Over de dijk terug

Vandaag sluit ik de serie over ons dagje op de Peazemerlânnen af. Bijna aan het begin van de strekdam, draai ik me nog eens om. Nog snel een laatste foto van het anderhalve km lange Smidspaed …

Voordat we de zeedijk weer op konden, wachtte nog een kleine hindernis. Een gesloten hek aan de linkerkant van het pad en een veerooster rechts. Met dit rooster had de Whill geen probleem, omdat er beton staal overheen was bevestigd. Dat laatste was bij een rooster aan de andere kant van de dijk niet het geval. Daar moest ik Whilly zelf voorzichtig overheen duwen …

Toen ik een close-up maakte van de spits van de Anker kerk, vloog er net een boerenzwaluw voorbij. Terwijl Jetske halverwege de zeedijk even wachtte, klom ik nog even naar de kruin van de dijk. Daar kon ik nog wat foto’s maken het dorp, het informatiepaneel en mijn wachtende fotomaatje …

Daarna volgde de lange afdaling terug naar de auto. Aan het eind van de afdaling ligt tussen de donkere palen het rooster dat de laatste horde vormde …

De auto stond op het parkeerplaatsje bij het Zeemijn-monument. Hier ben ik deze serie mee begonnen, en hier sluit ik hem ook mee af …

Overbodig om te zeggen, dat het een prachtige dag was. In aansluiting daarop hebben we gisteren opnieuw een fotografische topdag gehad. Daarover later meer.

Een stuw met zelfbediening

Vanaf de Walengracht voeren we na enige tijd de Vaartsloot in. Daar werden we met niet te missen felgele borden gewaarschuwd voor een stuw met zelfbediening …

Op de oevers van de Vaartsloot wisselden bosschages, rietlanden en deels gemaaide hooilanden elkaar in gestaag tempo af …

Na enige tijd doemde aan het eind van de Vaartsloot de bedoelde stuw met zelfbediening voor ons op (Google Maps). Jetske stuurde de boot voorzichtig langs de beschoeiing, en legde de boot daar even stil. Snel nam ik de gebruiksaanwijzing in me op, waarna ik op de ‘stop-open-go knop’ drukte. De machinerie in de paal begon te ratelen, en de stuw begon langzaam naar beneden te zakken. Nadat eerst het rode en het groene licht even tegelijkertijd hadden gebrand, kregen we uiteindelijk groen licht …

Wil je nou precies weten waarom deze stuw en een stukje verderop een tweede exemplaar hier zijn geïnstalleerd, dan verwijs ik je naar het logje waarin Jetske hierover heeft geschreven: ‘Rietzanger, rietgors en een stoplicht in de Vaartsloot.’ Een tipje van de sluier: het Stroïnkgemaal speelt er een belangrijke rol bij.

Ik sluit vandaag af met een paar foto’s van een jonge boerenzwaluw, die zich in evenwicht probeerde te houden op een in de wind heen en weer wiegende rietpluim …

Langs ’t pontje van Jonen

Na de koffie zetten we onze vaartocht door de Wieden voort. Je zou je af en toe bijna schuldig voelen om de perfecte weerspiegeling verderop te verbreken, maar Jetske hield standvastig koers …

Typerende landschapselementen trokken in het rietland rondom aan ons voorbij, variërend van nog glanzende windmotors tot oude houten tjaskermolens ,,,

Vanaf de Cornelisgracht draaiden we na verloop van tijd linksaf de Walengracht op. Daar passeerden we even later het fietspontje van Jone. Voor € 1,30 kun je je hier over laten zetten, en dat scheelt al snel 17 km fietsen …

Op verschillende plaatsen zagen we dat een kleine, lichte trekker met brede banden een ponton op of af werd gereden. Deze trekkers worden gebruikt om de hooilanden tussen de rietvelden te maaien. Licht materieel is in dit natte gebied onontbeerlijk, en het zou in mijn ogen als voorbeeld en alternatief moeten dienen voor het zware materieel van de gemiddelde boer, om vernatting van het land mogelijk te maken …

Maar er wordt niet alleen hard gewerkt in Nationaal Park Weerribben-Wieden. Ook voor spelevaren is er alle ruimte in dit prachtige gebied, getuige de bootjes die her en der voor de wal lagen …

Zwaluwen rond de kijkhut

Op één van de vele donkere augustusdagen ben ik nog maar eens naar de Jan Durkspolder gereden …

Rondom bepaalden dreigende wolkenformaties het beeld …

Veel vogels waren er niet te zien, maar met veel geduld en nog meer mislukkingen, kreeg ik uiteindelijk toch een aantal keren een voorbij vliegende zwaluw in beeld …

Maar lekker droog zittend, heb ik vanuit de vogelkijkhut toch vooral ook genoten van de wolkenmassa om me heen …

Toen ik terugkwam bij de auto leek de stier, waarmee ik anderhalve week geleden bij het hek had gestaan, in de luwte van de boom weer op me te wachten. Omdat de volgende bui zich in de verte alweer aandiende, heb ik hem maar mooi laten staan …

Sweltsjes bij de ‘Blaustirns’

Dinsdag ben ik weer eens naar de vogelkijkhut ‘Blaustirns’ op de oever van het meertje de Leijen gewandeld. De laatste keer was half februari, toen er nog een laagje ijs en sneeuw op de Leijen lag …

Het was er nu weer een stuk aangenamer en groener dan in februari. Terwijl het in de winter gemaaide riet alweer mooi groen kleurde, lag er naast het pad een vergeten bosje riet weg te kwijnen …

Vanuit de vogelkijkhut viel niet veel te zien. Bij het boomeilandje lang een vissersbootje afgemeerd en er vloog een paar maal een zwarte stern (blaustirns in het Fries) voorbij, dat had ik al snel bekeken …

Vanaf de andere kant van de hut hoorde ik op dat moment ergens vanuit het riet verschillende keren de ‘misthoorn’ van de roerdomp klinken. En dus heb ik aan de andere kant een luikje geopend, maar hoezeer ik ook in het rond spiedde wanneer hij zich liet horen, hij liet zich niet zien …

Dat deden een paar teruggekeerde boerenzwaluwen wel. Terwijl ik de roerdomp zocht, hoorde ik achter me plotseling het geruis van vleugeltjes en het kenmerkende gepiep van de zwaluwen (sweltjes in het Fries). Het was duidelijk dat ze graag de hut in wilden, om op de gebruikelijke plek een nestje te bouwen, maar dat ze problemen hadden met die grote gedaante van ondergetekende …

Omdat de roerdomp zich niet liet spotten en omdat er verder ook niet veel te beleven viel, besloot ik me terug te trekken uit de hut, zodat de zwaluwen rust en ruimte hadden om hun werkzaamheden uit te voeren …

Onderweg naar de auto heb ik nog een poging gedaan om een rietzanger aan de andere kant van de vaart te kieken, maar ik was veel te traag. Zodra ik hem in de kieker had, schoof de rakker steeds weer een stukje op. Maakt niet uit, de aanblik van de zwaluwen en het geluid van de roerdomp hadden mijn dag voldoende kleur gegeven …

Zwaluwen bij de hut

Nauwelijks zichtbaar deinden de waterlelie en de gele plomp vlak voor de nieuwe kijkhut ‘Blaustirns’ op en neer. Terwijl ik zo wat over het wateroppervlak zat te turen, bekroop me ineens het gevoel dat ik bekeken werd …

Een blik zijwaarts door de opening van de hut leerde me al snel dat dat ook wel klopte. Op een van de palen van de schutting aan het eind van het vlonderpad zat een boerenzwaluw naar me te kijken. Met in zijn snavel wat nestmateriaal, zat hij wat schuchter en afwachtend om zich heen te kijken …

Ik besloot me weer om te draaien en stilletjes te blijven zitten. Het duurde niet lang voordat ik achter me even wat zacht vleugelgeruis hoorde. Nadat ik even later buiten de hut gezellig gekwetter hoorde, besloot ik nog eens in de hut rond te kijken. Jawel, in een van de hoeken werd nog hard gewerkt aan een nestje …

– wordt vast nog wel eens vervolgd –

Ze zijn zo snel …

Razendsnel zijn ze, die kleine boerenzwaluwen (Hirundo rustica). Als miniatuurstraaljagers schieten ze op zoek naar voedsel voor hun jongen door de lucht. Bij de werkschuur van Staatsbosbeheer in De Deelen heb ik onlangs een tijdlang vruchteloze pogingen ondernomen om er eentje op de foto te krijgen. Maandagmiddag had ik in de buurt van Earnewâld eindelijk het geluk, dat er binnen het bereik van mijn camera een zwaluw op een gloednieuw hek neerstreek …

140609-1612x

Meteen nadat ik er een eerste foto van had gemaakt, probeerde ik – zo mogelijk iets meer en profil – een tweede foto van het mooie vogeltje te maken. Maar ja … zelfs in rust zijn ze razendsnel … Het gevolg was dat er op de tweede foto enkel en alleen een leeg hek te zien was …

140609-1613x