Een paar zweefvliegen

Zweefvliegen zijn er in allerlei soorten en maten. In ons land komen ruim 300 zweefvliegsoorten voor. Het zijn mooie en onschuldige insecten. De snorzweefvlieg is daar een mooi en veel voorkomend voorbeeld van …

Veel zweefvliegen hebben de pech dat ze vaak worden aangezien voor wespen. Sommige mensen beginnen al heftig te molenwieken, wanneer ze op een meter afstand een vermeende wesp spotten. Dat zou best ook wel eens het geval kunnen zijn bij de onderstaande gewone pendelzweefvlieg, die ik half augustus op de klimop fotografeerde. Hij ziet er misschien gevaarlijk uit, maar hij doet geen vlieg kwaad. Een angel om eens flink mee te steken heeft hij niet en bijten doen ze ook niet …

Zweefvliegen danken hun naam aan de manier waarop ze zich door de lucht bewegen. Ze vliegen korte stukjes om dan plotseling te stoppen en ter plaatse in de lucht te blijven zweven. Als je dan een plotselinge beweging maakt, schieten ze ineens weg. In tegenstelling tot wespen hebben zweefvliegen korte en onbeweeglijke antennes. Zweefvliegen leven vooral van nectar en stuifmeel. Ze zijn dan ook vaak op bloemen terug te vinden en zijn niet geïnteresseerd in limonade.

    Voor de laatste foto van vandaag keren we terug naar de vijver. Daar zat een andere snorzweefvlieg op één van de bloeiende waterlelies …

    Voedertijd bij de zwarte sterns

    Nadat we tweemaal een stuw met zelfbediening waren gepasseerd, kwamen we vanaf de Vaartsloot uiteindelijk uit op de Kleine Beulakerwijde (Google Maps). “Heb je zin om even bij de zwarte sterns te kijken?” vroeg Jetske. Of ik zin had om even bij de zwarte sterns te kijken …? De vraag stellen was hem beantwoorden …

    Jetske zette over open water koers in de richting van Sint Jansklooster. Daar gingen we met behulp van de vaarboom en een lijntje voor anker. Ik herkende het plekje aan het kijkplatform bij het bezoekerscentrum van Natuurmonumenten, dat net boven het riet in de verte te zien was (Google Maps). Vanaf dat platform heeft Jetske me in april 2009 kennis laten maken met de zwarte stern. Door de groei van de vegetatie zou er nu vanaf het kijkplatform weinig meer te zien zijn van de zwarte sterns, maar Jetske had me naar een prachtig plekje gebracht van waar we een perfect zicht hadden op de nestvlotjes met jongen …

    De zwarte stern staat op de Rode Lijst van bedreigde diersoorten. Van nature broeden zwarte sterns op drijvende planten zoals krabbenscheer. Vanwege de afname van natuurlijke nestmateriaal worden er hier elk voorjaar nestvlotjes voor de zwarte sterns in het water gelegd. Die broedvlotjes worden bekleed met krabbenscheerplanten en worden beschermd door een net, dat voor de kleine inham in het water is gespannen. Het net en de palen worden regelmatig gebruikt als rustplaats. De kolonie bij Sint Jansklooster is één van de grootste populaties van zwarte sterns in ons land …

    Het was een feest om te zien hoe de al grote jongen werden gevoerd door de ouders. Maar aan alle feestjes komt een eind. Het werd tijd om de terugreis langzamerhand te aanvaarden. Langs de rietkraag van een van eilandjes in het meer varend, passeerden we in rustig tempo een zwanenfamilie met zeven meer of minder grijze jongen …

    Een verrassing bij de Leijen

    Vorige week mocht ik weer een streepje bijschrijven. Een groot feest om dat heuglijke feit te vieren was niet aan de orde. Verdeeld over het weekend hebben we het in kleine kring gehouden. Zaterdagochtend kwam Jetske even langs. Nadat we gedrieën van koffie en gebak hadden genoten en later een paar boterhammen hadden gegeten, leek het Aafje een goed plan dat Jetske en ik maar even een blokje om gingen, zodat zij de handen nog even vrij had voor andere zaken …

    Om even wat uit te waaien, besloten we weer even een kijkje te nemen bij de vogelkijkhut ‘de Blaustirns’ bij de Leijen. Misschien hadden we ditmaal wat meer geluk dan de vorige keer, toen het vooral grijs en winderig was. Het was er opnieuw rustig, er waren alleen veel muggen of vliegjes in de lucht, die met graagte werden gevangen door laag over het water scherende zwaluwen. Zelfs op het uiteengevallen boomeilandje was verder geen vogel te zien …

    Maar het uitzicht over de Leijen was mooi en ook een aantal voor de hut op het water drijvende waterlelies waren het aanzien nog alleszins waard …

    Dat geldt overigens ook voor Jetske, die er buitengewoon netjes op stond. Zonder haar gebruikelijke bepakking en de kniebeschermers die ze regelmatig draagt tijdens onze gezamenlijke fotokuiertjes, was ze nauwelijks herkenbaar als mijn fotomaatje. Omdat we geen van beiden op deze gelegenheid hadden gerekend, was Jetske ’s ochtends zonder haar foto-uitrusting van huis gegaan. Al snel zou blijken, dat ze niet minder spiedend om zich heen keek dan normaal ook het geval was …

    Van plomp naar waterlelie

    Een dag of tien geleden heb ik hier al wat foto’s getoond van de gele plomp op zijn mooist


    Toen die enkele dagen later zijn kop boog om opnieuw onder te duiken, was de eerste waterlelie net open gegaan. Intussen staan er twee waterlelies in bloei …


    Je zult begrijpen dat ’t met de huidige weersomstandigheden ’s avonds laat weer goed toeven is op ons terrasje bij de vijver. Maar eerst nestel ik me vanmiddag lekker in de verduisterde, nog relatief koele kamer bij de Tour de France. Zo kom ik deze warme dagen in ieder geval nog wel goed door …

    Zomer aan de Leijen

    Een telefoontje komt onderweg maar zelden gelegen. A belde vorige week precies op het juiste moment, ik was net uit de auto gestapt om een kuiertje te maken bij de Leijen. Terwijl ik vanaf het amper 10 meter verderop staande bankje zicht had op de trots van de Tike, hebben we enige tijd genoeglijk zitten bijpraten …

    Daarna was het tijd om in beweging te komen en de korte kuier naar de vogelkijkhut ‘Blaustirns’ te maken …

    Het paadje werd links en rechts omzoomd door een keur aan bloemen. De bloem van één van de gele lissen werd goed bewaakt door een soldaatje …

    Het meertje lag er stil en verlaten bij. In één van de bomen midden in het water zat een aalscholver. Omdat hij net op het randje van het bereik van mijn camera zat, kon ik daar verder niet veel mee …

    Een fuut dobberde rustig aan de kijkhut voorbij zonder mij ook maar een blik waardig te keuren. Een futendansje zoals twee jaar eerder op dezelfde plek, zat er helaas niet in. Saai, hoor …

    Nog dichterbij was het wateroppervlak goeddeels bedekt met bloemen en bladeren van de waterlelie. Op het eerste gezicht een mooi beeld …

    Als ik wat verder inzoom, ziet het er echter een stukje minder mooi uit. Het warme weer van de laatste weken is een katalysator voor algengroei. Het zal niet lang meer duren voordat de eerste zwemverboden i.v.m. blauwalg worden afgekondigd, vrees ik …