Voorbij de tunnel rijden we in de richting van ziekenhuis Nij Smellinghe, maar voordat we daar zijn passeren we aan de linkerkant van de weg dit pronkstukje (Google Maps) …
Deze mooie oude boerderij uit 1900 is het oudste en mooiste gebouw in dit deel van Drachten. In de directe omgeving staan verder nog twee huizen uit de jaren ’30 van de vorige eeuw. Zoals we in het logje ‘Bij de Forten’ hebben gezien, wilde men wat er een stukje zuidelijker leefde en woonde liever niet zien …
Morgen neem ik jullie van het zuiden mee naar het uiterste westen van Drachten.
We gaan van het Zuiderend door de voetgangerstunnel (Google Maps) onder de A7 naar de Zuiderdwarsvaart in Drachten. Onderweg ben ik een paar maal gestopt om wat foto’s te maken van de graffiti en muurschilderingen, waarmee deze tunnel links en rechts, van voor tot achter en van onder tot boven vol staat. We gaan in de richting van het meisje met het blauwe haar aan de noordwand …
Dat is wat mij betreft ook meteen de mooiste tekening in de tunnel. Verder zitten er hier en daar best mooie schilderingen tussen, maar niet alles is het aanzien (meer) waard. Ik heb geprobeerd de spreekwoordelijke krenten uit de pap te vissen …
Zodra we de tunnel achter ons hebben gelaten, draaien we linksaf de Zuiderdwarsvaart op. Aan de linkerkant komen we langs een poort, waarachter een eenzaam pareltje van oud-Drachten schuil gaat …
Waar tot de jaren 60 nog sprake was van ‘de Forten’ aan het Zuiderend, ligt nu een kleine buurtschap, die van Drachten gescheiden is door de A7. Een klein woudhuisje uit 1928 herinnert nog aan die tijd. Achter het bankje en het informatiepaneel staan nu nog wat bouwgevalletjes, die wat doen denken aan de krotten en hutten waarin mensen hier 100 jaar geleden woonden …
Een stukje verder naar achteren staat een mooie boerderij uit 1949 waar niet meer geboerd wordt. Sierlijke paarden grazen er nu in het weiland …
Vanaf het bankje kijk je uit over een paar weilanden waar Texelse schapen zich tegoed doen aan het malse gras. Eigenlijk is het daar aan het Zuiderend wel een idyllisch plekje. Maar voor hoe lang nog …?
In deze weilanden is een toekomstige woonwijk aan de zuidkant van Drachten geprojecteerd. Als je over een jaar of 10 nog op het bankje aan het Zuiderend kunt zitten, dan kijk je waarschijnlijk tegen een nieuwe woonwijk aan met de naam ‘de Forten’ of zo. Er zullen naar schatting zo’n 3000-4000 woningen, enkele scholen en een winkelcentrum worden gebouwd. En als de door de gemeente Smallingerland zo gewenste Zuiderzeelijn of Lelylijn er komt, dan is de kans groot dat hier ook een spoorlijn en een station aangelegd zullen worden …
Aan de andere kant van de brug en de Noordersluis aangekomen, liep ik een stuk je terug om nog even een foto te maken van de oude voetgangersbrug …
Daarna richtte ik mijn camera op de brug van de Noordersluis. Zowel de brug als de sluis waren geopend om een aantal bootjes van de zeilschool toegang te geven tot het Polderhoofdkanaal …
Bij een sluis doen zich regelmatig leuke momenten voor. Hoewel ik dat niet direct had verwacht, ontbrak ook hier de komische noot niet. Eén van de kinderen keek eens om zich heen en ontdekte daarbij, dat hij de enige was bij wie de mast nog fier overeind stond. ‘Juf, mijn mast …,’ zei hij naar boven wijzend, ‘wat moet ik nu doen?’‘Dan haal je hem nu maar naar beneden …,’ luidde de reactie.
Serieuzer was het volgende. Aan mij is geen ervaren schipper of zeiler verloren gegaan, maar dat de instructrice de kinderen opdracht gaf om zich in de sluis vast te houden aan de reling op de kade, terwijl het waterpeil zakte, leek me toch geen slimme opdracht …
En dat bleek al snel. Ik liep even terug om vanaf de brug te laten zien, dat de kinderen gevangen zaten in de sluiskolk. Kijk eens hoe ze hun best moeten doen om zich half hangend vast te houden aan de kade. Volgende keer toch maar zorgen voor een lijntje in de zeilboten, zou ik zeggen …
De verdere ontwikkelingen heb ik niet afgewacht. De buienradar in de gaten houdend, werd het tijd om huiswaarts te gaan. Met een foto van de brug It Polderhûs in de verte, waarmee ik deze serie over De Veenhoop ben gestart, sluit ik hem ook af …
Zoals ik gisteren als schreef, nemen we vandaag even een kijkje bij de Noordersluis in De Veenhoop. Daartoe wandelen we in noordelijke richting over de Slûswei langs het Polderhoofdkanaal …
Na 250 m staan we voor een smal voetgangersbruggetje (Google Maps). Het bruggetje dateert van 1926, toen de Ringfeart werd verbonden met het Polderhoofdkanaal. Oorspronkelijk was het een draaibrug, tegenwoordig is het een vaste brug. De sierlijke voetgangersbrug herinnert aan de tijd, waarin vervoer over het water hier een belangrijke plaats innam. De brug is gemaakt van geklonken staal en de tuien zijn met elkaar verbonden d.m.v. een gebogen stang, die een poortje vormt …
Voorbij de voetgangersbrug staat ter hoogte van de sluiskolk een in 1903 gebouwde boerderij (foto hieronder). De brug, de boerderij en het schoolgebouw uit 1920 vormen samen met It Polderhûs en een brug iets verderop, de oudste bouwwerken in het dorp. Vrijwel alle oorspronkelijke huizen zijn intussen vervangen door modernere huisvesting …
De Noordersluis is volledig vernieuwd om de heropening van het Polderhoofdkanaal voor de waterrecreatie in 2015 mogelijk te maken …
Vanaf de brug bij de Noordersluis had ik goed zicht op de locatie waar volgend weekend het jaarlijkse Veenhoop Festival losbarst. Er werd hard gewerkt aan de opbouw van de tenten op het festivalterrein. Goed dat ze vroegtijdig zijn begonnen met de opbouw. Sindsdien is hier ca 75 mm regen hebben gevallen, dat zal het terrein lekker drassig hebben gemaakt …
Het Veenhoop Festival werd voor het eerst in 1951 georganiseerd en schijnt daarmee het oudste meerdaagse popfestival van Nederland te zijn. Het wordt ook het wel ‘de Swarte Cross van Friesland’ genoemd. Het festival staat voor 4 dagen muziek, feesten, eten, drinken en kamperen! Het festival vindt sinds jaar en dag plaats het begin van de noordelijke bouwvak. Het markeert ook de start van het traditionele Skûtsjesilen. Volgende week maandag is de wedstrijd hier op het water bij de Veenhoop. Hopelijk is het tegen die tijd beter weer …
Bij het Lauwersmeer viel het wat tegen met de hoeveelheid vogels. Ja ganzen, die waren er genoeg, maar die hebben ze tegenwoordig in België ook wel. Dat vond Dirk dan ook geen tussenstop waard. Ik stelde voor om nog even naar Peazens-Moddergat te rijden. Onderweg konden we dan nog mooi een tussenstop maken bij een dijkcoupure in de oude Waddenzeedijk bij Ljussens (Google Maps). Ik vermoedde, dat Dirk hier wel aan zijn trekken zou komen …
Op de bovenstaande foto zie je akkerland dat tussen de oude en de nieuwe Waddenzeedijk ligt. De donkergroene streep in de verte is de nieuw Waddenzeedijk. Wanneer we ons omdraaien, zien we achter ons een coupure of dijkcoupure in de oude dijk, die de kust moest beschermen, voordat de nieuwe Waddenzeedijk er lag. De direct achter de oude dijk staande boerderij bevinden zich bij zogenaamde dijkcoupures …
Achter de dijk liggen de oude schotbalken waarmee de dijkcoupure gesloten kon worden. Men liet de balken bij storm- en overstromingsgevaar dan van bovenaf in de gleuven in de stenen dijkhoofden zakken. Tussen de twee rijen balken werd vaak zandzakken geplaatst, ook werd er wel paardenmest gestort om de afsluiting meer waterdicht te maken …
Nadat Dirk en ik ons enige tijd hadden vermaakt met de dijkcoupure en de balken, richtten wij ons op het kale land tussen de twee dijken. Aafje en Hilda hielden het zo te zien ook ditmaal weer probleemloos pratend bij de coupure …
Hier en daar een foto makend, liepen we de buurtschap verder in. Behalve drie boerderijen staan er nog een paar huizen en losse schuren langs de straat. Het is moeilijk voor te stellen dat Zwartewatersklooster van 1233 tot 1590 een religieus centrum van betekenis was. Er woonden naar schatting tussen de 25 en dertig nonnen, maar ook timmerlieden, bierbrouwers en allerlei andere lieden die je in een dorpsgemeenschap vindt. Al met al woonden er in en rondom het complex rond de honderd personen. Tegenwoordig is dat nog maar een handjevol …
Eén van de tegenwoordige inwoners van Zwartewatersklooster is Johannes ten Klooster. Ten Klooster is geboren en getogen in de buurtschap en zijn familie heeft waarschijnlijk in het klooster gewoond. We troffen Ten Klooster toen we stonden te fotograferen bij zijn huis, terwijl hij in de tuin bezig was …
We groetten hem vriendelijk, waarna hij naar ons toe scharrelde. We vertelden hoe we hier terecht waren gekomen en staken onze bewondering voor de mooie oude boerderijen niet onder stoelen of banken. Met zijn schoffel naar de linde voor zijn huis wijzend, vertelde hij lachend over de schade aan zijn boom, die geregeld wordt geschampt door passerende voertuigen …
‘Deze boerderij is gebouwd in 1860, en hij is al vanaf het begin in de familie geweest. Je kunt op verschillende plaatsen in de muren nog originele stenen van het oude klooster zien. Eigenlijk woon ik nog steeds een beetje in het klooster’, vertelde Johannes. Hij vervolgde trots: ‘op onze begraafplaats worden al 785 jaar doden begraven. Er worden alleen mensen begraven die in een huis wonen, dat oorspronkelijk bij het klooster hoorde. Niemand heeft verder iets over die begraafplaats te vertellen, ook de gemeente niet. Wij gaan over onze eigen begraafplaats …’
Omdat het stilstaan na enige tijd niet alleen mij, maar ogenschijnlijk ook Ten Klooster moeite begon te kosten, namen we afscheid van deze vriendelijke verteller …
Terwijl ik later ter voorbereiding van deze blogserie informatie over Zwartewatersklooster verzamelde, kwam ik o.a. het onderstaande filmpje van RTV Oost uit april 2016 tegen. Tijdens de nog steeds voortgaande zoektocht naar de graven van de ridders doet Johannes ten Klooster bij zijn huis en op de begraafplaats ongeveer hetzelfde verhaal, dat hij ons vorige week vertelde …
En wil je nu nog meer mooie verhalen over deze parel van plattelandshistorie lezen, dan kan ik het volgende artikel aanbevelen. Hierin komt Johannes zijn broer Berend ten Hoor aan het woord: “Zwartewatersklooster is rustig, houen zo”