Bij het Jodenveentje

Vorige week vrijdag zijn fotomaatje Jetske en ik weer samen een dagje op pad geweest. Omdat we geen bijzonder doel of onderwerp hadden afgesproken, besloten we op de bonnefooi een ritje door de Kop van Overijssel te maken. Jetske koos om te beginnen voor een route die we eerder eens in tegengestelde richting hebben gereden. Een glimp van een mooie weerspiegeling op het oppervlak van een vennetje deed Jetske al snel op de rem trappen …

Totdat we uit de auto stapten, lag het vennetje erbij als een bijna perfecte spiegel. Zodra we het water naderden, kwamen er echter een paar eenden uit de wal tevoorschijn. Daarmee maakten ze een eind aan de vrijwel rimpelloze weerspiegeling op het Jodenveentje (kaart Openstreetmap)

Het vennetje is gelegen in buurtschap De Pol (kaart Openstreetmap). Hier ontstond rond 1820 een kleine Joodse gemeenschap met een eigen synagoge, school en begraafplaats. Vlak bij dit vennetje – waar nu camping ‘t Veentje is – stond vroeger een boerderij van een Joodse familie, vandaar dat het in de volksmond ‘t Jodenveentje wordt genoemd …

’n Prachtig postzegeltje natuur

Ik heb het de laatste tijd regelmatig gehad over ‘postzegeltjes natuur’. Dit is wel één van de beste voorbeelden daarvan. De Kapellepôle is eigendom van It Frsyke Gea, en het gebied is echt nauwelijks groter dan een flinke postzegel (OpenStreetMap). Het is in feite niet meer dan een stukje heide met rondom wat bomen. Veel groter dan 250 x 250 meter is het niet. Hieronder zie je wat foto’s van de randen van het gebied …

De Kapellepôle is een klein, maar fijn stukje natuur. Vooral voor macroliefhebbers is het een mooi gebied om in voorjaar of zomer eens rond te kijken. Er slingeren een paar uitgesleten paadjes over en langs de heide. En een groot pluspunt: ergens halverwege het paadje staat een bankje. Maar een echt wandelgebied zou ik het met dit postzegelformaat niet willen noemen …

Het kleine gebied heeft wel een bijzondere historie. Op deze plek stond tot de 18de eeuw op een hoge zandkop de Bonifatiuskapel. Reizigers op weg naar Dokkum konden de kapel bezoeken. De kapel is al lang verdwenen, maar het gebied dankt er nog altijd zijn naam aan. Tegenwoordig kun je hier volop genieten van de stilte, het uitzicht over de heide, een vennetje met rondom bloeiend veenpluis …

De Merskenheide van boven

Onlangs liet ik hier al wat luchtfoto’s zien van kleine stukjes natuur ten westen van Drachten. Nu ben ik toe aan een postzegeltje woeste grond, dat 8 km ten zuidoosten van ons huis ligt: de Merskenheide (OpenStreetMap). In het verleden heb ik daar vaak een rondwandeling van ca. 2,5 km gemaakt. Afgelopen zomer ben ik er voor het laatst geweest, toen ben ik de heide op geweest met mijn iLark. Vorige week vond ik, dat het tijd werd om er eens wat luchtopnamen van te maken. Vandaag een paar foto’s, morgen een korte video …

Lekker in de zon

Vanmorgen ben ik op de iLark via Olterterp naar Heidehuizen gereden. Daar heb ik op één van mijn favoriete bankjes een tijdlang lekker in de zon bij gezeten een vennetje …

Een vuurjuffer en een lantaarntje waren zo vriendelijk om even voor me te poseren. Met nog twee knipperende streepjes op het dashboard, was het ritje weer precies lang genoeg. Ik kan me geen fratsen meer veroorloven, want de accu heeft intussen zoveel aan kracht ingeboet, dat ik nog maximaal 25 km ver kan rijden …

Libellen rond de vlonder

Het vennetje in het Wallebos stelde me niet teleur. Integendeel, het was er prachtig. Hoewel het nog geen kilometer bij de Lippenhuisterbrug vandaan is, was het nog niet eens zo makkelijk om er te komen. Het is een mooi wandelgebied met een paar pittige heuveltjes. De toplaag van het smalle paadje bestond er uit los zand waar de iLark de grootste moeite mee had. Met Whilly hoef ik er voorlopig niet eens aan te beginnen. Maar eenmaal ter plekke was het een feestje. …

Om te beginnen kreeg ik al meteen een mooie grote keizerlibel voor de lens. Die foto’s liet ik hier gisteren al zien. Daarna lukte het om aan de overkant van het vlonderpad verschillende azuurwaterjuffers in beeld te vangen. Daarmee was het wel tijd om weer terug te scharrelen naar de iLark, want ik wil ook niet al te wankel over zo’n vlonder lopen. Naast mijn e-step stond een mooie, recht afgezaagde boomstronk. Dat was een fijn plekje om even te zitten en wat te drinken en een stukje koek te nemen. En alsof dat nog niet genoeg was, kon ik daar even later een paar foto’s maken van een prachtige venwitsnuitlibel. Een prachtige primeur …

Moge duidelijk zijn, dat mijn dag goed was.

In het Wallebos

Nadat ik genoeg had gezien en gefotografeerd bij het bruggetje over het Alddjip, besloot ik op zoek te gaan naar een plekje, waarvan ik het bestaan kende, maar waar ik nog nooit was geweest. Het betreft een vennetje in het Wallebos, dat is ’t bos aan de westkant van de Zandlaan (OpenStreetMap). Nadat ik eerst even mis reed, kwam ik na een tijd uit bij het vlonderpad over het bedoelde vennetje …

Ik parkeerde de iLark en liep goed om me heen kijkend het vlonderpad op. Mijn aandacht werd meteen getrokken door een boomstam midden in het vennetje. Maar toen ik mijn ogen over de bladeren rond die stam liet glijden, werd ik blij verrast met een grote keizerlibel, die eitjes aan het afzetten was …

morgen meer

Winterjuffers en de boswachter

Er stonden twee hobbyfotografen met grote toeters op de libellenvlonder, toen ik er die dag voor de tweede keer ratelend naar beneden rolde. Op mijn vraag of ze nog wat interessants hadden gezien, luidde het antwoord: ‘Geen ringslangen of hagedissen als je daar op doelde …’

‘Dan hebben we vanmorgen geluk gehad met de twee ringslangen die we hebben zien passeren,’ reageerde ik op mijn beurt. Daarna kregen we het over het enige andere levende wezen dat ik er ’s ochtends had gezien: een waterjuffer. ‘Dat binne brúne winterjuffers‘, vertelde een van mannen. Zij hadden ze zojuist ook uitgebreid geportretteerd. Toen een van de mannen me speurend naar de korte rietstengels in het water zag kijken, wees hij me op zo’n juffertje: ‘Sjoch, dêr sit der ien …’

Intussen was Jetske er ook weer bij gekomen. Terwijl de beide mannen even later vertrokken, kwam ook de gebiedsboswachter van It Fryske Gea nog even bij ons op de vlonder. Toevallig hadden Jetske en ik het er al even over gehad, dat het eigenlijk prima ging met Whilly. Alleen bij één van de twee klaphekjes moest ik even opstaan om de rolstoel door de krappe opening te helpen …

De hekjes op zich zijn wel breed genoeg, maar vaak worden paadjes uitgehold door de vele mensen die er in de loop der jaren steeds één voor één langs lopen. Daardoor blijft er net wat te weinig ruimte over mijn toch bepaald niet brede rolstoel. Jetske deed het verhaal aan de boswachter. Nadat we nog een tijdje genoeglijk hadden zitten praten, nam de boswachter even later afscheid met de boodschap: ‘Ik zal daar meteen even kijken en dan maak ik er even een notitie van …’

Toen Jetske en ik korte tijd later bijna weer bij de parkeerplaats waren, kwam de boswachter stapvoets achter ons aan. Eenmaal op het parkeerterrein, draaide de boswachter het raampje van zijn auto naar beneden: ‘Ik had een schep in de auto, dus ik heb het meteen even hersteld.’ Wat een service! Nadat we hem vriendelijk hadden bedankt, heb ik Whilly soepeltjes de auto in geholpen …

Jetske en ik konden terugkijken op een mooie dag met een geslaagd debuut van Whilly. Ik denk, dat we nog wel eens vaker met elkaar op pad zullen gaan. Vanaf nu heb ik behalve een fotomaatje ook een rolmaatje (met dank aan @erna) …