Bij een broekbos

Na enige tijd hadden we het bij de Uitkijkpunt Ezumakeeg wel gezien. De meest interessante vogels zaten te ver weg voor onze camera’s …


We besloten nog een stukje verder te rijden om nog wat meer rond te kijken. Al snel kwamen we bij een soort broekbos terecht waar de bomen met hun voeten diep in het water stonden. Aan de rand daarvan bevonden zich vooral bergeenden en wilde eenden …

Jetske meende intussen aan de overkant van de weg iets boven het veld te zien vliegen …


Wat ze daar zag, weet ik niet, maar een lekker fleurig en kruidenrijk veld was het zeker …

Een met een wijde boog om ons heen vliegend visdiefje trok de aandacht na enige tijd op natuurlijke wijze weer terug naar het water …


Verderop in het water waren enkele foeragerende kemphanen en een paar slapende bergeenden te zien. Ook hier zaten de vogels eigenlijk weer net wat te ver weg. Een passerende kievit bracht daar verandering is. Met die kievit open ik morgen het laatste deel van deze serie over ons ritje door het Lauwersmeergebied …

Bij Uitkijkpunt Ezumakeeg

Na afloop van onze kuier bij Dokkumer Nieuwe Zijlen besloten we nog even een stukje Nationaal Park Lauwersmeer in te rijden. Bij het afleveren van haar pakketje had Jetske namelijk op de valreep nog een tip gekregen over een uitkijkpunt niet veel verderop …

En dat bleek ook inderdaad te kloppen. Korte tijd later stonden we ca. 5 km noordelijker bij het Uitkijkpunt Ezumakeeg Noord (Google Maps). Bij Dokkumer Nieuwe Zijlen was de jas niet nodig geweest, maar vanwege de straffe noordelijke wind die er over de vlakte blies, kon hij hier wel aan …

Je kunt hier naar verluidt veel verschillende vogels zien, waaronder ook dwaalgasten, die hier komen om te foerageren of om te overnachten. Er zijn veel steltlopers en eenden zijn te vinden, maar ook een keur aan andere vogels. Met een beetje geluk maak je zelfs kans om er een zeearend te spotten …

Wij kregen er op dat moment vooral zwanen, ganzen en diverse eenden te zien. In de verte stonden wat kluten en grutto’s te foerageren. Het was vooral de wind die ons die dag parten speelde. Daar hadden wij niet alleen last van, maar ook voor de vogels was het niet prettig, vermoed ik …

Of het daarmee een mislukte missie was? Nee hoor, integendeel, want het weidse open landschap van het Lauwersmeergebied is ook zonder spectaculaire vogelfoto’s zeker de moeite waard. Morgen wat meer daarvan …

Honderden smienten

Na de fotosessies met de reeën en het spel van zon, wind en wolken reden we naar het eind van de weg, waar fotomaatje Jetske de auto parkeerde. Daarna liepen we naar de vogelkijkhut in de Jan Durkspolder…

Vooral wolken en water bepaalden in eerste instantie het beeld. In de verte dobberden enkele honderden smienten op het water. Meestal zitten ze helemaal aan de zuidkant van de plas, ver weg van gluurders in de kijkhut. De zuidwestelijke wind voerde ze die dag echter steeds verder in onze richting …

De smienten, die ook wel fluiteenden worden genoemd, brengen hier de winter door. In het vroege voorjaar trekken ze naar hun broedgebieden in Scandinavië en Siberië. Waarom ze ook wel fluiteenden worden genoemd, ontdekten we even later …

Op het moment dat we ze net wat beter konden bekijken, ging het hele spul luid fluitend op de wiek. Ze vlogen een klein stukje naar het zuiden en landden daar weer op het water. Zodra ze opnieuw te dicht bij ons dreigden te komen, vlogen ze weer op. Dat spel herhaalde zich een aantal keren, en dat leverde vooral tegen de achtergrond van de boerderij en de windmotor mooie beelden op …

Brilduikers in de polder

Het eerste ritje van dit jaar bracht me op 3 januari meteen weer naar de Jan Durkspolder. Sinds een jaar of vijf vind ik de streek ten noorden van Drachten aantrekkelijker dan de zuidelijke regio. Rond de vogelkijkhut in de Jan Durkspolder valt eigenlijk altijd wel iets te zien …

De laagstaande zon maakte het die dag niet gemakkelijk om vanuit de vogelkijkhut over de plas uit te kijken. In eerste instantie leek er niets noemenswaardigs te zien. Dat veranderde gelukkig na een minuut of vijf. Een paar kleine eendjes trotseerden de straffe tegenwind en kwamen vanaf de oostkant in beeld …

Het waren mooi zwart-wit getekende eenden, maar van de soortnaam had ik geen idee. Op dat moment stak de voorzienigheid me een handje toe. Een viertal wandelaars betrad de hut. Terwijl drie van hen aan de westkant gingen zitten, kwam de vierde bij het kijkvenster naast mij staan. Daar haalde hij een compacte verrekijker tevoorschijn …

“Niet veel te zien, hè …,” zei één van de drie. “Nee, alleen wat brilduikers,” antwoordde de man naast me. Kijk, dat soort mensen, daar heb je wat aan. “Dankjewel,” zei ik, “ik had ze al gespot, maar ik kende ze niet van naam.” Brilduikers dus, een soort die op de rode lijst staat, heb ik nadien ontdekt. De vier wandelaars hielden het meteen weer voor gezien en verlieten na een vriendelijke groet de hut om hun wandeling naar Earnewâld te vervolgen …

Nadat een slobeend nog even mooi voor mijn positie langs flitste, vond ik het ook welletjes. Mijn dag was met het vastleggen van de brilduiker als nieuwe soort en deze fraaie passage van de onderstaande slobeend (ook al een vogel die op de rode lijst staat) alweer helemaal goed …

Geen vogels, wel F-35 gebulder

Ze waren mooi, maar ook behoorlijk hinderlijk, die uitgebloeide zeeasters. Ik zat al snel onder de pluisjes die aan mijn kleren plakten, terwijl Jetske in haar speciale natuurtenue nergens last van had …

Hoe dan ook, voor die pluisjes waren we niet voor gekomen. Vol goede moed zoomde Jetske nog maar eens in op de verte …

Ja warempel, daar waren ze … in de verste verte zagen we de kluten en hier en daar een andere Wadvogel zitten. Te ver om er echt iets mee te kunnen, maar Jetske had ze nu in lek geval kunnen zien …

Wat er verder vooral ook was, was het gebulder van F-35’s. In het logje ‘Stilte versus geluidsoverlast’ vertelde ik al dat er twee F-35’s laag over vlogen, terwijl wij op de kruin van de dijk stonden. Die waren op weg naar de vliegbasis Leeuwarden, daardoor zwakte het geluid relatief snel af.

Op de dag waarop Jetske en ik op de kwelder zaten, kregen we ze niet te zien. Maar wat we deze dag boven het Wad hoorden was vele malen erger. Je kon regelmatig minuten lang het sonore gebulder van de JSF’s horen. Echt gruwelijk! En dat gaat dagelijks zo door boven het Waddengebied, ons grootste stiltegebied en UNESCO Werelderfgoed nota bene. Het is om te janken. Enfin, luister en huiver …

Omdat de vogels ondanks het aanhoudende gebrom bleven waar ze waren, besloten wij uiteindelijk maar te gaan. Nadat we onze spulletjes bij elkaar hadden gezocht, liepen we terug naar de dijk. Zelfs de schapen waren daar intussen verdwenen …

Update:

Momenteel is het relatief rustig in de lucht. Acht van de 13 JSF’s die in Leeuwarden gestationeerd zijn, zitten met 165 man aan grondpersoneel een week of zes in de V.S. voor specifieke trainingsdoeleinden. Vliegbasis Leeuwarden is in principe gesloten, maar toestellen van de vliegbasis Volkel blijven hier wel hun oefenrondjes maken.

Beter één vogel …

Daar had ik dus even geen rekening mee gehouden, en Jetske als iets meer ervaren vogelaar blijkbaar evenmin … laag water …

Er was zelfs in de verte geen vogel te zien. Van lieverlee richtte Jetske haar camera maar eens op de pluisjes van de uitgebloeide zeeasters en op het waddenslik.

Nou ja, één vogel liet zich wel even mooi zien …

Deze vogel kwam even in een mooie passage voorbij. Ik denk, dat het een bruine kiekendief is …

Daar bleef het echter niet helemaal bij …