Bij luchtwachttoren 6H3

Vanaf het Oudemirdumerklif zetten we koers naar het Mirnser Klif. Daarbij passeerden we de oude luchtwachttoren 6H3 aan het Huningspaad bij Oudemirdum (Google Maps). In de jaren 50 en 60 stonden er in ons land 138 van deze luchtwachttorens. Het waren uitkijkposten van het Korps Luchtwachtdienst. Zij speurden in het begin van de Koude Oorlog het Nederlandse luchtruim af naar laagvliegende Russische vliegtuigen, omdat de radarapparatuur indertijd nog niet geschikt was om snelle, laagvliegende vliegtuigen te kunnen signaleren…

De luchtwachttorens waren onderdeel van een netwerk van 276 uitkijkposten verspreid over heel Nederland. Er waren 138 posten op bestaande gebouwen, zoals op molens en fabrieken en 138 in de speciaal voor dit doel gebouwde losstaande torens. Een toren van beton was goedkoop en had lage onderhoudskosten, daarnaast was hij ook vanuit technisch oogpunt het meest geschikt. De keuze viel op een systeem van geprefabriceerde betonnen raatbouwelementen …

Luchtwachttoren 6H3 is 14,3 meter hoog en staat op een heuvel van ongeveer 12 meter hoog (vlak bij het hoogste punt van Gaasterland). Die heuvel was kostenbesparend op bouw en materiaal. Boven op de toren is het uitkijkplatform, dat bestaat uit een open ruimte van 3 bij 3 meter met een 1,5 meter hoge borstwering. De toren is in 1953 ‘ter camouflage’ tegen de bosrand gebouwd, Ooit hadden de luchtwachters hier een ruim zicht, inmiddels is het bos hoger geworden dan de luchtwachttoren …

Nadat ik de toren rondom had bekeken en gefotografeerd, heb ik de camera even voorzichtig door een van de gaten binnen de vier muren gehouden om een indruk van het binnenwerk te krijgen …

– morgen nemen we echt een kijkje in en op de toren

Langs het Minneminnespaad

Nadat we in mei een dagje in het noordoosten van Fryslân hadden doorgebracht, hebben fotomaatje Jetske en ik begin juni een ritje gemaakt naar het zuidwesten van de provincie. Vooral de kliffenkust van Gaasterland verdient een regelmatig bezoek. Met het vlakke noordoosten nog vers in het geheugen, lijkt Gaasterland ineens nog wat heuvelachtiger dan het in werkelijkheid is. De eerste stop was ook ditmaal bij het Oudemirdumerklif. En zo gaan we van het ene huisje met een bijzondere geschiedenis naar het andere …

Onze kuier naar het Oudemirdumerklif (Google Maps) begon weer bij het huisje van Minne Minnes de Vries, de laatste Zuiderzeevisser van het Klif. Zeven jaar na de afsluiting van de Zuiderzee door de Afsluitdijk, hing Minne zijn netten in 1939 voorgoed aan de wilgen. Zijn levensverhaal kun je hier lezen, intussen liepen we in rustig tempo over Minneminnespaad in de richting van het IJsselmeer …

Vlak nadat we de strakke horizon van het IJsselmeer in beeld kregen, zagen we een bruine kiekendief over de kustlijn zweven. Al snel streek hij neer op een paal met een bordje. Toen we halverwege het paadje de blik wat meer naar het zuiden wendden, zagen we in de verte de windturbines van het windpark bij Urk boven de horizon uit torenen. Het is altijd weer even schrikken …

Na de korte eerste schrik, ben ik echter ook steeds weer snel gewend aan het beeld. Ik heb me nooit erg druk gemaakt over die windturbines trouwens. We zullen linksom of rechtsom naar een duurzame energievoorziening moeten, wind en zon zijn nu eenmaal voor de hand liggende opties waar snel resultaten mee worden gehaald. Ik weet dat niet iedereen het daar mee eens is, want ook aan zon en wind zitten nadelen. Genoeg stof om even wat over te mijmeren op de bankjes op het Oudemirdumerklif. …

wordt vervolgd

On the road met de iLark

Vorige week had ik de accu van de iLark al eens leeg gereden met wat kortere ritjes in de buurt. Maandagochtend heb ik voor het eerst een geplande langere rit gemaakt om de accu nog eens helemaal leeg te trekken. Het doel was de uitkijktoren ‘Skarrekiker’ in natuurgebied Hemrikkerscharren tussen Beetsterzwaag en Hemrik (Google Maps)


Vanwege de aanhoudende koude noordenwind heb ik bewust gekozen voor deze plek waar ik nog nooit eerder was geweest. De route voerde vooral door de beboste omgeving rond Beetsterzwaag waar de wind geen spelbreker was. Ik passeerde o.a. het Koningsdiep of Alddjip, ik kwam langs een weerstation midden in het bos en ik reed over diverse bruggetjes. Na het bezoek aan de uitkijktoren heb ik op de terugweg o.a. een tussenstop gemaakt bij de luid kwakende kikkers in het Witte Meer (Google Maps)

Het was een mooi ritje, dat vooral over asfalt- en schelpenpaden voerde. Met de camera aan de draagband rond mijn nek heb ik onderweg een aantal korte video-opnamen gemaakt, zodat jullie een idee krijgen van de lommerrijke route …

Naar Holwerd

Jetske en ik begonnen ons dagje aan het Wad ruim een week geleden rond elf uur ’s ochtends op een ruime parkeerplek tussen Holwerd en de pier voor de veerboten naar Ameland …


Ik had mijn autogordel nog maar nauwelijks los, toen Jetske al een flink stuk achter de auto in het land stond. Even dacht ik, dat ze de veerboten van en naar Ameland fotografeerde. Daar was het haar echter niet om te doen, ze had een bruine kiekendief laag over het land zien zweven …

We lieten de auto achter en staken de weg over om onze kuier aan de andere kant te vervolgen over de Waddenzeedijk. Aan het eind van de weg op de foto’s hieronder is de pier met zijn parkeerdekken en de veerterminal te zien. En daarachter is aan de andere kant van de Waddenzee Ameland te zien …

We vervolgden onze weg in oostelijke richting over de Waddenzeedijk. Halverwege onze wandeling passeerden we een meeuwenkolonie op de kwelder waar het zoals gebruikelijk een drukte van belang was …

We moesten nog even doorstappen, want ons doel torende op dat moment in de verte weliswaar boven de dijk uit, maar dat was nog knap ver weg. Pas toen we bij het hek met het veerooster waren, begon ik er vertrouwen in te krijgen dat ik het zou halen …

– wordt vervolgd

Spinnenkopmolen de Wicher

Na ons bezoek aan het Stroïnkgemaal stelde ik voor om ook meteen maar langs de spinnenkopmolen de Wicher aan de Hoogeweg bij Kalenberg te rijden (Google Maps). Die zou ook wel open zijn in het kader van Nationale Molendag, leek me …


‘De Wicher’ is de enige spinnenkopmolen in Overijssel, en hij is een stuk jonger dan je zou denken. Toen vanaf ca. 1900 kleine polders werden samengevoegd, verdwenen veel kleinere, vaak particuliere molens. De kleine molens werden eerst vervangen door grotere molens, die daarna op hun beurt werden vervangen door gemalen zoals het eerder bezochte Stroïnkgemaal. Tot in de Tweede Wereldoorlog stond er een spinnenkop op de plaats waar nu de Wicher staat. Die is echter in 1943 gesloopt en het duurde bijna 40 jaar, voordat er in1982 op dezelfde plek weer een nieuwe spinnenkop in de Weerribben verscheen …

In het waterrijke gebied Weerribben-Wieden vervullen poldermolens nog steeds een belangrijke rol bij de waterhuishouding. De Wicher kan 480 m3 water per uur verwerken, hij kan het water in twee richtingen pompen. De molen is eigendom van Staatsbosbeheer en heeft de gemeentelijke monumentenstatus …

Nadat we een tijdje met de Molenaar hadden staan praten, werden we uitgenodigd om een kijkje in de machinekamer te nemen. Dat is net als bij het Stroïnkgemaal voor een volgende keer.

Bij het Stroïnkgemaal

Talloze keren waren we er samen al langs gekomen, het Watergemaal A. F. Stroïnk aan de oude Zuiderzeedijk tussen Blokzijl en Vollenhove (Google Maps). Vaak hadden we er ook een tussenstop gemaakt om een paar foto’s te maken van het mooie gebouw met zijn strakke vormen. Het gemaal is een monumentaal pand en een rijksmonument …


We hadden het er ook al eens over gehad, dat het wel mooi zou zijn om eens binnen te kijken. Die kans kregen we, nadat we in de eerste week van mei werden getipt over het feit dat het gemaal op de Nationale Molendag open zou zijn voor het publiek …

Het gemaal Stroïnk is het grootste gemaal van het Waterschap Drents Overijsselse Delta en regelt het peil op de boezem (waterbergingsgebied) van Noordwest-Overijssel en Zuidwest-Drenthe. De totale oppervlakte van dit gebied is ruim 50.000 hectare en kent een hoogteverschil van +14 NAP bij Vledder tot 2 meter onder NAP. Bij het peilbeheer dient het waterschap rekening te houden met verschillende, vaak conflicterende belangen van akkerbouw, veeteelt en natuur …


De grote ronde water-uitlaatpunten aan de voorkant van het gebouw hadden we op afstand al vaak gezien. Aan de achterklant van het gebouw wordt het water uit het achterland binnengelaten. Met behulp van een breed krooshek wordt drijvend materiaal, zoals planten en hout tegengehouden …

De bouw van het stoomgemaal startte in 1918. Het stoomgemaal werd officieel geopend op 9 juni 1920. Het gemaal had toen twee pompen en twee rechtopstaande stoommachines. In 1928 is er een derde pomp gebouwd. Vanaf 1953 is de aandrijving van de pompen stapsgewijs vervangen door een dieselmotor. In 1982 is de aandrijving van de grootste pomp geëlektrificeerd …

Later nemen we eens een kijkje binnen.

Bij een dijkcoupure

Bij het Lauwersmeer viel het wat tegen met de hoeveelheid vogels. Ja ganzen, die waren er genoeg, maar die hebben ze tegenwoordig in België ook wel. Dat vond Dirk dan ook geen tussenstop waard. Ik stelde voor om nog even naar Peazens-Moddergat te rijden. Onderweg konden we dan nog mooi een tussenstop maken bij een dijkcoupure in de oude Waddenzeedijk bij Ljussens (Google Maps). Ik vermoedde, dat Dirk hier wel aan zijn trekken zou komen …


Op de bovenstaande foto zie je akkerland dat tussen de oude en de nieuwe Waddenzeedijk ligt. De donkergroene streep in de verte is de nieuw Waddenzeedijk. Wanneer we ons omdraaien, zien we achter ons een coupure of dijkcoupure in de oude dijk, die de kust moest beschermen, voordat de nieuwe Waddenzeedijk er lag. De direct achter de oude dijk staande boerderij bevinden zich bij zogenaamde dijkcoupures …

Achter de dijk liggen de oude schotbalken waarmee de dijkcoupure gesloten kon worden. Men liet de balken bij storm- en overstromingsgevaar dan van bovenaf in de gleuven in de stenen dijkhoofden zakken. Tussen de twee rijen balken werd vaak zandzakken geplaatst, ook werd er wel paardenmest gestort om de afsluiting meer waterdicht te maken …

Nadat Dirk en ik ons enige tijd hadden vermaakt met de dijkcoupure en de balken, richtten wij ons op het kale land tussen de twee dijken. Aafje en Hilda hielden het zo te zien ook ditmaal weer probleemloos pratend bij de coupure …

– wordt vervolgd