Terwijl we ons klaar maakten om naar een volgend project in het Waterloopbos te gaan, zag ik dat er bij de wateruitlaat van het schaalmodel van de Maascentrale een paar eenden zaten …
Mevrouw eend zat zich te poetsen, waarna ze een schalkse blik naar de camera leek te werpen …
Meneer eend lag een paar meter verderop in het water en was op zoek naar lekkers …
Een stukje verderop wachtte opnieuw een verrassing. Daar wees Jetske me op een joekel van een spin, die op het wateroppervlak dreef. Het is de grote gerande oeverspin. Dit is een in Nederland vrij zeldzame spin, die o.a. voorkomt in het moerassige veenweidegebied in Fryslân en in de Weerribben en De Wieden in de kop van Overijssel. Dat hij ook in het Waterloopbos leeft, toont opnieuw aan dat er met de waterkwaliteit in dit bijzondere bos niks mis is …
Terwijl ik me nog bezig hield met de Maasvlaktecentrale, stond mijn fotomaatje Jetske een stukje verderop te fotograferen op een bruggetje. Tijd om me weer eens bij haar te voegen …
Er zweefden meerdere gewone oeverlibellen boven het water dat onder het bruggetje door liep. Een paar maal lukte het om er eentje in de vlucht in beeld te vangen. Maar het mooist kun je ze toch wel bekijken als ze even ergens stil blijven zitten …
De echte verrassing bestond uit een paar weidebeekjuffers, die er rond vlogen. De weidebeekjuffer is een soort die houdt van kleinere wateren met stroming, zoals beken, sommige kanalen en kleinere rivieren. Het hele jaar door moet er zuurstofrijk water van goede kwaliteit voorhanden zijn. …
De weidebeekjuffer komt in mijn eigen omgeving maar nauwelijks voor. Daarom was dit wel een hoogtepuntje van de dag. Er was trouwens meer moois te zien. Vanaf dit bruggetje zagen we ook meerdere keren een klein, lichtbruin vogeltje vliegen. Hij landde vervolgens steevast op de rechteroever. Waarschijnlijk had hij daar een nestje. Voor mij was het beestje steeds te snel, maar Jetske heeft er wel een paar foto’s van kunnen maken. De ijsvogel – ook een soort die van stromend water houdt – die we elders tijdens onze tocht als een flits voorbij zagen komen, was ook voor Jetske te snel …
De beide reigers waren ons gesluip en geklik na enige tijd zat. Ze vlogen één voor één weg. Ik liep vervolgens een klein stukje verder om de grote roestige constructie ook nog vanuit een andere hoek te kunnen fotograferen …
Zodoende kwam er ook weer een nieuw stuk van de waterpartij in beeld. Het bleek een wateruitlaat te zijn, waarachter zacht geruis van water hoorbaar was. De naam zegt het al, het Waterloopbos is goed voorzien van waterlopen. Door een deels openstaande stuw stroomde water weg naar een achterliggende watergang …
Als het niet te hard waait, kun je op verschillende plaatsen in het Waterloopbos geruis en zacht geklater van kleine watervalletjes horen. Water brengt leven. En stromend water brengt ook extra leven. Later zouden we daar nog van profiteren …
Al fotograferend liep ik rustig een stukje verder, zodat ik behalve de grote zilverreiger ook de stalen constructie van de IJmuider havenwerken meer in beeld kreeg …
Tot mijn verrassing kreeg ik daarbij ook nog een blauwe reiger in beeld, die vanuit mijn eerste positie schuil ging achter laag struikgewas. Nadat ik me voorzichtig weer wat had verplaatst, kon ik nog een paar mooie foto’s maken van de vissende blauwe reiger bij de oude roestige constructie …
De eerste interessante plek, die we na de Deltagoot langs het pad aantroffen, was een open plek met een grote plas water. Natuur, cultuur en techniek raakten elkaar hier meteen heel mooi …
De roestige restanten van een of andere constructie wijzen erop, dat hier onderzoekswerk is gedaan. En zo is het ook, op deze plek onderzochten de ingenieurs hoe de zeearmen van de haven van IJmuiden eruit moesten komen te zien. Maar voor ons was er nog wat anders te zien …
Aan de andere kant van de plas zat een grote zilverreiger tussen de oeverbegroeiing. Af en toe voorzichtig van positie veranderend, konden we hem mooi portretteren …
Zodra we bij de eerste oversteekplaats dwars door de oude Deltagoot naar de andere kant van het bijzondere bouwwerk gelopen waren, wachtte daar een grote hoeveelheid paarse lupinen op ons. Zouden ze dat dan bedoelen met de paarse route …?
Voorbij de oversteek sloegen we linksaf om onze weg in noordoostelijke richting langs de oude Deltagoot te vervolgen. Terwijl Jetske haar fototas voortrolde, liet ik me lekker rollen door Whilly …
Na een paar minuten stonden we voor een bruggetje met daarvoor een korte trap. Gelukkig hoefden wij die kant niet op, maar ik ben wel even afgestapt om een foto te maken van het uitzicht over de watergang …
Van 1951 tot 1996 zat het Waterloopkundig Laboratorium in het Voorsterbos (OpenStreetMap) in de Noordoostpolder. Dit laboratorium speelde een belangrijke rol in de ontwikkeling van diverse waterbouwkundige projecten overal op de wereld. Zo werden hier o.a. schaalmodellen getest van havens zoals IJmuiden, Lagos en Bangkok, en de iconische Deltawerken …
In 1996 vertrok het laboratorium, daarna heeft Natuurmonumenten het gebied overgenomen. De proefopstellingen bleven in het bos achter en vormen nu een boeiend decor waar de natuur langzaam haar plek weer verovert. De visie hierachter is eenvoudig maar krachtig: waar ooit de mens de natuur naar zijn hand zette, herstelt de natuur nu op haar eigen wijze het evenwicht. Wat dat betreft doet het project me denken aan de Ecokathedraal bij Mildam …
Eén van de meest opvallende bouwwerken in het Waterloopbos is de Deltagoot. Deze enorme betonnen bak is in 1980 gebouwd om de Oosterscheldekering te testen. Hij is 240 meter lang, 5 meter breed en 7 meter diep. Dankzij de inspanningen van Natuurmonumenten kreeg dit imposante bouwwerk een nieuwe bestemming. Dit was het eerste bouwwerk op onze route …
In 2018 werd Atelier de Lyon/RAAAF gevraagd om de saaie, rechthoekige Deltagoot nieuw leven in te blazen. Het bouwwerk, dat ooit verborgen lag onder een grote zandheuvel, werd uitgegraven en er werd een gracht omheen gelegd. Deze gracht weerspiegelde het beton in 2019 op een bijna serene manier in het water. Dat spiegeleffect is intussen goeddeels aan het zicht ontnomen door de oeverbegroeiing rondom.
Om de strakke vorm van de bak te doorbreken, zaagden de ontwerpers betonnen platen uit de dikke wanden. Deze platen werden een kwartslag gedraaid, onder verschillende hoeken geplaatst en in de wanden teruggeplaatst. Dit creëert een golvend effect dat doet denken aan de kracht van water dat richting de kust rolt. Ik sluit af met een filmpje van de werkzaamheden …