Weidebeekjuffers

Terwijl ik me nog bezig hield met de Maasvlaktecentrale, stond mijn fotomaatje Jetske een stukje verderop te fotograferen op een bruggetje. Tijd om me weer eens bij haar te voegen …

Er zweefden meerdere gewone oeverlibellen boven het water dat onder het bruggetje door liep. Een paar maal lukte het om er eentje in de vlucht in beeld te vangen. Maar het mooist kun je ze toch wel bekijken als ze even ergens stil blijven zitten …

De echte verrassing bestond uit een paar weidebeekjuffers, die er rond vlogen. De weidebeekjuffer is een soort die houdt van kleinere wateren met stroming, zoals beken, sommige kanalen en kleinere rivieren. Het hele jaar door moet er zuurstofrijk water van goede kwaliteit voorhanden zijn. …

De weidebeekjuffer komt in mijn eigen omgeving maar nauwelijks voor. Daarom was dit wel een hoogtepuntje van de dag. Er was trouwens meer moois te zien. Vanaf dit bruggetje zagen we ook meerdere keren een klein, lichtbruin vogeltje vliegen. Hij landde vervolgens steevast op de rechteroever. Waarschijnlijk had hij daar een nestje. Voor mij was het beestje steeds te snel, maar Jetske heeft er wel een paar foto’s van kunnen maken. De ijsvogel – ook een soort die van stromend water houdt – die we elders tijdens onze tocht als een flits voorbij zagen komen, was ook voor Jetske te snel …

Winterjuffers en de boswachter

Er stonden twee hobbyfotografen met grote toeters op de libellenvlonder, toen ik er die dag voor de tweede keer ratelend naar beneden rolde. Op mijn vraag of ze nog wat interessants hadden gezien, luidde het antwoord: ‘Geen ringslangen of hagedissen als je daar op doelde …’

‘Dan hebben we vanmorgen geluk gehad met de twee ringslangen die we hebben zien passeren,’ reageerde ik op mijn beurt. Daarna kregen we het over het enige andere levende wezen dat ik er ’s ochtends had gezien: een waterjuffer. ‘Dat binne brúne winterjuffers‘, vertelde een van mannen. Zij hadden ze zojuist ook uitgebreid geportretteerd. Toen een van de mannen me speurend naar de korte rietstengels in het water zag kijken, wees hij me op zo’n juffertje: ‘Sjoch, dêr sit der ien …’

Intussen was Jetske er ook weer bij gekomen. Terwijl de beide mannen even later vertrokken, kwam ook de gebiedsboswachter van It Fryske Gea nog even bij ons op de vlonder. Toevallig hadden Jetske en ik het er al even over gehad, dat het eigenlijk prima ging met Whilly. Alleen bij één van de twee klaphekjes moest ik even opstaan om de rolstoel door de krappe opening te helpen …

De hekjes op zich zijn wel breed genoeg, maar vaak worden paadjes uitgehold door de vele mensen die er in de loop der jaren steeds één voor één langs lopen. Daardoor blijft er net wat te weinig ruimte over mijn toch bepaald niet brede rolstoel. Jetske deed het verhaal aan de boswachter. Nadat we nog een tijdje genoeglijk hadden zitten praten, nam de boswachter even later afscheid met de boodschap: ‘Ik zal daar meteen even kijken en dan maak ik er even een notitie van …’

Toen Jetske en ik korte tijd later bijna weer bij de parkeerplaats waren, kwam de boswachter stapvoets achter ons aan. Eenmaal op het parkeerterrein, draaide de boswachter het raampje van zijn auto naar beneden: ‘Ik had een schep in de auto, dus ik heb het meteen even hersteld.’ Wat een service! Nadat we hem vriendelijk hadden bedankt, heb ik Whilly soepeltjes de auto in geholpen …

Jetske en ik konden terugkijken op een mooie dag met een geslaagd debuut van Whilly. Ik denk, dat we nog wel eens vaker met elkaar op pad zullen gaan. Vanaf nu heb ik behalve een fotomaatje ook een rolmaatje (met dank aan @erna) …

Winterjuffers en een ringslang

Onze camera’s draaiden nog bepaald geen overuren daar aan de Catspoele. We keken o.a. uit naar levendbarende hagedissen, kikkers en ringslangen. Hoewel het intussen alweer lekker warm begon te worden in de luwte, ontbrak het nog aan zonnebaders op de droge pollen rond de vlonder …

Omdat de vlonder ook wel ‘de libellenvlonder’ wordt genoemd, keek ik ook alvast uit of er al waterjuffers of libellen te zien waren. Dat viel niet tegen, vóór de vlonder hingen enkele juffers aan boven het water uitstekende rietstengels. Volgens Obsidentify gaat het om bruine winterjuffers. Daar ben ik weer blij mee, want die ontbraken nog in mijn archief …

Toch nog onverwachts zag ik een ringslang rechts voor de vlonder verschijnen. Met een gedempt, maar duidelijk hoorbaar ‘Ringslang … ringslang …,’ , waarschuwde ik Jetske en de andere fotografen. Hij zwom prachtig van oost naar west voor de vlonder langs. Zo kregen we alle vier de kans om een paar foto’s te maken …

Zodra de slang aan de linkerkant tussen het struweel verdween, keerde de rust terug. Tijd om snel even de gemaakt foto’s te checken …

– wordt vervolgd

Een houtpantserjuffer op bezoek

In verband met de late vakanties hier in het noorden kwam de jeugd zaterdagmiddag nog even langs voor koffie en taart. Tijdens een rookpauze op het terras gingen alle ogen in de richting van de bloemen in de hoek, toen ik mijn camera daarop richtte …

Het duurde even, voordat de anderen ook zagen wat ik daar zag. Een houtpantserjuffer* was neergestreken op één van de bloemetjes van de ijzerhard. Lang bleef hij daar niet zitten …

Al snel verhuisde hij naar een stokje dat in de zinken tobbe was blijven staan, nadat het in voorjaar en vroege zomer de blauwe irissen had ondersteund. Prima, want dat leverde me uiteindelijk een mooie rustige achtergrond op …

* Op 17 augustus schreef ik hier al dat ik hem nog verwachtte. 😉

Gele bloemetjes en een libel

Voordat het dinsdag warm begon te worden, heb ik ’s ochtends weer eens een ritje op de iLark gemaakt. Eerst via de zuidelijke rand van Drachten en daarna via de Forten en de Súderskarren weer huiswaarts …

Bij het bruggetje over het Stroomkanaal heb ik even halt gehouden. In het water bloeiden kleine gele bloemetjes, die ik niet thuis kon brengen. Dat lukte Obsidentify overigens ook niet. Helemaal van slag opperde de app dat het een gele plomp was. Nou ja zeg … **

Een libel, waarschijnlijk een steenrode heidelibel, wilde wel even voor me poseren. Hij liet zelfs toe dat ik voorzichtig van positie wisselde om een andere achtergrond te krijgen …

Daarmee had het ritje wat mij betreft aan de verwachtingen voldaan. Terug thuis merkte ik later dat 12,5 km eerst ook wel weer even genoeg was geweest …

**Liesbeth/@staartje heeft intussen via Plantnet ontdekt dat het gaat om watergentiaan. Dankjewel!

Zelfde bankje, andere libel

“Kijk, de dieren zochten je toen al op …,” schreef Sjoerd gisteren in reactie op de foto van de libel op het bankje. Nou leest Sjoerd hier al sinds ongeveer 2006 mee, dus enige voorkennis kan hem niet worden ontzegd. Hij heeft dus ook wel gelijk, want er kwam ook meerdere keren een hagedisje bij me zitten …

In de periode 2005-2015 maakte ik gemiddeld twee keer per week een fotokuier in het Wijnjeterper Schar, in het Fries: Weinterper Skar. Dit is een klein Natura 2000-gebied ten zuidoosten van Drachten. Wanneer ik daar op één van de bankjes neerstreek, kwam er regelmatig een libel of waterjuffer bij me zitten. Deze bruinrode heidelibel kwam er in september 2007 even gezellig bij …

Op een rugleuning

Aanhoudende vermoeidheid en krachteloze onderdanen weerhouden me er nog steeds van om regelmatig even een fotokuiertje te maken. Om de fleur er toch wat in te houden, doe ik voorlopig zo nu en dan een greep in mijn archief. Deze libel kwam in september 2008 naast me zitten op rugleuning van een bankje in het Weinterper Skar …