Libellen rond de vlonder

Het vennetje in het Wallebos stelde me niet teleur. Integendeel, het was er prachtig. Hoewel het nog geen kilometer bij de Lippenhuisterbrug vandaan is, was het nog niet eens zo makkelijk om er te komen. Het is een mooi wandelgebied met een paar pittige heuveltjes. De toplaag van het smalle paadje bestond er uit los zand waar de iLark de grootste moeite mee had. Met Whilly hoef ik er voorlopig niet eens aan te beginnen. Maar eenmaal ter plekke was het een feestje. …

Om te beginnen kreeg ik al meteen een mooie grote keizerlibel voor de lens. Die foto’s liet ik hier gisteren al zien. Daarna lukte het om aan de overkant van het vlonderpad verschillende azuurwaterjuffers in beeld te vangen. Daarmee was het wel tijd om weer terug te scharrelen naar de iLark, want ik wil ook niet al te wankel over zo’n vlonder lopen. Naast mijn e-step stond een mooie, recht afgezaagde boomstronk. Dat was een fijn plekje om even te zitten en wat te drinken en een stukje koek te nemen. En alsof dat nog niet genoeg was, kon ik daar even later een paar foto’s maken van een prachtige venwitsnuitlibel. Een prachtige primeur …

Moge duidelijk zijn, dat mijn dag goed was.

In het Wallebos

Nadat ik genoeg had gezien en gefotografeerd bij het bruggetje over het Alddjip, besloot ik op zoek te gaan naar een plekje, waarvan ik het bestaan kende, maar waar ik nog nooit was geweest. Het betreft een vennetje in het Wallebos, dat is ’t bos aan de westkant van de Zandlaan (OpenStreetMap). Nadat ik eerst even mis reed, kwam ik na een tijd uit bij het vlonderpad over het bedoelde vennetje …

Ik parkeerde de iLark en liep goed om me heen kijkend het vlonderpad op. Mijn aandacht werd meteen getrokken door een boomstam midden in het vennetje. Maar toen ik mijn ogen over de bladeren rond die stam liet glijden, werd ik blij verrast met een grote keizerlibel, die eitjes aan het afzetten was …

morgen meer

Oude golfmachines

Voor diverse onderzoeken voor de aanleg van havens en kustverdedigingswerken op diverse plekken op de wereld, werden golfmachines gebruikt. Met die golfmachines konden allerlei golven worden gesimuleerd. Via een lange vlonder kunnen we de restanten van een aantal van die oude machines nog op hun plek zien staan …

Op deze locatie werd onder andere onderzocht hoe de overlast van enorme wierballen in de oliehaven van Libië kon worden verminderd. Er dreven wierpakketten zo groot als zeecontainers. Na uitgebreid onderzoek werd duidelijk dat het aantal wierballen verminderde naar mate er minder golven in de haven konden komen …

Mossen en korstmossen

Het was zwaar bewolkt toen ik maandagochtend na de koffie in de auto stapte om even een ritje te maken. Even weer de horizon zien en wat frisse lucht opsnuiven. Ik besloot eerst even naar de vogelkijkhut ‘de Blaustirns’ bij de Leijen te rijden …

Het was stil rond de hut, heel stil. In de verte zaten een paar aalscholvers in de top van de laatste boom van het eilandje de Kninepôle, daarmee was het gezegd voor wat betref de vogels ter plekke.

Om toch wat foto’s te maken, heb ik de camera eens gericht op de rijkelijk met mossen en korstmossen begroeide zijkanten van het vlonderpad …

Nadat ik deze mosculturen in beeld had gebracht, besloot ik terug te lopen naar de auto. Ruim voorbij het vlonderpad, hoorde ik vanuit het bijna manshoge riet een groepje vogels zingen. Toen Merlin Bird ID me even later wist te vertellen, dat het baardmannetjes waren, was ik meteen attent. Hoe goed ik ook keek, ik kreeg ze niet te zien. Zodra ik in beweging kwam, begonnen zij te vliegen en te zingen …, bleef ik stilstaan, dan doken zij stil het riet in …

Dat spel hielden zij langer vol dan ik …

Naar het Witte Meer

Behalve bij Heidehuizen ga ik in het najaar ook graag even het bos in bij de parkeerplaats aan de Poostweg bij Olterterp. Toen ik er vorige week dinsdag was, kleurden de beuken aan de Scherpschutterslaan nog vooral groen. De kruinen waren al goeddeels kaal, een teken van achteruitgang van de bomen …

Terwijl ik even later over een zijpad naar het Witte Meer liep, glinsterden de natte takjes en twijgen vrolijk tussen gekleurde herfstbladeren in het zonlicht …

Een etage lager lagen duizenden druppels in het tegenlicht op het mos te fonkelen als kleine diamantjes …

Al snel naderde ik de materiaalcontainer van de ijsclub op de oever van het Witte Meer. Deze prachtig gelegen plas in het bos fungeert namelijk in echte winters als de ijsbaan van Beetsterzwaag. Ik heb daar twee jaar geleden al eens wat over geschreven: ijsbaan de Wite Mar

Ik heb een tijdlang lekker op het bankje op de eerste foto hieronder gezeten. Afgezien van een paar passanten die over het vlonderpad wandelden was ik er helemaal alleen …

Van vliegenzwam tot alziend oog

In betere dagen liep ik regelmatig over het houten bruggetje in de verte rond dit petgat. Dat was nu duidelijk te hoog gegrepen, daarom had ik het ditmaal anders gepland. Eerst een stukje over het pad aan de oostkant, daarna even zitten bij de picknicktafel, en tot slot een stukje over het westelijke pad langs het petgat en dan weer terug naar af …

Zo gezegd, zo gedaan. Al snel zag ik langs het tweede pad een vliegenzwam staan, ongeveer op de plek waar ik hem verwachtte. Een verre voorouder van dit mooie exemplaar heb ik in het verleden al meermaals voor de lens gehad. Deze vliegenzwam maakte zijn naam waar met de strontvlieg die op zijn hoed zat. Eindelijk een echte vliegenzwam …

Daar waar het gewone pad overging in het vlonderpad, hield het voor mij die dag op. Het was me net wat te smal om daar met mijn nog wat wankel loopje met stok overheen te gaan. Rechtsomkeert was beter in dit geval …

Onderweg kwam ik nog langs een boom, die een mooie groene sok van mos droeg. Een paar varens die omhoog reikten naar de mooie schors maakten het beeld af …

Terwijl ik terugliep naar de parkeerplaats, bekroop me ineens het gevoel dat ik werd bekeken. Toen ik me omdraaide zag ik de oorzaak, langs het pad stond een boom met een soort van alziend oog. Hij zag dat het goed was. En het was inderdaad goed om weer even in de Deelen te zijn …

Libellen bij het Witte Meer

Behalve veel waterjuffers waren er ook genoeg libellen te zien op en langs het vlonderpad aan de oever van het Witte Meer …

Het eerste wat ik aantrof was het lege jasje van een uitgeslopen libel. Daar niet ver vandaan hing een smaragdlibel en iets verderop zat een gevlekte witsnuitlibel op het houtwerk. De laatste twee zijn viervleklibellen, zij waren die dag in de meerderheid bij het Witte Meer …