Het kon nog net even

De dooi was in grote delen van ons land al ingetreden, maar op het ondergelopen land bij de Hooidammen ten westen van Drachten kon zondag 14 december nog geschaatst worden. Aan het begin van de middag werd de lokroep van het ijs weer zo sterk, dat ik er toch nog maar even naar toe ben gereden …


De vaarweg tussen Drachten en Earnewâld lag nog helemaal open. De laatste keer dat daar ook een mooie laag ijs op lag, was in februari 2012. Maar dat kon de pret niet bederven, want voorbij de bomen lag links van de Hooidamsloot een mooie ijsvlakte …

Op die ijsvlakte, waar 4 dagen daarvoor de eerste vermetele schaatsers voorzichtig hun eerste streken zetten, lag nu van hier bijna tot Earnewâld een mooie stevige ijsvloer …


Zodra het schoeisel was verwisseld voor schaatsen, konden de eerste rondjes worden gemaakt. Nou ja, rondjes … het waren mooie ronden van naar schatting twee kilometer. Daar konden de liefhebbers die dag nog volop van profiteren en dat deden velen dan ook …

Na een paar van die rondjes was het voor menigeen wel tijd om de benen, die aan het begin van het seizoen nog niet gewend waren aan de schaatsbewegingen, even wat rust te geven. Dat was natuurlijk meteen een mooie gelegenheid om nog even iemand te bellen om te vertellen wat hij of zij miste …


Het deed me deugd om te zien, dat het niet alleen volwassenen waren die zich op de gladde ijzers waren. Er waren ook verrassend veel kinderen op het ijs. De kleinsten werden waar nodig overeind geholpen en gehouden door een van hun ouders. Wat grotere kinderen waren intussen op zichzelf aangewezen. Wie viel werd geacht al snel weer op te krabbelen om daarna gewoon verder te gaan, zoals ik dat zelf in het begin ook talloze malen had gedaan …

Luidruchtig overvliegende ganzen haalden me na verloop van tijd uit mijn dromerij uit de tijd toen ik zelf nog graag schaatste. Tijd om terug te gaan naar de warmte van de huiskamer …

Bomijs in het bos

Van de harde rechte lijnen en scherpe hoeken van het zwarte ijs gaan over naar een deel van de plas waar bellen en bubbels te zien zijn. Aan de wit uitgeslagen delen kun je zien dat dit uiterst onbetrouwbaar ijs is. Dit is het zogenaamde ‘bomijs’


De witte delen drijven niet op het water zoals het mooie zwarte ijs elders op de plas wel doet. Dit ijs wordt gedragen door de walkant en de luchtbellen die eronder zitten. Het water dat er oorspronkelijk onder zat, is waarschijnlijk de bosbodem in gezogen. Daardoor heeft dit ijs in feite helemaal geen draagkracht. Zodra je erop stapt, hoor je ‘krak’ en heb je een wak …

Bubbels en bellen

Gisteren liet ik hier zien hoe het ijs er vanaf deze kant van de plas in tegenlicht uitzag, zwart en overdekt met strakke lijnen en patronen op het oppervlak …


Toen ik er even omheen liep, kwam het ijs op een deel van de plas ineens in een heel ander licht te staan …

  • morgen meer hiervan …

Rijp en ijs in ’t bos

Het was prettig om te kunnen constateren dat mooi winterweer mijn energieniveau en de kracht in mijn benen nog altijd een extra boost geven. Dat was vorige week woensdag zeker het geval. Daarom besloot ik van Earnewâld linea recta naar mijn favoriete stuk bos bij Heidehuizen te rijden. Er kon nog best een korte boswandeling bij …


Het bos heeft zijn geheel eigen sfeer op een mooie winterdag. Een schilderachtig laagje sneeuw ontbrak, maar de fijne rijprandjes rond de bladeren op de bosbodem compenseerden veel. Zodra ik het fietspad verliet, knisperden de bevroren bladeren mooier dan ooit onder mijn voeten …

Even later stond ik aan de rand van de plas waar half november een paard zijn spiegelvrees toonde. Die plas stelde mij op dat moment weer voor nieuwe uitdagingen. Nee, niet om er overheen te lopen, dat vertrouw ik op zo’n plekje niet zo snel …


Nee, de uitdaging lag in het fotograferen van de prachtige tekening van het ijs. In voorgaande winters heb ik dergelijke patronen wel in onze vijver gefotografeerd, daar was ik in dit korte wintertje nog niet aan toe gekomen …

Menigeen zal er weinig of niets van begrijpen, maar ook nadat ik eerder die dag al op diverse plekken schaatsers had gezien, ging mijn hart een tikje harder slaan bij het zien van dit mooi getekende ijs …

Op een koude camperplaats

Vanaf de Jan Durkspolder heb ik een kleine omweg gemaakt om nog even een kijkje te nemen bij It Wiid in Earnewâld (Google Maps). Daar heb ik de auto even op één van de koude camperplaatsen gezet om wat foto’s te maken …


Er lag een prachtige ijsvloer van ‘zwart ijs’ zoals we dat hier wel noemen. Zo’n ijsvloer ontstaat in een windstille nacht en kan daarna uitgroeien tot een prachtige laag goed schaatsbaar ijs. Schaatsers had ik daar zeker niet verwacht, en die waren er gelukkig ook niet, daarvoor is It Wiid te diep. Hier kan eigenlijk alleen geschaatst worden in èchte winters, waarin op deze prachtige ijsvlakte de natuurijsklassieker ‘De 100 fan Earnewâld’ georganiseerd kan worden. De laatste keer gebeurde dat op 13 februari 2012. Dit jaar zal dat niet meer lukken, en daar zijn de eenden waarschijnlijk wel blij mee. Maar de winter is nog niet voorbij …

De earste riders yn’e JD-polder

Aangekomen in de Jan Durkspolder was de vogelkijkhut wat beter te zien. Net als de uitkijktoren ‘Romsicht’, die wat verderop staat. Verder viel er ten zuiden van de Westersânning niet veel te zien …


De earste riders (de eerste schaatsers) in de Jan Durkspolder waren zoals gebruikelijk aan de noordkant van de Westersanning te zien. Omdat er nog steeds maar een paar cm ijs lag, waren er nog maar weinig schaatsers die zich op de ijsvlakte waagden …

Het waren er weliswaar nog niet zoveel, maar ze waren er allemaal: de schaatsende fotografe, de man die zijn stijlvolle pootje-over kunsten toonde en de veteraan die heel verstandig met een helm op voorbij schaatste …

En er waren natuurlijk weer momenten van weerzien met oude bekenden op de schaats of zomaar een praatje met een toevallige passant. Er gebeurt wat met mensen zodra er ijs ligt, ze worden ineens een stuk vrolijker en vriendelijker. Er wordt niet alleen gevallen, maar vooral ook gelachen en mensen groeten elkaar zoals dat in de jaren ’60 en ’70 nog gewoon dagelijks gebruik was …

De basis voor dat bijzondere sfeertje is volgens mij deels te vinden in het landschap, dat feeërieke trekjes krijgt wanneer de kou behalve ijs op sloten en plassen ook een laagje rijp over het landschap heeft gelegd …

In ’n wit berijpt weiland

Terwijl aan de zuidoostelijke kant van de Wolwarren (Google Maps) de schaatsers hun eerste rondjes maakten, was er aan de noordwestkant een aantal koeien naar buiten gekomen …


Die zullen ook gedacht hebben dat het weliswaar frisjes was, maar wel zonnig. En dan is een gezonde koe op zijn tijd ook graag even buiten …

Na dit leuke intermezzo besloot ik mijn tocht langs de mooiste schaatsplekjes in de omgeving weer voort te zetten. De volgende halte is bij de grote vogelkijkhut in de Jan Durkspolder, die op de onderstaande foto nog net met zijn puntdak boven het riet uitsteekt …