Stille spiegelende wateren

Dankzij het windstille weer en maar een klein aantal bezoekers in het gebied was het wonderbaarlijk stil in de Deelen vrijdagochtend …

Het spiegelende oppervlak van het eerste petgat liet geen rimpeling zien. In het tweede petgat werd de perfecte spiegeling alleen licht in beroering gebracht door een paar eenden, die op en rond een drijvende tak rustten …

Retentiepolders onder water

Meestal zijn we op vrijdag samen op pad, maar vanwege het trieste en regenachtige weer van vorige week vrijdag besloten fotomaatje Jetske en ik om het maar een paar dagen uit te stellen. En zo gingen we maandag samen op pad langs een paar ondergelopen retentiepolders bij Smalle Ee en It Eilân. We begonnen helemaal achteraan bij de oude petgaten aan de zuidkant van de Bûtendiken (Google Maps)

Maar daar was het ons niet om te doen, wij kwamen voor de watervlakte die ten noorden van de Bûtendiken was ontstaan, nadat Wetterskip Fryslân vorige week besloot om de retentiepolders onder water te laten lopen. De harde wind zorgde ervoor dat er ondanks de vorst nog nauwelijks ijs op het water lag …

Terwijl Jetske zich bezig leek te houden met de ijsrandjes langs de walkant, richtte ik mijn camera op de ijsklompjes, die door wind, water en vorst vlak boven de waterlijn werden gecreëerd. Ik liet daar gisteren ook al een foto van zien …

Af en toe even een tussenstop makend voor wat foto’s, reden we stukje bij beetje terug in oostelijke richting. Bijna weer bij Smalle Ee maakten we de laatste tussenstop ter hoogte van de bomen die sinds het weekend ineens diep in het water stonden. Een aantal knobbelzwanen zette koers naar de bomen. Eén van de zwanen was zo slim om zijn vleugels als zeilen te gebruiken …

Een moment later brak de lucht voor het eerst die dag even mooi open. Een randje rietje lichtte meteen prachtig op. Dat smaakte naar meer! Maar eerst moesten we even langs ons huis, want met de te dunne handschoenen die ik droeg, zouden mijn vingertopjes een fotokuier op It Eilân niet overleven …

Ik sluit af met drone-opnamen die oud-studiegenoot Fred Kok vorige week vrijdag heeft gemaakt van de ondergelopen retentiepolders bij Smalle Ee …

Van vliegenzwam tot alziend oog

In betere dagen liep ik regelmatig over het houten bruggetje in de verte rond dit petgat. Dat was nu duidelijk te hoog gegrepen, daarom had ik het ditmaal anders gepland. Eerst een stukje over het pad aan de oostkant, daarna even zitten bij de picknicktafel, en tot slot een stukje over het westelijke pad langs het petgat en dan weer terug naar af …

Zo gezegd, zo gedaan. Al snel zag ik langs het tweede pad een vliegenzwam staan, ongeveer op de plek waar ik hem verwachtte. Een verre voorouder van dit mooie exemplaar heb ik in het verleden al meermaals voor de lens gehad. Deze vliegenzwam maakte zijn naam waar met de strontvlieg die op zijn hoed zat. Eindelijk een echte vliegenzwam …

Daar waar het gewone pad overging in het vlonderpad, hield het voor mij die dag op. Het was me net wat te smal om daar met mijn nog wat wankel loopje met stok overheen te gaan. Rechtsomkeert was beter in dit geval …

Onderweg kwam ik nog langs een boom, die een mooie groene sok van mos droeg. Een paar varens die omhoog reikten naar de mooie schors maakten het beeld af …

Terwijl ik terugliep naar de parkeerplaats, bekroop me ineens het gevoel dat ik werd bekeken. Toen ik me omdraaide zag ik de oorzaak, langs het pad stond een boom met een soort van alziend oog. Hij zag dat het goed was. En het was inderdaad goed om weer even in de Deelen te zijn …

Langs de Bonnebuskepetten

We blijven nog even aan de waterkant. Bij de Bonnebuskepetten tussen Smalle Ee en de Veenhoop ben ik de afgelopen jaren nooit verder gekomen dan het maken van wat foto’s vanaf de noordkant aan de Bûtendiken. Vorige week ben ik over het 700 meter lange schelpenpaadje in de lengterichting langs het meest oostelijke petgat gereden (Google Maps). Door de dichte oeverbegroeiing heb je er maar op een paar plekken zicht op het petgat …

Bij een van de weinige open plekken halverwege het schelpenpaadje heb ik even een tussenstop gemaakt. Dat werd kennelijk nogal als storend ervaren door de familie grauwe gans. Pa en ma gans stuurden de laatste twee jongen die nog over waren snel onder de oeverbegroeiing aan de andere kant. Pa wachtte vervolgens zoals het hoort in de achterhoede tot het hele spul veilig was. Ik bleef in alle rust achter met de waterlelies en de gele plompen …

Strafkamp ‘It Petgat’

Met het oog op de Nationale Dodenherdenking op 4 mei hebben mijn fotomaatje Jetske en ik in april een bezoek gebracht aan het monument en de restanten het strafkamp ‘It Petgat’ bij Blesdijke, op de grens van Fryslân en Overijssel. Het kamp, dat door de Nederlandse regering van origine was aangelegd in het kader van de werkverschaffing, lag in een moerassig gebied vlak bij het riviertje De Linde. Vanaf de weg loopt een lang zandpad naar het kamp …


Aan de Nijksweg (Google Maps) staat nu een monument, bestaande uit twee palen, die lijken op te rijzen uit een Davidster van straatstenen. Tussen de palen hangt een glazen plaat waar prikkeldraad en een gedicht van Jacqueline van der Waals en de geschiedenis van het kamp in gegraveerd zijn:

‘GEEF MIJ DE MOED OM ONRECHT TE ONDERKENNEN
OOK WAAR ‘T DOOR EEUWEN VAN GEBRUIK GEWETTIGD WORDT,
DE VASTE WIL AAN ONRECHT NOOIT TE WENNEN,
OOK WAAR DE MACHT, HET WEG TE NEMEN, SCHORT.’

‘VANAF BEGIN 1942 -TIJDENS DE TWEEDE WERELDOORLOG-
WERDEN JOODSE LANDGENOTEN IN WERKKAMPEN ONDERGEBRACHT
OM DWANGARBEID TE VERRICHTEN. OP 2 OKTOBER VAN DATZELFDE JAAR
WERDEN ZIJ ALLEN NAAR KAMP WESTERBORK EN VAN DAAR NAAR DUITSE
VERNIETIGINGSKAMPEN GEDEPORTEERD. SLECHTS WEINIGEN KEERDEN TERUG.’

Aan de voet van de palen staan een paar klompen, geflankeerd door een paar beschilderde kiezelstenen …

Aan het begin van het 400 meter lange pad naar het kamp staat een bord met daarop een foto van de onthulling van het monument door Sjaak Stibbe in 2003. Stibbe was één van de weinige inwoners van het kamp die niet in de gaskamers zijn geëindigd …

Het was een flinke kuier, maar we bereikten het kamp (Google Maps) toch nog vrij gemakkelijk. Van het kamp is overigens niet veel meer over dan de resten van de fundamenten, waarop de barakken en andere bouwwerken rustten. Het is een wonder dat deze restanten de ruilverkaveling overleefd hebben, maar geen enkele boer zag er brood in om de fundamenten uit de bodem te halen om het daarna bij zijn land te trekken. We hebben er een tijdlang stilletjes rond gestapt …

De bezetter maakte gebruik van een infrastructuur die er al lag. In de jaren dertig had de Nederlandse regering kampen laten bouwen in het kader van de werkverschaffing. Om ophef te voorkomen, deed de bezetter er alles aan om het samendrijven van joodse mannen op iets soortgelijks te laten lijken. De mannen moesten heide omspitten of wegen aanleggen onder leiding van dezelfde organisatie als voor de oorlog: de Rijksdienst voor de Werkverruiming. Het toezicht op het werk was in handen van de Nederlandsche Heidemaatschappij en ook in het kamp zelf hadden Nederlanders het voor het zeggen. Er werd voor het kamp extra bewaking ingesteld. Een groep Nederlandse mariniers en marechaussees nam die taak op zich. De leiding van het kamp kwam op 10 juni 1942 in handen van sergeant marinier Christiaan Overweg …

Er verbleven 150-200 gestrafte joodse dwangarbeiders tussen 18 en 65 jaar in het kamp. Sjaak Stibbe behoorde tot de eerste gestraften. Wegens het nemen van ongeoorloofd verlof werd hij na terugkeer door de commandant van Kamp Kremboong in Drenthe naar It Petgat gestuurd. “De ontvangst in Blesdijke was strenger dan in Kremboong. Commandant Overweg begon meteen dreigen. Als we nou weer de benen namen, kwamen we in Ommen of Amersfoort terecht en dan was het met ons gebeurd,” vertelde Stibbe later. “En er was meer intimidatie. Op de zondag daarna gaven de wachten een demonstratie met de honden. De demonstratie vond plaats op een veldje in het kamp. De mannen hadden leren handschoenen aan en dan die honden maar bijten. Het boezemde ontzag in. Dat was ook de bedoeling …”

Het Blesdijker werkkamp heeft maar vier maanden bestaan. In de nacht van 2 op 3 oktober 1942 (tijdens Jom Kipoer) moesten de mannen van alle vijftig kampen – veelal gelegen op afgelegen plekken in het noorden en oosten van ons land – halsoverkop weg. Op hetzelfde moment werden hun vrouwen en kinderen uit huis gehaald. Zo belandden in één nacht ruim tienduizend joden in Westerbork. Volgens Duitse voorlichting was het doel hiervan om de gezinnen weer te herenigen. Vervolgens werden zij omgebracht in de gaskamers van Auschwitz en Sobibor …


Ik sluit het beeldverslag van ons bezoek aan Strafkamp ‘It Petgat’ af met een foto die op één van de infopanelen in het voormalig kamp staat. We zien 14 jonge mannen, lachend staan en zitten ze voor een kampbarak, alsof ze op een reisje of op vakantie zijn. Ze lijken geen idee te hebben wat hen boven het hoofd hangt …


Vogelkijkhut in de Olde Maten

Vanaf dat bijzondere eco-aquaduct reden we het natuurgebied de Olde Maten in. Daarmee reden we ook de bible belt in. Dat was ook al snel te zien, toen we twee wandelaars inhaalden, waarvan er één in klederdracht liep …

Niet veel later bereikten we de vogelkijkhut Zwartewatersklooster. Ik had nog nooit van de naam gehoord, maar ik zou er een uurtje later al het één en ander over aan de weet komen …

De vogelkijkhut is een mooie, ruim opgezette hut met twee verdiepingen. Kijkgaten op beide verdiepingen bieden in oostelijke richting zicht op een langgerekt petgat …

Terwijl we op de bovenste etage stonden, liet Jetske haar technisch blik langs de houtverbindingen in het dak glijden. Tien minuten nadat we de beide wandelaars hadden ingehaald, zagen we ze voorbij de open achterkant van de hut lopen …

De zijwanden van de hut zijn op de begane grond heel toepasselijk afgewerkt met turfjes, waarvan er – kijkend naar het omliggende petgatenlandschap – hier ooit ook veel gestoken zijn …

Bij de Bonnebuskepetten

Nadat ik de foto’s van de reigers en de kolganzen had gemaakt, heb ik een korte fotokuier gemaakt over de Bûtendiken (Google Maps) langs de Bonnebuskepetten


Je zou kunnen denken dat het een riviertje is, dat zich door het landschap slingert. Niets is echter minder waar, wat je ziet is een stukje van de gedeeltelijk dicht gegroeide Bonnebuskepetten. Dat zijn de petgaten van Bonne Bus, die hier begin vorige eeuw in de grond wroette als turfarbeider en kleine veenbaas …

Op deze plek deed zich overigens vorige woensdagnacht een bijzonder schouwspel voor. Kort na middernacht waren er in de lucht meerdere lichtzuilen te zien. Dit komt eigenlijk nooit voor in Nederland. Dergelijke lichtzuilen komen voornamelijk voor in landen als Noorwegen, Zweden, Finland en Canada. Het is geen wonder dat het daar vaker voorkomt dan in landen zoals Nederland. Het moet namelijk erg koud zijn voordat deze ijskristallen ontstaan. Echt heel koud was het woensdagnacht echter niet, de thermometer gaf zo’n 3°C aan. Waarschijnlijk was het in een hogere luchtlaag wel erg koud, waardoor de ijskristallen konden ontstaan. Ik had het graag met eigen ogen willen zien, nu zullen het moeten doen met deze foto’s van Wâldnet