’n Prachtig postzegeltje natuur

Ik heb het de laatste tijd regelmatig gehad over ‘postzegeltjes natuur’. Dit is wel één van de beste voorbeelden daarvan. De Kapellepôle is eigendom van It Frsyke Gea, en het gebied is echt nauwelijks groter dan een flinke postzegel (OpenStreetMap). Het is in feite niet meer dan een stukje heide met rondom wat bomen. Veel groter dan 250 x 250 meter is het niet. Hieronder zie je wat foto’s van de randen van het gebied …

De Kapellepôle is een klein, maar fijn stukje natuur. Vooral voor macroliefhebbers is het een mooi gebied om in voorjaar of zomer eens rond te kijken. Er slingeren een paar uitgesleten paadjes over en langs de heide. En een groot pluspunt: ergens halverwege het paadje staat een bankje. Maar een echt wandelgebied zou ik het met dit postzegelformaat niet willen noemen …

Het kleine gebied heeft wel een bijzondere historie. Op deze plek stond tot de 18de eeuw op een hoge zandkop de Bonifatiuskapel. Reizigers op weg naar Dokkum konden de kapel bezoeken. De kapel is al lang verdwenen, maar het gebied dankt er nog altijd zijn naam aan. Tegenwoordig kun je hier volop genieten van de stilte, het uitzicht over de heide, een vennetje met rondom bloeiend veenpluis …

Schitteringen rond ’t klif

Het zijn niet de kliffen van Dover of Normandië, maar ook Fryslân heeft zijn kliffen. Het Oudemirdumer Klif is het zuidelijkste van drie kliffen langs de Friese zuidwestkust. Hierna zullen we ook nog een kijkje nemen bij het Mirnser Klif en bij Reaklif. Maar eerst nestelen we ons even op één van de bankjes …

Het Oudemirdumer Klif ligt bovenop een keileembult, waardoor het ruim 6 meter hoog boven het IJsselmeer uittorent. De Zuiderzee sloeg de bult eeuwenlang af tot er een steile klifwand ontstond. Na de aanleg van de Afsluitdijk kwam de zere hier tot bedaren en stopte de afkalving van het klif. Daarna kreeg de natuur de kans zich verder te ontwikkelen. Natuurmonumenten kocht het Oudemirdumer Klif al in de jaren 30 van de vorige eeuw …

De natuur op en aan de voet van het klif is van unieke waarde en direct verbonden met de bijzondere geschiedenis van dit gebied. Zo groeien er meer dan 250 soorten planten met allemaal hun eigen verhaal. Er komen planten voor van ver in Duitsland, via rivieren meegenomen het IJsselmeer in en uiteindelijk aangespoeld op het klif. Door de invloed van het vroegere zoute water van de Zuiderzee vind je er zelfs nog planten die van zout water houden. Je mag er echter alleen op afstand van genieten, want de voet van het klif is niet toegankelijk … 

Ik had er genoeg aan om vanaf één van de bankjes te genieten van het uitzicht. Hoe vaak ik hier ook al heb gezeten, het uitzicht is er elke keer weer uniek. Deze vrijdag heb ik vooral genoten van de prachtige schitteringen op het IJsselmeer …

Aan alles komt een eind, ook aan dit kortstondige genieten op het Oudemirdumer Klif. We volgden het Minneminnespaad terug naar de auto. De terugweg was voor mijn onderdanen alweer wat pittiger dan de heenweg, maar met onderweg twee korte tussenstops redden we het weer …

– wordt vervolgd

Langs Minneminnespaad

Nadat we een paar plaatjes hadden geschoten van het huisje van de laatste visser van het klif, begonnen we aan de wandeling over het ruim 300 m lange Minneminnespaad in de richting van het IJsselmeer. Gelukkig was het met een temperatuur net boven de 20°C helemaal mijn weer, zodat ik de wandeling wel aandurfde …

Het weiland links van het pad werd bevolkt door wat jongvee. Rechts waren in de verte de zachte glooiingen van Gaasterland te zien. Het paadje lag er trouwens keurig bij. De klinkers waren vervangen door asfalt, zodat ik er goed uit de voeten kon. Dat betekent bovendien, dat ik in de toekomst zo nodig ook met de rolstoel makkelijk op het Oudemirdumer Klif kan komen …

Zonder noemenswaardig oponthoud bereikten we enige tijd later het uitzichtpunt op het Klif. Eén van de bankjes op het hoogste punt van het klif was bezet. Daarom stelde ik voor om een etage lager te gaan zitten. En toen was ik toch wel blij dat ik even kon zitten. Het grote genieten van rust en ruimte kon beginnen …

– wordt vervolgd

Onderweg naar de kliffen

Jetske stelde vorige week voor om weer eens een ritje langs de Friese kliffen langs het IJsselmeer te maken. Dat leek mij een prima plan. We waren nog maar nauwelijks onderweg, toen de snelheid er even uit ging. Op een weg waar inhalen nog niet zo simpel was, kwamen we tijdelijk achter paard en wagen terecht. Maar ach, wat maakte het uit, het was mooi weer en we hadden alle tijd …

Ook een stop voor de brug over het Prinses Margrietkanaal bij Lemmer kon er nog best af. Ik maakte van de gelegenheid om even de benen te strekken. Van rechts naderde de zeilboot die voorrang kreeg en aan de linkerkant stond een tekst, die ik helaas niet helemaal kon lezen …

Na een klein uurtje hadden we onze eerste bestemming van de dag bereikt. Nadat we waren uitgestapt, maakten we eerst de min of meer traditionele foto van het huisje van Minne Minnes de Vries, de laatste Zuiderzeevisser van het Klif … 

– wordt vervolgd

Langs het Minneminnespaad

Nadat we in mei een dagje in het noordoosten van Fryslân hadden doorgebracht, hebben fotomaatje Jetske en ik begin juni een ritje gemaakt naar het zuidwesten van de provincie. Vooral de kliffenkust van Gaasterland verdient een regelmatig bezoek. Met het vlakke noordoosten nog vers in het geheugen, lijkt Gaasterland ineens nog wat heuvelachtiger dan het in werkelijkheid is. De eerste stop was ook ditmaal bij het Oudemirdumerklif. En zo gaan we van het ene huisje met een bijzondere geschiedenis naar het andere …

Onze kuier naar het Oudemirdumerklif (Google Maps) begon weer bij het huisje van Minne Minnes de Vries, de laatste Zuiderzeevisser van het Klif. Zeven jaar na de afsluiting van de Zuiderzee door de Afsluitdijk, hing Minne zijn netten in 1939 voorgoed aan de wilgen. Zijn levensverhaal kun je hier lezen, intussen liepen we in rustig tempo over Minneminnespaad in de richting van het IJsselmeer …

Vlak nadat we de strakke horizon van het IJsselmeer in beeld kregen, zagen we een bruine kiekendief over de kustlijn zweven. Al snel streek hij neer op een paal met een bordje. Toen we halverwege het paadje de blik wat meer naar het zuiden wendden, zagen we in de verte de windturbines van het windpark bij Urk boven de horizon uit torenen. Het is altijd weer even schrikken …

Na de korte eerste schrik, ben ik echter ook steeds weer snel gewend aan het beeld. Ik heb me nooit erg druk gemaakt over die windturbines trouwens. We zullen linksom of rechtsom naar een duurzame energievoorziening moeten, wind en zon zijn nu eenmaal voor de hand liggende opties waar snel resultaten mee worden gehaald. Ik weet dat niet iedereen het daar mee eens is, want ook aan zon en wind zitten nadelen. Genoeg stof om even wat over te mijmeren op de bankjes op het Oudemirdumerklif. …

wordt vervolgd

De Redbadtsjerke in Jorwert

We beklimmen de terp en betreden dan het kerkhof rond de kerk van Jorwert. De kerk is sinds 1994 eigendom van de Stichting Alde Fryske Tsjerken. We beginnen ons rondje om de kerk in de zuidoosthoek en lopen aan de oostkant langs het koor naar de noordkant …


In de op verschillende plaatsen groen uitgeslagen noordelijke gevel treffen we een weinig belopen paadje aan dat naar een poortje met een deur leidt …

Als we doorlopen in westelijke richting komen we bij de toren aan. De toren stamt uit de elfde of twaalfde eeuw. In de inleiding van deze serie vertelde ik al, dat de toren op zaterdagochtend 25 augustus 1951, om zeven minuten over vijf, plotseling instortte. In de jaren daarop is de toren herbouwd met fraai siermetselwerk, zoals dat ook bij de originele toren het geval was. Om de herbouw te financieren en te vieren werd in en vanuit het dorp een openluchtspel gehouden. ‘Iepenloftspul Jorwert’ is inmiddels een begrip van naam en faam dat al 50 jaar bestaat …

De kerk is gebouwd van tufsteen, een steensoort die voor kenners direct onderscheidend is. De muren zijn verfraaid met banden van tufsteen …

De toren heeft twee klokken van 1394 en 1749. Ze worden elke dag om 12.00 uur handmatig geluid door de leden van het ‘klokkenluidergilde’, maar op donderdag doen leerlingen van de school dit werk. Bij sterfgevallen en geboortes in het dorp klinkt ook klokgelui. Voor een nieuwgeboren ‘famke’ klinkt de kleine, voor een jongen de grote klok. Het rijkelijk bemoste paadje dat ik al eerder in deze serie liet zien, leidt naar de ingang van de toren. …

Tot slot komen we aan bij de zuidmuur. Ook daar treffen we een poortje aan. Het ziet er aan de zuidmuur allemaal net wat vriendelijker uit dan aan de kille noordkant van de kerk ..

Daarmee hebben het rondje om de Redbadtsjerke voltooid. Morgen kijken we nog even rond op het kerkhof dat aanzienlijk groter is dan dat bij de toren van Eagum …

In de rij naar de melkstal

Ook vandaag blijf ik nog even bij de koeien, het kan nu tenslotte nog, want ze lopen nu nog lekker buiten. Hoewel … de koeien in dit logje zijn net onderweg naar binnen. Het is bijna vijf uur ’s middags als ik over de Easterboarn bij Aldeboarn rijd …

120913-1558x

Het loopt weer tegen melktijd …

120913-1559x

Een lange stoet van hoofdzakelijk zwartbont vee en een enkele roodbonte koe loopt vanuit het weiland naar de boerderij …

120913-1600x

In een lange rij lopen ze over een paadje achter de boerderij langs …

120913-1601x

Uiteindelijk stellen ze zich op voor de deur die waarschijnlijk toegang zal geven tot de melkstal …

120913-1603x

Het eind van de rij is nog niet in zicht …

120913-1604x

Onderweg doen ze het kalm aan, ze lijken te weten dat ze toch niet allemaal tegelijk gemolken kunnen worden. Er kan tussendoor nog best even een hapje worden genomen, de achterbuurvrouw wacht het rustig af, zij heeft zo te zien ook geen haast. Daar kan de menige filerijder die rond dit tijdstip huiswaarts gaat nog wat van leren …

120913-1605x

Het blijft een mooi gezicht om zo’n veestapel aan het eind van de dag eensgezind naar de boerderij te zien lopen …

120913-1607x