Deze watersporter doorkruiste vorige week per kano de Jan Durkspolder …
Ik moet er niet aan denken, want het ijs lag hier en daar nog in de sloten …
Deze watersporter doorkruiste vorige week per kano de Jan Durkspolder …
Ik moet er niet aan denken, want het ijs lag hier en daar nog in de sloten …
Ter afsluiting van de aangename en onverwacht spannende anderhalf uur die ik op 15 augustus op de Heerenzijlbrug bij Terherne heb doorgebracht, gaan we hier nog even een keer bootjes kijken. Het meest bijzondere bootje dat de brug passeerde, heb ik hier gisteren al laten zien, maar ook diverse andere boten en bootjes, variërend van een soort vieze varende tobbe tot een duur zeiljacht, waren het aanzien wel waard. Het is gewoon erg leuk om op een mooie zomerdag van alles voorbij te zien varen …
Zo’n oud zeilschip – het zou een skûtsje kunnen zijn – is toch ook altijd weer een blikvanger. In mijn tijd als jongerenwerker ben ik in de jaren 80 eens met een groep vrijwilligers een weekend met een skûtsje het water op geweest. Dat was een prachtige belevenis, toch eens kijken of ik daar nog wat zwart-wit foto’s van kan vinden …
Van een geheel andere orde is de sloep op de onderstaande foto. Uit eigen ervaring kan ik zeggen, dat het erg leuk is om op een mooie zomerdag met zo’n stabiele boot door de Weerribben of de Wieden te varen. En dat zal op en rond de Friese Meren niet anders zijn …
Voor de jeugd is een rubberboot met een pittig motortje natuurlijk een stuk aantrekkelijker, maar die tijd heb ik al lang achter me …
Tja, hoe zou je het onderstaande vaartuig eigenlijk moeten noemen? Door je wimpers kijkend lijkt het haast op een oud landingsvaartuig … Maar dat maakt niet uit, want je kunt er in goed gezelschap zo met zijn drietjes natuurlijk wel een veel mooiere dag op beleven dan op het zeiljacht op de daaropvolgende foto …
Ik kan niet zeilen, maar àls ik kon zeilen … en àls ik genoeg pecunia om handen had … Ja, dàn zou het zeiljacht hieronder toch wel zo ongeveer het neusje van de zalm zijn, lijkt me …
Enfin, daar droom ik niet eens van. Ik kan immers toch niet zeilen … Nee, als ik me ooit nog eens eigenaar van een boot mag noemen, dan zal het wel zoiets zijn …
Maar eerlijk is eerlijk, dat kleine kajuitbootje op de foto hierboven heeft voor mijn gevoel toch wel veel meer charme dan zo’n grote en dure kruiser, want daar heb ik echt helemaal niets mee …
Tot zover eerst het bootjes kijken, vanaf morgen zal ik weer eens wat macrofoto’s tonen, want daar heb ik de afgelopen maanden ook nog heel wat van gemaakt zonder dat iemand ze onder ogen heeft gehad.
Het bootje dat gisteren door Henk Jonkvorst en Groninganus werd genoemd, was mij uiteraard ook opgevallen, en dus heb ik er nog een paar foto’s van gemaakt terwijl het de Heerenzijlbrug naderde …
Nu ben ik niet z’n botenkenner, maar volgens mij is dit een salonboot uit de eerste helft van de vorige eeuw. Een paar van de belangrijkste kenmerken van salonboten zijn de ranke bouw van de romp en een fraaie opbouw van doorgaans teakhout of mahonie, met rondom veel ramen die goed zicht op de omgeving bieden …
In de volksmond werden salonboten na verloop van tijd ‘notarisbootje’ of ‘doktersbootje’ genoemd. Onder deze benamingen staan ze nu nog bij velen bekend. Zoals deze bijnamen doen vermoeden waren de eerste gebruikers, meestal ook de opdrachtgevers tot de bouw, leden van de gegoede burgerij. Zij bepaalden grotendeels zelf hoe ze hun salonboot lieten inrichten en afbouwen …
De notarissen, artsen en advocaten gebruikten hun salonboot aanvankelijk als een praktisch vervoermiddel op weg naar hun cliënten of patiënten. Maar al gauw kreeg de boot een tweede doel: er werden ter ontspanning dagtochtjes mee gemaakt. Vooral in de weekeinden nodigde men familie, vrienden en relaties uit voor een pleziertochtje op de salonboot en toonde zo ‘en publique’ zijn welvaart. De salonboten waren uitermate geschikt voor personenvervoer over de Friese meren, varen op de Vecht of door de Amsterdamse grachten.
Gisteren vertelde ik hier over het omslaan van een zeilbootje op de Zoutepoel bij Terherne. Het duurde even voordat er een reddingsoperatie op gang kwam, maar uiteindelijk zag ik vanaf de Heerenzijlbrug hoe de drenkelingen toch werden opgepikt en aan boord genomen van een passerende zeilboot …
De omgeslagen zeilboot lag intussen te midden van een wirwar van boten en bootjes, die links en rechts passeerden …
Na enige tijd vond er werkoverleg plaats, want nu was het zaak om de omgeslagen boot overeind te krijgen en naar de wal te brengen…
Nadat er ook vanaf een passerende kruiser hulp werd geboden, werd de zeilboot met vereende krachten overeind getrokken …
Daarna begonnen drie mannen aan een poging om de boot zwemmend naar de walkant te duwen …
Onbegonnen werk leek me, want die open boot was natuurlijk goeddeels volgelopen met water …
Omringd door een aantal andere vaartuigen vond er opnieuw overleg plaats …
Er werd besloten om de zeilboot naar de walkant te laten slepen door de kruiser …
Onder het toeziend oog van verschillende passanten werd de moeizame tocht voortgezet …
Met trekken en duwen werd de boot zo goed en zo kwaad als het ging enigszins in balans gehouden …
Er was geen kruid tegen gewassen, de mast van de zeilboot dook opnieuw onder water …
Maar uiteindelijk werd de vaste wal toch bereikt …
Nadat het meeste water eruit was geschept, leek de boot zo waar weer enigszins in evenwicht te willen drijven …
Daarmee was de actie voorbij en kon ik mij in alle rust nog even bezig houden met het kijken naar de diverse passerende boten en bootjes bij de Heerenzijlbrug. Maar dat is voor later …
Vorige week zaterdag werd er op de Friese wateren rond Drachten (kaartje Google Maps) een zeilwedstrijd gehouden …
Last saturday there was a sailing contest on the lakes and canals around my hometown Drachten (Google Maps) …
Het was niet zomaar een zeilwedstrijd, er werd gevaren met 17 skûtsjes die allemaal ongeveer 100 jaar oud zijn …
It wasn’t just a sailing contest, all the ships (17 in total) were about 100 years old ...
Al deze skûtsjes zijn aan het begin van de vorige eeuw op vermaarde Drachtster scheepswerven gebouwd …
All those typical Frisian ships called “skûtsjes” were build in the beginning of the last century at shipyards in Drachten …
Het was een koude en bewolkte dag …
It was a cold and cloudy day …
Maar voor de zeilers stond er een lekkere bries …
But for the sailors there was a nice breeze …
Het was mooi om deze oude schepen nu eindelijk eens dicht bij huis in actie te zien …
It was great to see those old ship in action so close to my home at last …
Wil je meer Skywatch foto’s zien? Gewoon even op het logo klikken …
Wanna see more Skywatch photos? Just click the logo …
Maak er een mooi weekend van!
Wishing you all a wonderful weekend!
Nadat ik de skûtsjes ‘de Jonge Jasper’ en ‘de Twee Gebroeders’ vanaf het Paviljoen aan de oostkant van de Leijen de oversteek naar Opeinde had zien maken, ben ik met de auto naar het viaduct in de N31 over het Opeinde Kanaal gereden …
Daar kwam ik mooi op tijd aan om ‘de Jonge Jasper’ weer op te vangen. Met gestreken mast naderden ze -voortgedreven op spierkracht- het viaduct over het Opeinder Kanaal …
Daar sprong één van de bemanningsleden van boord om op de vaste wal een lijntje op te vangen …
Terwijl de vaart erin bleef, sprongen er al snel nog drie bemanningsleden aan wal …
Trekkend op de wal en bomend aan boord werd de tocht met vereende krachten voortgezet, op naar de drie vaste bruggen in Opeinde …
En dan is goed te zien dat skûtsjesilen geen sport is voor watjes …
Intussen kwam vanaf de Leijen het Drachtster skûtsje ‘de Twee Gebroeders’ dichterbij …
Ook aan boord van ‘de Twee Gebroeders’ werd de mast gestreken …
Nadat het viaduct was gepasseerd, sprong ook hier een deel van de bemanning aan wal …
Kijk, zo hoort het … schipper Albert Visser Jzn. sprong ook zelf van boord, waarna hij een sprintje trok om de anderen in te halen …
Nadat de schipper zich bij de anderen had gevoegd, kon de lijn strak worden getrokken …
Het kon niet mooier, uitgerekend op dat moment kwam er een kennis van de schipper voorbij in de auto … even aanpikken …
Gelukkig staat sportiviteit over het algemeen nog hoog in het vaandel van de skûtsjeschippers, het was dan ook niet meer dan een grapje …
De auto reed verder, en ook ‘de Twee Gebroeders’ vervolgde de tocht op spierkracht tot voorbij Opeinde …
Het was letterlijk een komen en gaan van skûtsjes op de Leijen (kaartje Google Maps) gistermiddag, en dat is wel bijzonder, omdat de Leijen maar een klein en ondiep meertje is, zie je er normaal gesproken hooguit wat kleinere plezierboten …
Als die grote schepen met opbollende zeilen over het open water varen, dan levert dat altijd weer fraaie beelden op. Het bijzondere aan deze eerste Turfrace, die hopelijk zal uitgroeien tot een jaarlijks terugkerend evenement, is dat er nu juist niet alleen over open wateren wordt gevaren, maar ook over smalle riviertjes, vaarten en kanalen …
Op het kaartje hieronder is een deel van de route te zien. Vanuit Drachten moesten de skûtsjes eerst met gestreken mast van zuid naar noord door het Opeinder Kanaal (het rode deel van de route), waar men onder 4 vaste bruggen door moest varen. In het laatste deel van het Opeinder Kanaal konden de zeilen worden gehesen om over de Leijen koers te zetten richting Rottevalle (de gele route). Bij de blauwe plaatsmarkering moesten de de skûtsjes het smalle riviertje de Lits op draaien om zich te melden in de haven van Rottevalle (het blauwe deel van de route). Daar moest worden geboomd en gejaagd. Vanuit Rottevalle moest vervolgens dezelfde route in tegengestelde richting worden gevolgd …
Vroeger werden de skûtsjes gebruikt voor het vervoer van turf en terpaarde van Fryslân naar Holland. Ook toen was men deels aangewezen op vaarten en kanalen waar niet gezeild kon worden. Er zat niets anders op dan de vaart erin te houden m.b.v. de vaarboom en/of het skûtsje over land voort te trekken, het zogenaamde jagen …
Bij de wedstrijden op open water zitten de knelpunten vooral bij het ronden van de boeien die de route markeren. In de Turfrace over de Smallingerlandse wateren moesten de skûtsjes elkaar hier en daar passeren op smalle wateren …
Op de foto’s hierboven en hieronder nadert ‘de Jonge Jasper’ met de donkere zeilen de Leijen, nadat hij bij Rottevalle ‘een vrachtje’ had opgepikt. Het licht gekleurde skûtsje draait vanaf de Leijen de Lits op om zich te melden in Rottevalle …
Op ‘de Jonge Jasper’ wordt het grootzeil gehesen en wordt de fok bijgezet …
‘De Jonge Jasper’ zet koers naar Opeinde …
‘De Jonge Jasper’ werd gevolgd door het skûtsje ‘de Twee Gebroeders’ uit Drachten. Ook daar werd hard gewerkt om de zeilen te hijsen …
Men leek wat moeite te hebben met de fok, maar desondanks zat ‘de Twee Gebroeders’ al snel midden op de Leijen richting Opeinde …
Ik sluit dit hoofdstuk af met een ander skûtsje uit Drachten, ‘d’Halve Maen’, eigendom van Philips …
Morgen nemen we een kijkje aan de andere kant van de Leijen, waar de mast gestreken moest worden om een viertal bruggen in en bij Opeinde te kunnen passeren voor het vervolg van de race …
– wordt vervolgd –