Zo, dat was weer een fijn wintertje. Het was wat kort, maar voorlopig kan ik er in verschillende opzichten wel weer even mee vooruit. De week maandag begon met een fotokuier met mijn fotomaatje. Wind, water en lichte vorst rond de retentiepolders bij Smalle Ee en It Eilân stonden die dag centraal. Het eerste ijs was bomijs op een plas langs het pad op It Eilân …

Dinsdag heb ik een kijkje genomen bij het ondergelopen land achter de Hooidammen. Daar lag intussen een mooie ijsvloer, maar het was nog te dun om op te schaatsen. Bij de Leijen lag nog geen flintertje ijs op het wateroppervlak, daar zorgde de wind wel voor. Het enige ijs dat daar te zien was, werd gevormd door opspattend water dat bevroor rond takken en rietstengels …

Woensdag werd er volop geschaatst op het ondergelopen land achter de Hooidammen. Met een strakblauwe lucht en minder wind dan de op voorgaande dagen, was het wat we in Fryslân ‘sierlik winterwaar’ noemen …

Ook donderdag kon er nog geschaatst worden. Die dag werd er niet alleen geschaatst achter de Hooidammen, maar ook op de Noarderkrite bij De Veenhoop en in de Jan Durkspolder. Daar eindigde de schaatspret met de onfortuinlijke val van een vrouw, die met de ambulance moest worden afgevoerd ..

Intussen is het feestje alweer voorbij. Rond het middaguur trad de dooi gistermiddag in, en verscheen er water op het ijs. Vier dagen zwerven langs water en ijs begint zich nu te wreken. Maar zoals gezegd, dit ‘kind van de winter’ kan er voorlopig weer even mee vooruit. Lichamelijk pak ik nu een dag of wat mijn rust, waarin ik jullie zo af en toe een deel van de 900 foto’s van de winterse taferelen voorschotel, die ik deze week heb gemaakt …








































