Bij de kerk van Blankenham

Nadat we die mooie serie van de weidebeekjuffers hadden gemaakt, stelde Jetske voor om via een toeristische route huiswaarts te rijden. Die route voerde voor een groot deel over de oude zeedijk, die het oude land beschermde tegen de Zuiderzee. Dat lukte niet altijd en overal. Als je over die oude dijk rijdt, zie je aan de noordoostelijk kant van de dijk meerdere kolken liggen, die zijn ontstaan door dijkdoorbraken …

Door het rond kolkende water zijn diepe gaten ontstaan. Bij het doorbreken van de dijk was de kracht van het water vaak zo groot, dat de dijk niet meer te dichten was. Om de kolk werd dan een nieuw stuk dijk aangelegd, vandaar ook dat de dijk voortdurend van links naar rechts door het land slingert …

Wat nu nog resteert zijn vaak kleine, diepe poelen. En de zee, die is tegenwoordig ver weg, aan de westkant van de dijk ligt nu de Noordoostpolder. Aan één van de oude kolken staat de uit 1892 daterende kerk van Blankenham (Google Maps). Toen we daar waren, vroeg ik Jetske om even te stoppen …

Een jaar of wat geleden hebben we hier ook een korte tussenstop gemaakt, maar toen zijn we aan de dijk gebleven. Ik had wel zin om de kerk nu eens van dichtbij te bekijken. De kerk is gebouwd nadat de originele kerk uit 1816 werd getroffen door blikseminslag en volledig afbrandde …

Normaal gesproken ben ik niet zo’n kerkganger, maar ik vind het altijd wel mooi om een oude kerk te bekijken. Het is alleen zo jammer dat je vrijwel nooit even ergens een kijkje binnen kunt nemen. Maar het rondje om de kerk, dat zeker de moeite waard was. Het viel alleen toch weer niet mee om daarna de dijk te beklimmen …

  • wordt vervolgd

De Stelling Koehoal

Niet ver bij het beeld van ‘de Waadfisker’ vandaan staat een half in de dijk weggewerkt gebouwtje (Google Maps). Het betreft een oude Duitse bunker, die in 1941-’42 is gebouwd. De bunker maakte onderdeel uit van een kleine luchtverdedigingsstelling.

De stelling telde in de oorlogsjaren in totaal 4 bunkers, 3 stenen gebouwen, een grote houten barak, parkeerterreinen, wachtposten en een geschutsplateau voor 4 stuks artilleriegeschut aan de zeekant van de zeedijk. Het gehele gebied was ruim afgezet met een prikkeldraadversperring en landmijnen …

Wetterskip Fryslân wilde de bunker (nr. 2 op het onderstaande kaartje) afbreken. Na lobbywerk van o.a. de Stichting Bunker Koehoal, heeft het waterschap de bunker in 2009 overgedragen aan de stichting. Voorwaarde was dat men de vervallen bunker zou restaureren en dat er een zinvolle herbestemming aan gegeven zou worden …

De bunker is in 2011 gerenoveerd en is nu ingericht als een klein educatie- en documentatiecentrum over de Tweede Wereldoorlog in de regio. Af en toe wordt de bunker opengesteld voor publiek. Jetske heeft nog even naar binnen gegluurd, maar veel viel er niet te zien. Het hele verhaal over de stelling kun je hier lezen: Bunker Koehoal

Naast de bunker ben ik voor het eerst die dag de dijk opgeklommen. Dat wil zeggen, ik ben de oude dijk op gegaan. Op de foto’s hieronder kun je twee dijken zien. Op de eerste foto zie je rechts de oude dijk waar ik op sta, die dijk loopt recht vooruit het beeld uit. Op beide foto’s zie je aan de linkerkant de nieuwe, hogere en bredere dijk, die in de jaren 70 is aangelegd. Tussen beide dijken in zie je hier dus een stuk land dat al voor de jaren ’70 is aangewonnen …

We vervolgen onze weg rechts langs de oude zeedijk …

Schaapachtige boa heeft ’t nakijken

De volgende stop was bij de buurtschap Koehool (Google Maps), het kleine vissersdorpje waar na de dijkverhoging van de jaren ’70 nog maar een paar van de originele huisjes zijn overgebleven …

Jetske had het verhaal van ‘de Waadfisker’ natuurlijk al gelezen op mijn blog, maar foto’s van het monument had ze er nog niet gemaakt. Dat heeft ze bij deze gelegenheid wel goedgemaakt …

Omdat ik het beeld en het verhaal al kende, ging mijn aandacht op dat moment vooral uit naar de andere kant van de weg. Daar speelde zich wel een aardig tafereeltje af …

Een vriendelijk groetende wandelaar liep samen met zijn niet aangelijnde hond de dijk op. Daarbij negeerde hij twee borden waarop te lezen was dat honden alleen aangelijnd de dijk op mogen. Dat is op zich tot daar aan toe, maar ik vond het vooral lullig dat hij ook de schaapachtige boa bij ’t hek het nakijken gaf …

Nadat Jetske in fotografische zin rond ‘de Waadfisker’ aan haar trekken was gekomen, besloten we een stukje verderop nog even een kijkje te nemen bij het witte gebouwtje, dat in de verte tegen de dijk lijkt te zijn aangeplakt …

Het zwarte schaap

De kudde schapen die ons in het blogje van gisteren in volle vaart tegemoet kwam sjokken bestond uit twee delen. Op de laatste foto van gisteren waren de schapen te zien die over de weg liepen. Een ander deel liep over de zeedijk. Daar boven op de dijk zag ik een zwart schaap lopen. Jetske had aan een enkel woord en mijn wijzende hand genoeg om de auto opnieuw in de berm te zetten …

Het zwarte schaap deed me meteen denken aan ‘Het schaap Veronica’ van Annie M.G. Schmidt. Zij schreef in de loop van ruim zevenenhalf jaar (14 januari 1950 – 10 augustus 1957) 76 gedichten over dit fictieve, sprekende schaap. Hier kun je ‘Het hele schaap Veronica’ lezen …

Zelf had ik in mijn jonge jaren eerlijk gezegd meer met het zwarte schaap Veronica. Daarbij gaat het om het sprekende schaap, maar om de toenmalige piratenzender Veronica, het zwarte schaap onder de radiozenders

Het blijft een bijzonder beeld zo’n zwart schaap tussen al die blondines. Zo statig als de kudde hier op de zeedijk aan ons voorbij trok, was het helemaal een mooi plaatje …

Daar gaat ze, dat ene zwarte schaap, samen met de rest van de kudde trok ze verder westwaarts. Jetske en ik vervolgden onze weg in oostelijk richting …

Een torenvalk op de zeedijk

In een kalm tempo reden we verder langs de zeedijk. Bij het zien van een verleidelijk op een paal zittende torenvalk liet Jetske de auto rustig uitrollen tot we naast de torenvalk tot stilstand kwamen. Tegelijkertijd en had ze het raampje aan haar kant zachtjes naar beneden laten suizen, zodat ik de kans kreeg om de torenvalk netjes te fotograferen. Wonderlijk genoeg wilde de vogel daar zelf ook wel even aan meewerken …

Jetske had pech, haar camera lag onhandig ver weg achter in de auto. Een moeizame poging om het apparaat te bereiken had tot gevolg dat de vogel zich van zijn paal verhief om iets verderop in het gras neer te strijken. Ook daar bleef hij voor Jetske niet lang genoeg zitten …

Zodra de vogel was gevlogen kon Jetske haar camera pakken en op een wat handiger plekje wegleggen. De houten paal met porseleinen potjes die we vervolgens aan mijn kant van de weg aantroffen, was voor Jetske onvoldoende aanleiding om ook meteen gebruik te maken van haar nu voor het grijpen liggende camera, meen ik me te herinneren …

De kwelder bij Westhoek

Nadat we het monument ter herinnering aan de ‘Poerdersramp’ hadden bekeken en even van het weidse uitzicht rondom hadden genoten, daalde we de dijk af naar de kwelder …

Over een smal paadje, dat deels over een strekdammetje tussen de begroeiing door loopt, bereikten we de waterkant …

Links en rechts stonden, lagen en zaten diverse vogelaars, deels verscholen in de begroeiing …

In de verte dobberde een grote groep witte vogels op het water en af en toe vloog er een groepje vogels voorbij, zoals de bergeenden op de foto’s hieronder …

En toen kwam ik tot de ontdekking dat ik wat was vergeten …

Een nieuw ritje langs het Wad

Leuk te horen dat de foto’s en (korte) verhalen uit de Friese Waddenstreek op prijs worden gesteld. Daar had ik stiekem wel op gehoopt natuurlijk, daarom kan ik vandaag ook meteen starten met een tweede serie.

Eind september heb ik opnieuw een ritje langs het Wad gemaakt, ditmaal niet met fotomaatje Jetske maar met mijn vandaag jarige levensmaatje Aafje. Deze keer zijn we nog wat westelijker begonnen dan tijdens het vorige tochtje. In deze hoek van Fryslân was ik al jaren niet meer geweest. De eerste tussenstop vond plaats ter hoogte van Pietersbierum. Daar hebben we de metershoge dijk voor het eerst die dag beklommen (Google Maps)

Zoals je kunt zien, is het nog een hele klim om de top te bereiken. De mens is maar nietig daar. De dijk is niet alleen hoog, hij is met een hellingshoek van bijna 33% ook akelig steil. Die eerste klim was overigens nog goed te doen. Toen ik bij de derde tussenstop voor de vierde keer omhoog moest om weer bij de auto te kunnen komen, was het voor mijn door MS geplaagde benen intussen een gemene kuitenbijter geworden …

Maar goed, dat is voor later, voorlopig hadden we de top bereikt en strekte de Waddenzee zich onder een prachtig blauwe lucht voor ons uit. Dat was veelbelovend voor de rest van de dag …