Voor het laatste deel van ons ritje langs het Wad, reden we naar de verst gelegen boerderij aan de Alddyk (Google Maps). De Alddyk loopt aan de buitenkant vlak langs de oude zeedijk, in de verte zie je de nieuwe Waddenzeedijk …

Tussen 1963 en 1993 is 66 kilometer van die dijk op deltahoogte gebracht. Momenteel staat Wetterskip Fryslân op het punt om de Waddenzeedijk tussen Koehool en het Lauwersmeer over een lengte van bijna 50 km opnieuw te verhogen en te versterken …
Bij de aanleg van de nieuwe polders werd indertijd in de oude zeedijk een gat gegraven om de nieuwe polder toegankelijk te maken. Zo’n gat in de dijk is een coupure of dijkcoupure. Zo’n coupure bestaat uit een verticale gemetselde dijkwand aan weerszijden van de weg met daarin gleuven waarin balken konden worden geschoven …

Wanneer er een zware storm en hoog water dreigden werd de coupure afgesloten, zodat de dijk haar waterkerende functie weer kon vervullen. In de coupure werd dan een dubbele rij schotbalken neergelaten en de tussenruimte werd opgevuld met zand of mest. De schotbalken werden bewaard in een schotbalkenloodsje, dat vlak naast de coupure achter de dijk staat …
Hier aan de Alddyk staat achter elke coupure een boerderij, en soms gaat er ook nog een huis achter zo’n coupure schuil. Aan de coupures is goed te zien dat de tand des tijds er hier en daar flink aan is gaan knagen, zelfs die pot met fleurige viooltjes kon dat niet verhelen …

Morgen kijken we nog even verder rond aan de Alddyk. Maar als je intussen mooiere en betere foto’s van deze dijkcoupure wilt zien, dan moet je even bij Jetske kijken. Met haar spiegelreflex heeft ze er aanzienlijk mooiere foto’s van gemaakt: Jetske’s dijkcoupures.