Mos beter bekeken

Nadat ik zondagmiddag wat foto’s had gemaakt van het mos in de aardbeienpot op de regenton, heb ik me gisteren op een deel van het mos bij de vijver gericht. Daar groeien her en der ook diverse mossoorten. De onderstaande foto’s heb ik gemaakt op de grens van vijver en terras …

Om te beginnen groeit daar vrij veel mos. Maar het is vooral ook de best bereikbare plek om eens diep door de knieën te gaan voor dit laag-bij-de-grondse plantje. Om mos goed te kunnen bekijken, moet de macro(voorzet)lens eraan te pas komen. Hoe klein de meest interessante delen van mos zijn, kun je op de foto rechtsboven goed zien. Daar kun je in de hoek linksonder wat kleine roodbruine puntjes in het groene mos zien, dat zijn de zogenaamde sporendoosjes. Vergelijk die nu eens met het formaat van de hazelnoot die rechtsboven in beeld te zien is …

We hebben het hier over gewoon dikkopmos, een van de meest voorkomende mossoorten in ons land. Het is makkelijk herkenbaar aan de kleine roodbruine sporendoosjes die als bloemetjes bomen het groen uittorenen. In die doosjes zitten de sporen. Aan het eind van de winter gaan die doosjes open, waarna de sporen zich door de wind laten meenemen, op zoek naar nieuwe groeiplekjes. De doosjes zitten nu nog dicht, en dan vind ik ze het mooist. Door de macrolens laten ze zich goed bekijken, zelfs op een donkere dag als gisteren kun je zien hoe fijn en hoe kleurig dit kleine spul is opgebouwd. Nog regelmatig vol verwondering, raak ik daar eigenlijk nooit op uitgekeken …