Een houtpantserjuffer op bezoek

In verband met de late vakanties hier in het noorden kwam de jeugd zaterdagmiddag nog even langs voor koffie en taart. Tijdens een rookpauze op het terras gingen alle ogen in de richting van de bloemen in de hoek, toen ik mijn camera daarop richtte …

Het duurde even, voordat de anderen ook zagen wat ik daar zag. Een houtpantserjuffer* was neergestreken op één van de bloemetjes van de ijzerhard. Lang bleef hij daar niet zitten …

Al snel verhuisde hij naar een stokje dat in de zinken tobbe was blijven staan, nadat het in voorjaar en vroege zomer de blauwe irissen had ondersteund. Prima, want dat leverde me uiteindelijk een mooie rustige achtergrond op …

* Op 17 augustus schreef ik hier al dat ik hem nog verwachtte. 😉

Rijsdammen bij Holwerd

In het laatste deel van deze 9-delige serie over ons ritje langs de Waddenzee gaat het over de rijsdammen, die ten westen van de pier van Holwerd in het kweldergebied staan.

De rijsdammen werden vanaf eind negentiende en begin twintigste eeuw gebruikt om land uit zee te winnen. De waterdoorlatende takkendammen zorgden voor afname van de stroomsnelheid, waardoor slibdeeltjes sneller bezonken en het land dus sneller kon worden ingepolderd. Wie meer over de rijsdammen wil weten, kan hier terecht: ‘Rijsdammen, rotsen in de branding van palen en hout’

Ik houd van het lijnenspel dat die rijsdammen samen vormen. Ver weg liepen er tussen de rijsdammen honderden foeragerende vogels. Langzaam uitzoomend verdwenen de vogels in het niets en resteerde uiteindelijk een minimalistisch beeld van het Wad …

Bergeenden bij de walvis

Van de kwelder Westhoek reden we naar de pier van Holwerd. Jetske parkeerde auto aan het eind van de pier, daar tuurden we samen enige tijd over het water. Veel was er niet direct te zien, daarom besloten we eerst eens een kop koffie te drinken. We liepen langs ‘de Walvis’ van beeldhouwer Anne Woudwijk uit Drachten naar het restaurant …

Onder het genot van koffie met gebak was het goed toeven op het terras. We zijn hier al onder uiteenlopende omstandigheden geweest, realiseerden we ons. Vorig jaar waren we erbij, toen een groep kayakkers de Waddenzee op ging. In februari 2018 zagen we er in arctische omstandigheden grote ijsschotsen voorbij drijven in het ijzig koude water …

Deze keer waren we er op een mooie, rustige vrijdag die na de koffie nog even tijd bood voor een fotosessie aan de waterkant. Vanaf de kade begon ik een paar bergeenden te fotograferen, die niet ver bij ons vandaan slobberend door het slik liepen. Tijdelijk lieten ze steeds hun sporen achter. Na enige tijd ben ik gaan uitzoomen om zoek te gaan naar minimalistische beelden van de bergeenden op het in de zon glanzende Wad …

= morgen nog wat laatste minimalistische beelden van het Wad …

Langs de vuurtoren terug

Aafje had al voorgesteld om koffie te drinken bij restaurant ‘de Kaap’, toen we er voor de eerste keer langs kwamen. Dat vond ik echter wat te vroeg, omdat mijn benen op dat moment nog krachtig genoeg waren. Nu was ik er echt aan toe om even te zitten aan een tafeltje met uitzicht over het IJsselmeer …

Zoals het een goed havenrestaurant betaamt, was ‘de Kaap’ goed voorzien van allerlei attributen en voorwerpen uit de scheepvaart. Vanuit mijn hoekje aan de tafel heb ik er wat plaatjes van geschoten, terwijl we ons de koffie met appelgebak goed lieten smaken …

Nadat we het goede hadden genoten, was het tijd om de terugweg naar de auto te aanvaarden. Na het verlaten van het restaurant liepen we opnieuw langs het manshoge anker. Voorbij de bocht naar rechts had ik zin om nog even een uitdaging aan te gaan …

Waar het pad zich in tweeën splitste, stelde ik Aafje voor om te zien wie het eerst bij de auto was, zij beneden langs of ik bovenlangs. Wetend dat mijn pad korter was, won ik glansrijk. Maar daarna was ik ook blij om weer in de auto te kunnen zitten …

Het was een geslaagd dagje, ik was netjes geholpen met mijn statief en we hadden een mooie wandeling op Urk gemaakt.

Terug over de Waddendijk

Nadat Jetske het verzoek had gekregen om te stoppen met fotograferen bij het podium, besloten we terug te gaan richting auto. We hadden de bijzondere setting op de Peazemerlânnen aan de rand van het Wad bekeken en we ook de oude palenrij hadden we weer gezien. Het was goed zo …

Nadat we op de heenweg op de normale manier over de dijk waren geklommen, stelde ik voor om op de terugweg gebruik te maken van de trap. Technisch gesproken bevinden die trappen en de brug zich maar op beperkte hoogte boven de dijk. Voor hoogtevrees was ik dan ook niet bang …

Maar ik moet toegeven, dat ik die brug toch knap hoog begon te vinden, toen ik aan de voet van de trap stond. En even later van boven naar beneden kijkend – waar Jetske intussen ook aan de klim was begonnen – vond ik toch een knappe diepte. Maar het uitzicht over het operaterrein en de daarachter liggende Wadden, was dan wel weer heel mooi …

Ik moet ook gewoon niet te steil naar beneden kijken, dan is er niets aan de hand. Voor Jetske, die nog net wat meer last van hoogtevrees heeft, viel het niet echt mee. Zwaar bepakt en bezakt daalde ze stapje voor stapje af. Daar werd ze vanaf het terras aan de overkant van de straat met een applausje beloond …

Omdat het intussen ook tijd was om aan de inwendige mens te denken, lieten we ons een stuk appeltaart en een stuk oranjekoek op dat terras goed smaken. Hoewel het al tegen het eind van de middag liep, stelde ik Jetske voor om na de koffie nog even een kijkje te nemen bij de coupures in de oude zeedijk ten zuidoosten van Paesens. Hoewel ze niet meteen wist wat ze zich er bij voor moest stellen, moesten we dat maar doen, vond Jetske …

Maar voordat we naar die dijkcoupures gaan, morgen eerst nog wat foto’s die ik vanaf de brug over de dijk heb gemaakt.