Ganzen, reeën en boerennatuur

In maart van dit jaar kreeg ik een vraag van de Stichting KNNV Uitgeverij of ik een foto beschikbaar wilde stellen voor het uit nieuw te geven boek ‘Canon van de Nederlandse boerennatuur’.

Voor een van de hoofdstukken was de uitgever op zoek naar foto’s van een weiland met ganzen waarin vlaggen of andere afweermiddelen staan. De strekking van het verhaal in het boek is, dat dit niet of weinig helpt. En dat klopt ook met mijn eigen waarneming. Ik had daar in november 2013 een blogje over geschreven: ‘Langs vlaggen en vaandels’. Natuurlijk wilde ik daar wel een foto voor beschikbaar stellen …

Wat is natuur en wat is cultuur? Is een koe in de wei, of een tulpenveld ook natuur? Hoe verhouden landbouw en natuur tot elkaar? En is ‘boerennatuur’ niet met zichzelf in tegenspraak? Waar de één een ongerept natuurgebied ziet, daar ziet een ander een cultuurlandschap. Wat kunnen boeren, overheden en wij zelf doen om de natuur te helpen?

Onlangs kreeg ik als dank voor mijn bijdrage een exemplaar van het boek toegestuurd …

In de Canon van de Nederlandse boerennatuur maakt Dick de Vos (ook auteur van de Canon van de Nederlandse natuur) duidelijk dat in ons land de natuur vrijwel nergens volledig autonoom is en dat ook het boerenland altijd een relatie heeft met de natuur. Deze canon toont vooral aan dat er ondanks alle problemen nog altijd veel te genieten valt op het platteland.

En dan nog even dit …

In het boerenland dat ik hier regelmatig doorkruis, hebben ook reeën hun plek. In het boek mis ik het ree helaas. Dat gemis werd echter ruimschoots gecompenseerd, toen ik in september een leuk verzoek kreeg. Iemand wilde graag een foto van twee reeën in een weiland gebruiken als fotobehang. In ruil daarvoor stelde hij voor om een donatie te doen aan het Nationaal MS Fonds. Dat leek mij een mooie ruil. En hieronder zie je het resultaat. Ik vind het mooi …

Mother en child reunion

Terwijl ik woensdagochtend in de grote vogelkijkhut in de Jan Durkspolder zat, zag ik rond het middaguur een reegeit tussen het riet verschijnen. Terwijl ze aan de waterkant rond scharrelde, kwam even later ook haar kalf uit het riet tevoorschijn …

Een filmpje voor de zondag …

Earnewâld komt in zicht

We voeren over de Geau in oostelijke richting terug maar het hart van de Alde Feanen. Een tijdlang hing er een grote, goeddeels witte buizerd cirkelend boven het polderland …

Een stuk verderop vlogen er aan de zuidkant van het water een paar wulpen op uit een weiland. Het waren tot nu toe de eerste en laatste wulpen die ik dit jaar zag. De laatste dieren die we die dag vanaf de boot zagen, waren een drietal reeën en een handvol ganzen in de verte …

Terwijl we korte tijd later over de Grutte Krite voeren, zag ik plotseling een vogelkijkhut, waarvan ik het bestaan alleen kende van foto’s en informatie van It Fryske Gea. Deze vogelkijkhut (OpenStreetMap) die de naam ‘Ielgoes’ (Aalscholver) draagt, staat op poten midden in het water en is dus alleen per boot bereikbaar …

We verleggen de koers nog eenmaal naar noordelijke richting om daarna via de Ule Krite terug te keren naar het punt van vertrek …

Al snel zien we de kerktoren van Earnewâld boven de omringende bebouwing uit steken …

– wordt vervolgd

Ze waren er weer … de reeën

Een ritje naar de Jan Durkspolder levert met dit weer vrijwel altijd wel een paar plaatjes op om te delen …

Zo was begin deze week een groepje reeën weer aanwezig op het vaste plekje om in alle rust te grazen. Ze stonden weer ver weg en waren met het blote oog nauwelijks te zien. Maar met verrekijker of zoomlens is het elke keer weer mooi om die ranke dieren een tijdje te volgen …

Even de auto in de berm, motor uit, raampje open en in stilte genieten …

Drie reeën in de polder

We vervolgden onze weg naar de Jan Durkspolder. Op het laatste stuk let ik altijd even extra op, omdat ik hier regelmatig een sprong reeën in het land zie staan …

Ook vrijdag zag ik de eerste schim van een ree al staan, ruim voordat hij binnen het bereik van onze camera’s was. Ik vertelde Jetske dat ze nog wel even wat verder konden rijden, zodat we ze voorbij een bosschage beter in beeld konden krijgen …

Eenmaal daar bleken er meerdere kleine groepjes reeën te lopen. Wij richtten onze camera’s op het groepje van drie dat zich het dichtst bij ons bevond. Eén van de reeën bleef ons voortdurend in de gaten houden. Omdat we rustig bij de auto bleven staan, gaven de reeën ons alle gelegenheid om een mooie fotoserie te maken …

– wordt vervolgd

Reeën hebben hun voorkeur

Onderweg naar de Jan Durkspolder trof ik gisteren een sprong reeën waar ik ze nog niet eerder had gezien. Zodra ik de auto in de berm had laten uitrollen, draaiden een reebok en een hinde de blik in mijn richting …

Iets verderop liep een derde ree door een droge sloot of een greppel. Al snel volgden ook de andere twee. Eigenlijk liepen ze net wat te ver weg voor mooie foto’s, maar elke ontmoeting is er één en ik geniet steeds weer van zo’n groepje reeën …

Enkele kilometers verderop zag ik een tweede sprong reeën in een stuk land lopen. Dit is een bekende groep op een bekend plekje. Vergelijk het gras op de eerste drie foto’s eens met dat op de volgende foto’s …

Ik heb de reeën van de eerste drie foto’s niet zien grazen. En dat is ook niet zo gek, want daar was niets voor ze te vreten. Ze doorkruisten dat weiland linea recta op zoek naar wat lekkers, want in die eindeloze weilanden met raaigras is niets voor ze te vinden. Er groeit geen bloemetje of wat dan ook. Nee, dan hebben de reeën het in het kruidenrijke gras in de Jan Durkspolder een stuk beter …