Nadat we uitgebreid met zijn drieën hadden bijgepraat met koffie en koek, stapte Aafje tegen het eind van de ochtend op de fiets om boodschappen te gaan doen. Fotomaatje Jetske en ik stapten in de auto om een ritje door de omgeving te maken. Jetske stelde voor om eerst maar even bij de Leijen te kijken, misschien zouden de baardmannetjes zich daar nu wel willen laten zien …

Ongeacht of we liepen of stil bleven staan, er was geen vogel te horen of te zien, terwijl we langs het rietland in de richting van de vogelkijkhut liepen. Diep in de kraag weggedoken kwamen we bij de vogelkijkhut aan. Behalve grijs was het ook echt waterkoud. Warmer dan 4°C was het zeker niet …

De enige vogels die we vanuit de hut te zien kregen, waren enkele aalscholvers die in de laatste boom zaten die nog rest van het eilandje midden in de Leijen …


We hadden het al snel bekeken in de hut. Terug bij de auto besloten we eerst onze broodjes maar eens op te eten. Meestal leven we tijdens onze tochtjes op water en (goed belegde) broodjes. Gisteren verraste Jetske me met een beker vers geperst sinaasappelsap. Daarna besloten we nog maar even naar de Jan Durkspolder te rijden. Jetske kreeg bij Earnewâld nog een zeearend in beeld …

Ik stelde me een 3 km verderop tevreden met een kievit, die in een weiland langs de Alle om Slachte stond. Het zal een noorderling zijn, die hier hoopt te kunnen overwinteren. Als je goed kijkt, kun je bij gebrek aan zon nog net iets van de glans van zijn verendek zien …

– wordt vervolgd
















































