Een warm weerzien

Aafje en ik besloten dinsdagmiddag op tijd naar het Zuiderend te rijden. Ik had het bankje bij het informatiebord over ‘de Forten’ (Google Maps) gekozen als ontmoetingsplek met Matroos Beek. Het eerste wat me ter plekke opviel, was dat er vanwege een andere windrichting meer geluid van de A7 naar het bankje werd geblazen dan de vorige keer dat ik hier was …

’s Ochtends had de zon volop geschenen, maar rond het middaguur verschenen er langzaam maar zeker meer wolken aan de lucht. De weerapps die ik gebruik lieten allebei zien dat een buienlijn, die vanuit Zeeland in noordoostelijke over het land trok, rakelings ten zuiden van ons langs trok. En dat was ook tijdelijk merkbaar aan een wel erg frisse wind en een dreigende lucht. Aafje keek met een zorgelijke blik naar de naderende wolken …

Tegen vieren begon de lucht gelukkig weer op te klaren. Donkergrijs maakte plaats voor het veel vriendelijkere lichtblauw. Het leek toch nog goed te komen, en het kwam goed …

Een directe relatie zal er waarschijnlijk niet zijn, maar tegelijk met de zon verscheen ook Matroos Beek, Bea voor intimi. Fier fietsend en vrolijk om zich heen kijkend kwam ze vanuit de donkere voetgangerstunnel onder de A7 op ons af …

Na een warm weerzien en een hartelijke kennismaking nestelden we ons op het bankje. Pratend over ieders welzijn en wedervaren vloog de tijd weer eens om. Genoeglijk pratend over van alles en nog wat, vroeg Bea na verloop van tijd hoe laat het eigenlijk was. Een blik op mijn horloge leerde dat het al tegen kwart voor zes liep. Om te voorkomen dat ze als vermist zou worden opgegeven door haar echtgenoot, die ergens aan de andere kant van de snelweg in Drachten zat, was het ineens al hoog tijd om een eind aan ons gezellige weerzien te maken …

Het eerste stuk naar en door de tunnel onder de A7 fietsten we samen op. Tussen een oude woonboerderij uit 1900 en de nieuwste uitbreiding van het ziekenhuis, hielden we even halt. Nog even de laatste aanwijzingen m.b.t. de route (drie maal rechtsaf slaan op een rotonde en dan een keer naar links). Dat zou best lukken, meefietsen was niet nodig, verzekerde Bea ons. Dat gezegd hebbend, zwaaiden we elkaar uit en gingen we ieder onze eigen weg …

Bedankt voor de gezellige uurtjes, Bea, we vonden het erg gezellig. Je bent een prachtig mens, dat ik zeker nog wel eens hoop te treffen.

Nieuwe paden

Met dit hek, dat bijna op het hoogste punt van it Reaklif langs het IJsselmeer staat, sluit ik op symbolische wijze een hoofdstuk af. Sinds september 2006 zijn fotomaatje Jetske en ik steeds samen op pad geweest met de auto en de benenwagen. Aan die situatie is met de komst van de iLark een eind gekomen …

Afgelopen vrijdag hebben Jetske en ik na bijna 17 jaar voor het eerst samen een fietstocht gemaakt, Jetske op de fiets en ik op de iLark. Het werd een mooi ritje van ongeveer 23 km over asfalt- en schelpenpaadjes langs zandpaden door het bos- en heiderijke gebied ten zuiden van Drachten. Jetske zei na afloop verrast te zijn, dat ik al die jaren zoveel moois voor haar verborgen had gehouden … 😉

Orchideeën in de duinen

– Een virtuele vakantie 26 –

Sneller dan verwacht reden we weer in de duinen. Onderweg kwamen we langs een orchideeënveldje waar het dinsdagochtend plensde van de regen toen we daar passeerden. Van fotograferen was op dat moment ter plekke dus niets gekomen. Dit buitenkansje moesten we dus ook maar even meepakken. Een luidkeels “Ho …” mijnerzijds was voldoende om onze kleine karavaan halt te doen houden. Een kenner ben ik niet, maar vermoedelijk zijn het gevlekte orchissen …

Tussen de weilanden

– Een virtuele vakantie 25 –

Zodra we de dijk waren overgestoken waande ik me eigenlijk weer bijna thuis. Met in de verte hier en daar een dorpje tussen kruidige weilanden, zouden we net zo goed in het zuiden van Fryslân of in de kop van Overijssel kunnen zijn. Dat zou echter al snel weer veranderen, nadat de tureluur ons na een korte fotostop uitgeleide had gedaan uit het weidegebied …

Een schaapje op ’t droge

– Een virtuele vakantie 24 –

We hebben in Fryslân enkele bijzondere dierenrassen. Het meest bekend is waarschijnlijk het Friese paard, het meest bijzonder is zonder meer het Friese stamboek dijkschaap. Fietsend langs de dijk passeerden we nogal wat van die wonderlijke schapen. Aan het eind van dit logje kom ik hier nog op terug. Hieronder zie je er alvast eentje lekker in zon en wind op de dijk liggen.

Na een half uurtje kwamen we op het punt waar we de zee de rug toe moesten keren om onze tocht landinwaarts te vervolgen. Nog even een laatste rondblik over winderige Waddenzee …

En dan nog even een kleine ‘terzijde’ …

De Friese troubadour Pieter Wilkens heeft een ode gebracht aan het Friese dijkschaap, ‘It dykskiep’, waarvan je hieronder een live uitvoering kunt bekijken en beluisteren. Een Nederlandse vertaling van de tekst, waarin het dijkschaap nader wordt beschreven, kun je hier lezen: Vertaling ‘Dykskiep’

Eiders op een zandplaat

– Een virtuele vakantie 23 –

De volgende tussenstop tijdens onze buitendijkse fietstocht was bij een zandplaat. Aan de rand zat een grote groep vogels. Van afstand was moeilijk te zien wat het waren, maar dat werd m.b.v. de zoomlens al snel duidelijk. Het waren eiders, ook wel eidereenden genoemd. Deze eendensoort houdt van zout water. De meeste eiders die ons land bezoeken, zitten in de Waddenzee. Nederland ligt aan de zuidkant van zijn broedgebied.

Nadat ik de in de verte passerende tweemaster tot aardige bijvangst had geprofiteerd bijvangst, vervolgden we onze tocht weer. Beurtelings wierpen de vrouwen een blik over de schouder om te zien of ik het nog bij kon fietsen. Voorlopig ging dat nog steeds goed …


Fietsend langs de Waddenzee

– Een virtuele vakantie 22 –

Daar stonden we dan op zeeniveau. Links de zeedijk, rechts de Waddenzee, en vóór ons een eindeloos lijkend fietspad. Even diep ademhalen en daar gingen we. Na een paar kilometer stelde ik voor om even een tussenstop te maken, zodat we een paar zeegezichten konden scoren. Zo gezegd, zo gedaan. Nadat ik een paar foto’s had gemaakt, vervolgden we onze tocht …