Een dode sprinkhaan

Eigenlijk stond er een dagje met mijn fotomaatje op het programma, maar kijkend naar de weersverwachting voor vandaag, heb ik voorgesteld om het maar even uit te stellen. De lage temperatuur heeft in combinatie met de wind een te groot effect op mijn benen. De mensen die hier al langer meelezen, weten dat mijn ‘inwendige thermostaat’ beschadigd is door de MS. Daardoor heb ik maar een kleine marge tussen ca. 18°C en 23°C, waarin mijn onderdanen draagkrachtig zijn en ik me goed voel. Totdat de temperaturen weer onder de 5°C dalen, blijft het behelpen. Zodra de temperaturen lager zijn dan 5°C kan het thermisch ondergoed weer uit de kast. Dat geeft me dan weer meer vrijheid …

Afijn, ik ben niet de enige die het lastig heeft. Toen ik woensdag even wat door de tuin drentelde, zag ik iets aan één van de zaaddoosjes van de blauwe iris hangen. Dichterbij gekomen zag ik dat het een sprinkhaan was, die het ook niet makkelijk had …

Het was een dode sprinkhaan, die daar mooi aan een zaaddoosje hing. Nu is het alleen nog de vraag of het stoffelijk overschot wordt weggewerkt door een spin of dat het ten prooi valt aan schimmels. Daarmee vergeleken sta ik er nog goed voor … 😅

Op dood hout

Ik ga nog even door met wat foto’s van paddenstoelen die ik in het bos bij Heidehuizen heb gemaakt. Dit gedrongen typje is volgens Obsidentify een kastanjeboleet. Als je het pootje wegdenkt, is het net een lekker vers bolletje van de warme bakker waar een hapje uit genomen is …

Een stuk verderop in het bos, lagen een paar gevelde bomen. De ene lag er duidelijk al langer dan de andere. Het dode hout is een bron van leven voor paddenstoelen. Vooral tonderzwammen, die al met de sloop van bomen beginnen op het moment dat die nog fier overeind staan, doen het er goed op …

Een bemoste dode boom

Bij het punt waar het blauwgrasland begint, maakte ik rechtsomkeert om terug te lopen naar de parkeerplaats. Waar ik op de heenweg mijn blik vooral op de noordkant van het Weinterper Skar had gericht, keek ik nu meer naar de zuidkant …

Of het een kwestie is van verzuring of vernatting, weet ik niet, maar er staan verschillende dode bomen in het terrein. Van het meest fotogenieke exemplaar heb ik de onderstaande serie gemaakt …

Het was een korte, maar mooie wandeling, maar na deze fotosessie werd het echt tijd om naar de auto te gaan.

’t Was weer grijs weer

Er rust dit jaar tot nu toe geen zegen op de gezamenlijke fotokuiers met mijn fotomaatje. Een enigszins zonnige dag hebben we samen nog niet meegemaakt dit jaar. Ook zaterdag mocht dat weer niet zo zijn. Tot tien uur ’s ochtends was het vrij zonnig, daarna trok de lucht weer dicht en hing er opnieuw een loodgrijs wolkendek boven het landschap …

Ik had gehoopt dat we wat fotogenieke boomwallen konden fotograferen in de Fryske Wâlden. Die boom- of houtwallen vormen samen een mooi coullissenlandschap, dat vooral in het voorjaar de moeite waard is. Voordeel van zo’n ritje was dat ik betrekkelijk weinig zou hoeven te lopen, want mijn benen hebben toch wel een tikje meegekregen van het virus dat me onlangs plaagde. Eenmaal buiten Drachten was echter al snel duidelijk, dat dit weer ons geen foto’s van mooie Friese landschappen zou opleveren …

Omdat we er intussen toch in de buurt waren, stelde ik voor om eerst maar even langs It Heechsân te rijden, zodat Jetske wat foto’s kon maken van de groene toren, die ik hier in februari al heb getoond. Terwijl Jetske het informatiepaneel bij de hoofdingang van het kerkhof bekeek, liep ik even naar het bruggetje dat naar de zijingang voerde. Dat had ik tijdens mijn bezoek aan de groene toren in februari gemist …

Toen we enige tijd later na afloop van een rondje om het kerkhof en de toren allebei onze foto’s hadden gemaakt, trokken we ons terug in de auto om onder het genot van een broodje te overleggen hoe we de dag verder zouden invullen. Al pratend was al snel een alternatieve locatie bedacht. Daar loodste ik Jetske via ommelandse wegen naar toe, zodat ik mijn onderdanen nog even rust zou kunnen geven …

Naar It Heechsân

Nadat ik een uurtje in de vogelkijkhut bij de Leijen had gezeten, zette ik koers naar It Heechsân (het Hoogzand in ’t Nederlands), een ritje van ongeveer 5 km. It Heechsân (Google Maps) is een buurtschap die 1,5 km ten noorden van het dorp Eastermar ligt. Oorspronkelijk lag hier de kern van het dorp Eastermar op een zandrug die ongeveer 3 meter hoger ligt dan de Leijen en het Burgumermeer ..


In de 13e eeuw werd er op It Heechsân een kerk met toren gebouwd. Klokken hingen er in het begin niet in de toren, die kregen plekje in een klokkenstoel. In de 16e eeuw verschoof de kern van Eastermar naar het zuidwesten tussen de Leijen en het Burgumermeer …


Het toegangshek van het kerkhof is voorzien van allerlei symboliek van tijd, dood en leven. Zo staat de schedel met gekruiste beenderen voor de kortstondigheid van het leven. De gekruiste zeisen zijn het teken van de dood, de grote maaier die oogst bij het levenseinde. De in zijn eigen staart bijtende slang staat voor het eeuwige leven. De gevleugelde zandloper verbeeldt de vervliegende tijd en het onvermijdelijk naderende stervensuur …

De bovenstaande informatie komt van het informatiepaneel dat aan de rand van het kerkhof staat. Morgen openen we het hek en maken we eens een rondje om de toren …

– wordt vervolgd

Liever geen bloemen

Na de lange droge zomer van 2022 trof ik eind september op een mooie ochtend een pas gestorven wesp aan op de één van de terrastafels …


Tien jaar eerder had ik al eens een serie macrofoto’s gemaakt van een dronken wesp in close-up, nu kreeg ik de kans om dat met een dode wesp te doen …

De laatste foto kan worden vergroot door erop te klikken, zodat er gelegenheid is om afscheid kunt nemen. Dag wesp …

– liever geen bloemen –

Droogte aan de Rietweg

Na de tussenstop bij de kerk van Blankenham bleven we de oude, slingerende zeedijk nog enige tijd volgen. Bij Baarlo verlieten we de dijk om even later via de buurtschap Nederland de Weerribben weer ik te rijden. Aan de Rietweg (Google Maps) maakten we een laatste tussenstop …

Sprakeloos keken we om ons heen. Het normaal zo natte gebied aan beide kanten van de Rietweg was vrijwel helemaal drooggevallen. Tijdens onze ritjes door de Weerribben hebben Jetske en ik hier de afgelopen jaren diverse keren een tussenstop gemaakt om vogels te fotograferen …

Zo heb ik hier in 2017 een mooie serie gemaakt van een grote zilverreiger en twee lepelaars, die samen in beeld verschenen. Zoiets zat er vorige week niet in. Er was in de verste verte geen vogel te zien, om over watervogels of steltlopers nog maar te zwijgen …

Alleen hier en daar restte nog een laatste plas water, zoals aan de zuidkant van de weg op de plek waar wij stonden. Zonder regen zouden ook de laatste natte plekken snel verdampen …

Gelukkig is hier in Drachten sindsdien bijna 40 mm regen gevallen. Dat zegt in principe niets over de situatie in de Weerribben 50 km en zuidwesten van Drachten, maar daar zal vermoedelijk ook net genoeg regen zijn gevallen om enige verlichting te brengen. Maar het neerslagtekort is er nog lang niet mee weggewerkt.

Ik sluit deze serie, die begon met vertraging vanwege een kortdurende file, af met de foto van een heidelibel, die te midden van de droogte nog even in alle rust bij ons neerstreek in de berm van de Rietweg …