Reeën aan de Westersânning

Het aanhoudend grijze weer lokt me nog steeds niet voor mijn plezier naar buiten. Gisteren moest ik er twee keer op uit omdat ik afspraken buitenshuis had. Van die gelegenheid heb ik toch maar gebruik gemaakt om een ritje naar de Jan Durkspolder te maken. Op en rond het water viel niks te beleven, maar mijn ritje werd toch beloond …


Ik was net aan de terugweg over de Westersânning begonnen, toen ik in een aantal bruine vlekken in de verte een groepje reeën meende te herkennen. Om vrij zicht over het weiland te hebben reed ik een klein stukje achteruit, daar zette ik de auto met de rechterwielen in de berm …


Ze stonden ver weg, maar door afstand heb ik me nog nooit laten weerhouden om iets te fotograferen. Wazige of anderszins slechte foto’s kun je altijd nog weggooien, zeg ik altijd maar. Het werden ondanks het grijze weer nog alleszins acceptabele foto’s waar ik me niet voor hoef te schamen…

Normaal gesproken vind ik het op zo’n moment vaak wel aardig om dan wat langer te blijven zitten kijken. Daar had ik gisteren met het waterkoude weer geen zin in. Het was mooi om deze sprong reeën weer eens aan te treffen, want ik had ze al een paar maanden niet meer gezien, maar daarmee was het eerst ook wel weer klaar …

Een mistig begin

Mijn eerste fotokuier heb ik dit jaar net als in 2022 op 3 januari gemaakt in de Jan Durkspolder. Het grootste verschil was, dat het toen helder en zonnig was, terwijl er nu mist boven de polder hing …

Het leek me niet zinvol om in de vogelkijkhut te gaan zitten, daar zou waarschijnlijk weinig te zien zijn. Daarom maakte ik even een wandeling over de Westersânning (Google Maps)

Het was ook in dit mistige sfeertje weer een prima plekje om het jaar te beginnen. En ik was niet de enige die er zo over dacht …

Terugblik januari 2022

Met voorlopig alleen groezelig grijs weer in het vooruitzicht zie ik van fotokuiers voorlopig weinig komen. Mijn beweging pak ik wel in de tuin en op de hometrainer. Na een software-update kan ik daarmee m.b.v. de iPad over de hele wereld diverse fietstochten simuleren. Dat visuele aspect maakt de hometrainer ineens weer een stuk aantrekkelijker.

Het weblog zal voorlopig in het teken staan van een terugblik op 2022, te beginnen met de maand januari. Die maand begon verrassend goed en mooi. Tijdens mijn eerste ritje in het nieuwe jaar kwam ik meteen langs een sprong foeragerende reeën …


Verder was het niet echt een spannende maand. Van winterweer was met slechts 3 keer lichte nachtvorst geen sprake. Het enige ijs was in het vogelbadje in de tuin te zien. Daar en in de vijver ontplooiden de merels al verrassend veel activiteit. Mem (moeder voor niet-Friestaligen) ontplooide veel minder activiteit. Na een val in huis kwam ze in oktober 2021 in het ziekenhuis terecht. Terug naar huis bleek al snel geen optie te zijn, maar met het nodige geluk kwam er begin 2022 een plekje vrij in een verzorgingstehuis in Drachten. Daar heeft ze intussen helemaal haar draai gevonden. In fotografisch opzicht werd de maand afgesloten met een aantal nonnetjes en een prachtige bijzon …

Met uitzondering van 33 mm regen op 2 januari kende de maand in weerkundig opzicht geen uitschieters. In totaal viel er in januari 2022 87 mm regen in onze tuin. Dat is ca. 30 mm meer dan het langjarig gemiddelde, dat verschil zat dus in die ene dag. Met maar 3 echt zonnige dagen was het een saaie en grijze maand. De gemiddelde temperatuur kwam uiteindelijk uit op 5,1°C, ruim 3 graden warmer dan het lokale langjarig gemiddelde in januari over de periode 1971-2000 …

Een winter van niks

Gewoontegetrouw presenteer ik aan het eind van de winter de weercijfers, zoals ik die in de periode december-februari in ons tuintje heb opgetekend. Over de winter als geheel kan ik eigenlijk vrij kort zijn: ondanks Piet’s Wintervoorspelling 2021-2022 werd het echt een winter van niks …

Eerst maar eens kijken naar de temperaturen. In de grafiek linksonder is te zien wat voor armzalige boel het was ditmaal. In de afgelopen winter was december met een gemiddelde temperatuur van 4,3°C de minst warme wintermaand. Januari en februari waren met resp. 5,6°C en 6,0°C nog een stuk warmer. De grafiek rechtsonder laat zien waar de afgelopen winter staat in het rijtje winters vanaf 2003. Daar neemt 2021-2022 de vijfde plaats in …

De laagste temperatuur was -6,8°C op Tweede Kerstdag. De Kerstdagen waren ook de enige dagen waarop het hier resp. -5,4 en -6,8°C matig gevroren heeft. Verder heeft hier de hele winter maar 16 keer licht gevroren. Het is dan ook geen wonder dat ik de mooiste winterfoto’s heb gemaakt tijdens een mooi ritje door het wit berijpte landschap in aanloop naar de Kerstdagen …

Wat we aan vorst en kou tekort zijn gekomen, kregen we teveel aan regen. In december viel met 79 mm nog ongeveer de normale hoeveelheid regen. Januari was met 87 mm (tegen normaal ca. 67 mm over de periode 1971-2000) al flink aan de natte kant, maar februari was met 145 mm ronduit druipnat. Niet zo gek dus dat deze winter met stip op nr. 1 terecht gekomen is in mijn lijstje met neerslagcijfers in de wintermaanden …

De sneeuwklokjes en de vroege krokussen hadden het moeilijk in die natte periode. Vooral tijdens de passage van achtereenvolgens de stormen Dudley, Eunice en Franklin kregen ze het zwaar te verduren …

Daarmee zet ik een dikke streep onder de winter van 2021-2022. Vanaf morgen richt ik me op het voorjaar, te beginnen met een fotoserie van een paar pasgeboren lammetjes … 🙂


Het enige ijs van 2022

28 februari, de laatste dag van de meteorologische winter. Een mooie dag om de foto’s te publiceren van het enige ijs dat ik dit jaar in het buitengebied heb gemaakt …

In de nacht van 11 op 12 januari had het een graadje gevroren. Meer ook niet, maar het was genoeg om in de luwte van de vogelkijkhut in de Jan Durkspolder een heel dun vliesje ijs op het water te leggen …

Op de bovenstaande foto’s lijkt het bijna alsof het zachtjes motregent, maar door wat in te zoomen wordt duidelijk dat het toch echt ijs was …

Heel zacht deinde het flinterdunne laagje ijs op het water op en neer. Dat had ik mooi kunnen laten zien door er een filmpje van te maken, maar dat bedacht ik me pas toen ik alweer thuis was …

Een merel en vier wandelaars

Voordat ik de hut verliet, keek ik nog even door één van de vensters in oostelijke richting naar buiten. Slechts heel vaag was de glinstering van de windmotor aan de Geau door de mist te zien…

Terwijl ik over het met wilgen omgeven paadje richting auto liep, streek er vlakbij me een merel neer. Even leek er van mist geen sprake te zijn, zonovergoten bleef de merel geduldig voor me poseren …

Terug bij de weg besloot ik nog even een stukje in de richting van de windmotor te lopen. Daar vandaan heb ik een foto gemaakt van de vogelkijkhut in de mist …

Ik was niet de enige die volop genoot van de rust in het mistige en heerlijk rustige buitengebied van de Jan Durkspolder. Uit de mist doemden vriendelijk groetende wandelaars op …

Smienten in de mist

Vijf dagen nadat mijn fotomaatje en ik een fotoserie hadden gemaakt van de honderden smienten in de Jan Durkspolder, ben ik er opnieuw naar toe gereden …

Het was die ochtend mistig en koud. De nacht ervoor was de temperatuur met -0,8°C voor het laatst in januari lichtjes onder het vriespunt gedoken. Het was oorverdovend stil op en rond de plas …

Ik bleek weer een goeie keuze te hebben gemaakt met het ritje deze kant op. Terwijl het in Drachten tot halverwege de middag mistig bleef, begon de zon hier steeds nadrukkelijker door de mist heen te prikken …

Net als bij de vorige gelegenheid dobberden de smienten in groten getale op redelijke afstand van de vogelkijkhut. Het was allemaal wat minder goed te zien, maar wat was het er mooi en stil …

Maar hoe fijn het er ook was, terwijl ik nog wat foto’s maakte van het laatste ijs van het seizoen in de luwte van de kijkhut, begon ik het na enige tijd toch koud te krijgen …

Die foto’s van dat ijs houdt u nog even tegoed. Het werd tijd om de benen wat op te warmen in de auto en dan op zoek te gaan naar meer mistprentjes …