaten en ook geen siermetselwerk. De klokken hingen in een eenvoudig klokkenhuis (een z.g. klokkenstoel) buiten de toren …


In 1730 is het kerkje ingrijpend verbouwd en opnieuw met lei en lood gedekt. Ongeveer honderd jaar later, in 1835, werd een nieuwe luidklok gekocht en in de toren gehangen. Ook zijn er toen galmgaten en een klokkenbalk aangebracht. In 1868 is het kerkgebouw afgebroken, omdat het kerkje in een bouwvallige toestand verkeerde.

Het kerkje maakte plaats voor het huidige gebouwtje, dat eerst een periode als opbaarhuis (mortuarium) werd gebruikt. Het bijgebouwtje functioneert nu als berging en watertapplaats …


De toren bleef gespaard en werd niet afgebroken. De toren is rondom begroeid met klimop en ook dat heeft weer een symbolische betekenis. Het maakt niet uit of het zomer of winter is, de klimop is altijd groen. Daarom staat ook wel symbool van onsterfelijkheid. De gehechtheid aan de muur maakt de klimop tot symbool van de trouw. In 1997 is de toren gerestaureerd. Sindsdien heeft hij weer een luidklok – de oorspronkelijke klok is in de oorlog door de Duitsers gestolen. De oude groene toren is een erkend rijksmonument

De hervormde gemeente Eastermar kreeg in 1868 een paar honderd meter zuidelijker, maar nog wel in It Heechsân, een vervangende kerk. De kerk valt tegenwoordig onder de Protestantse Gemeente Eastermar, die is ontstaan uit fusie van de lokale Hervormde en Gereformeerde kerk …

– wordt vervolgd